In het kunstig geel en oranje geschilderde Zwolse kantoor van Dommerholt Advocaten glimlacht Bisschop bescheiden om de eer die hem te beurt is gevallen. Het zou best kunnen dat juist het niet-succes doorslag gaf bij de verkiezing. ‘Binnen het kantoor werd mijn nominatie wel opgevat als compliment voor de wijze waarop ik hem begeleid heb’, zegt Bisschop. ‘Zelf zei mijn stagiaire: “Door jouw vragen heb jij mij antwoorden laten geven”.’
Bisschop vermoedt dat juist dat aspect in de begeleiding heeft bijgedragen aan de waardering van zijn stagiaire. ‘We hebben heel intensieve gesprekken gevoerd. Hij heeft nooit het gevoel gehad dat hij zich anders moest voordoen tegenover mij, en ook ik had het idee dat ik ruimte had om wat kritische punten te benoemen.’ De beslissing om te stoppen had overigens niks te maken met het ontbreken van bepaalde kwaliteiten, de tweedejaars stagiaire kwam er eenvoudig achter dat het beroep advocaat niet goed bij hem paste.
Sinds 2005 is Bisschop formeel patroon op het kantoor. In Zwolle oefenen nog twee collega’s die functie uit, en ook in de vestigingen in Apeldoorn en Heerenveen bevinden zich patroons. Bisschop fungeerde voor die tijd ook al als ‘officieus’ patroon voor de advocaatstagiaires. ‘Dat ging een beetje vanzelf,’ zegt Bisschop met zachte stem. ‘Ze merkten dat ze altijd bij mij konden aankloppen, vonden het fijn dat ik kritische vragen stelde. Ik kan wel alles voorzeggen, maar je zult zelf de antwoorden moeten geven.’
Een succesvolle stage gaat volgens Bisschop niet alleen om het in de praktijk brengen van de op de universiteit opgedane juridische kennis, ook je persoonlijke kwaliteiten en sociale vaardigheden worden onder de loep genomen. ‘Het is essentieel hoe je als advocaat omgaat met cliënten, de wederpartij, de rechter, maar ook met kantoorgenoten en de secretaresse. Dat levert veel stof voor interessante gesprekken.’
Die vaardigheid in communicatie met cliënten was vroeger een stuk minder belangrijk dan het paraat hebben van juridische kennis, stelt Bisschop. ‘Toen werd je als beginnend advocaat vooral in het diepe gegooid – nu bestaat er een heel curriculum dat gevolgd moet worden.’

Twee voor de prijs van één
De advocaatstagiaires bij Dommerholt krijgen hun eigen zaken toebedeeld. Bisschop behandelt vooral civiele zaken, met de nadruk op contractenrecht, maar ook zaken in erfrecht of arbeidsconflicten. En twee kantoorgenoten zijn gespecialiseerd in strafrecht, van hen kan de stagiaire eventueel ook zaken toegeschoven krijgen. ‘In het begin zit ik wel bij het eerste gesprek met een cliënt. Ik vertel dan van tevoren, u krijgt vandaag twee advocaten voor de prijs van één.’
Het gebeurt dan wel dat de cliënt zich toch tot Bisschop gaat richten. ‘Dat geeft niet. Het kost tijd om vertrouwen te winnen bij de cliënt. Soms adviseer ik om van tevoren vast documenten en gegevens toe te laten sturen, zodat de stagiaire zich voor het gesprek kan voorbereiden. Dat helpt om zo deskundig mogelijk over te komen.’
Hoe vertel je voorzichtig dat een stagiaire de zaken niet goed aanpakt? Eerst een beetje vleien en dan het slechte nieuws? ‘Ik ben niet overdreven complimenteus hoor’, lacht Bisschop. Hij nuanceert: ‘Liever probeer ik stagiairees zelf achter hun foutjes te laten komen.’
Hij probeert een spiegel voor te houden. ‘Wat vind je er zelf van? Zag je wat er gebeurde, op de zitting? Had je dat in de gaten? Als de wederpartij nu zo reageert, wat zou jij dan doen? Zulke dingen.’ Wees open, kraak niet af, luidt Bisschops devies. ‘Liever kijk ik samen naar het resultaat. Dan zeg ik bijvoorbeeld: ‘Als ik deze tekst oplees, hoe komt dat op je over?’

Niet verdrinken
Van huis uit heeft Bisschop heus geen pedagogisch-didactisch opleiding genoten, lacht hij weg. Coaching van mensen heeft wel zijn persoonlijke interesse, ‘noem het een hobby’, maar hij heeft veel geleerd op de patroonscursus. ‘Ik wil niet leiden, maar begeleiden. Ik stel me voor hoe ik zelf opgeleid had willen worden en ik kan me niet voorstellen dat een advocaatstagiaire iets anders nastreeft dan een perfecte advocaat worden.’
Voelt hij misschien een mild vadergevoel over zijn pupil? ‘Meer een coach aan de zijlijn’, antwoordt Bisschop. ‘Je neemt een stagiaire een klein beetje aan het handje en laat dan op natuurlijke wijze langzaam los.’
Het komt nogal eens voor dat advocaatstagiaires op hun nieuwe kantoor toch aan hun lot worden overgelaten. Bisschop vindt dat stagiairees best een beetje mogen spartelen, ‘maar niet verdrinken’. Het gaat immers om echte zaken, waar ze zelf, maar ook het kantoor, verantwoordelijk voor zijn.
Bisschop is in het eerste jaar van een stagiairee gemiddeld een halve dag per week kwijt aan de begeleiding. Als die ten koste gaat van zijn eigen werkzaamheden, werkt hij gerust een avondje langer door. De tip van Bisschop: investeer veel tijd in het eerste jaar, dat verdien je in jaar twee en drie automatisch terug als de stagiaires een grotere mate van zelfstandigheid hebben bereikt. ‘We willen na drie jaar toch uitkomen op het punt dat een stagiaire op zelfstandige wijze advocatuur kan bedrijven. Je kunt altijd bij een collega binnenlopen om te brainstormen, maar moet wel op eigen benen staan. Een goede advocaat moet op een kritische en creatieve manier werken – en altijd kritisch naar zichzelf blijven kijken. Ik leer zelf ook elke dag wat bij.’

Samen discussiëren
De wedstrijd om ‘Patroon van het Jaar’ noemt Bisschop een ‘fantastisch initiatief’. ‘Het vestigt de aandacht op kwaliteiten die een goede patroon zou moeten bezitten. Dat is niet alleen voor stagiaires van belang, ook voor het kantoor zelf. Je neemt geen stagiaire aan om die daarna weer te ontslaan. Als de patroon goed is, bevordert dat de continuïteit van de kwaliteit op het gehele kantoor.’
Bisschop is erg tevreden over de cursus patroonschap die hij heeft gevolgd. Ook werkt hij graag met de competentieformulieren van het door de Orde opgestelde Portfolio. ‘Zo kun je behoorlijk objectief meten wat de stand van de ontwikkeling van de stagiaire is. Je vult ieder zo’n formulier in en daar kun je dan samen over discussiëren.’
De druk wordt wel steeds groter: in de beroepsopleiding worden steeds meer eisen gesteld, huiswerk heeft altijd voorrang boven zaken. ‘Een strakke planning van zaken en huiswerk is daarom heel belangrijk’, benadrukt Bisschop, ook omdat het aantal contacturen bij de opleiding toeneemt. ‘Als een processtuk de avond voor de zitting nog niet af is, wordt het voor de stagiaire doorwerken geblazen. Ik neem het dan echt niet over. Wel mag je het stuk ’s avonds nog naar me mailen, dan kijken we er de volgende ochtend samen naar.’ Bisschop grijnst en voegt toe: ‘En dan bespreken we daarna meteen even hoe je zelf vond dat de planning is geweest…’

Olga van Ditzhuijzen, journalist

Advertentie