e-Court richt zich op geschillen tussen burgers en bedrijven met een relatief klein belang. Nakad: ‘De stichting krijgt van partijen een opdracht en een onherroepelijke volmacht om de eindafspraak neer te leggen in een notariële akte. Tegelijkertijd krijgt de notaris van partijen de opdracht om aan elk van hen een grosse af te geven.’
Daarmee kan een geschil tussen partijen binnen acht weken worden beslecht, althans als partijen de mogelijkheid om in week 7 beroep aan te tekenen onbenut laten. Daarmee is de procedure veel sneller dan in de reguliere rechtspraak, schrijft e-Court op haar site. Nakad: ‘Wij denken dat het voor bedrijven, met name in het mkb, niet de moeite is om eindeloos door te procederen. We bieden partijen de mogelijkheid tot een snelle oplossing voor een geschil tegen een redelijke prijs.’Een procedure kan al gevoerd worden voor H 375 excl. btw – een aantrekkelijke prijs voor met name het mkb, dat vaak moeite heeft met de hoge tarieven in de reguliere rechtspraak. Nóg een voordeel: ook juristen die geen advocaat zijn kunnen procederen bij E-Court. ‘Hiermee is het procesmonopolie van de advocatuur afgeschaft’, staat te lezen op de site.
Ongelukkig
Maar welke status heeft zo’n privévonnis nu eigenlijk? Het vonnis is technisch gesproken een bindend advies, gegrond op art. 7:900 BW, neergelegd in een notariële akte, volgens de site. Artikel 430 Rv bepaalt dat dat een executoriale titel is, en dat het daarom dezelfde rechtskracht heeft als een overheidsvonnis.
De Raad voor de rechtspraak juicht het initiatief toe, maar is ongelukkig met het gebruik van termen als ‘rechtspraak’, ‘rechtbank’, en‘rechter’, zegt woordvoerder Michiel Boer. ‘Dat suggereert toch overheidsrechtspraak, en dat is het niet. We hebben mevrouw Nakad vorig jaar verzocht om terughoudend te zijn met het gebruik van die termen. De bijzondere rechtskracht van een rechterlijke uitspraak komt niet toe aan een bindend advies, ook niet als dat is opgenomen in een notariële akte. Door zich nadrukkelijk als rechtbank te manifesteren schept E-court verwarring.’ Overigens nuanceert de raad het beeld dat e-Court schetst omtrent de doorlooptijden van eenvoudige zaken bij de gewone staatsrechtbank: ‘Die is voor eenvoudige zaken, dezelfde die e-Court zal gaan behandelen, elf weken en niet 61 zoals e-Court meldt op de site.’
Niet lichtzinnig
De claim van E-court dat het gaat om échte ‘vonnissen’ is misleidend, vindt ook hoogleraar burgerlijk procesrecht en raadsheer bij de Hoge Raad Daan Asser. ‘Daarmee suggereer je dat beroep bij een overheidsrechter niet mogelijk is. Dat is niet waar. Er zijn wel wat beperkingen, maar je kunt zo’n vonnis te niet laten doen.’
Ook de KNB verwelkomt nieuwe initiatieven, maar waarschuwde Nakad vorig jaar om het gebruik van de notariële akte ‘niet lichtzinnig’ op te vatten, zegt KNB-voorzitter Erna Kortlang: ‘De executoriale kracht van de akte heeft alleen toegevoegde waarde als de notaris er werkelijk van overtuigd is dat mensen het willen. Zoniet, dan kan dat gemakkelijk tot klachten leiden.’
Nakad begrijpt de huiverigheid van de beroepsorganisatie voor aansprakelijkheidsproblemen heel goed, maar zegt: ‘Onze procedure is met veel waarborgen omgeven, en beroep is mogelijk. De innovatie ligt meer in de combinatie van wetsartikelen en de presentatie, en niet zozeer in de juridische techniek. Die is in Nederland al tientallen jaren standaardpraktijk.’
Tatiana Scheltema, Orderedacteur