Nadat onlangs enkele Nederlandse politieke besluiten op het EVRM en het IVBPR strandden, trokken we eropuit om te vragen of er misschien een nieuw rechtsstatelijk klimaat aan het ontstaan is. Nog niet, lijkt het.

Tijdens de ‘Nacht van de Rechtsstaat’ ontving voormalig minister van Justitie Ernst Hirsch Ballin twee weken geleden in Amsterdam het eerste exemplaar van Leve de Rechtsstaat, een essaybundel over ‘de rechtsstaat in een dynamische samenleving’, met bijdragen van journalisten, essayisten en bestuurders. Maar nadat onlangs een aantal Nederlandse maatregelen op het EVRM en het IVBPR strandde, lijken grondrechten eerder lastige obstakels voor, dan gerespecteerde kaders van politieke besluitvorming. In de essaybundel werd zelfs gepleit voor het afschaffen van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens. Valt er eigenlijk wat te vieren?

95% niet-ontvankelijk
‘Europa: Nederland schendt rechten van mens,’ kopte NRC Handelsblad afgelopen september na de uitspraak in de zaak-Sanoma Uitgevers. Eerder had het VN-Mensenrechtencomité al de Nederlandse regeling van hoger beroep in strafzaken afgekeurd omdat die strijdig was met het Internationaal verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten (IVBPR). En vorige maand stonden het EVRM en het EHRM de nieuwe Wet kraken en leegstand en het uitzetten van een aantal Irakezen (althans voorlopig) in de weg.
Voor Egbert Myjer, rechter bij het EHRM, gaat het te ver om hier een trend in te ontwaren, schrijft hij in een e-mail. ‘Dat er nu ineens zoveel rumoer is, is voornamelijk te wijten aan het toegenomen aantal vreemdelingenzaken – driekwart van de aangebrachte zaken zijn vreemdelingenzaken. Nog niet zo lang geleden werd Nederland nog weleens op de vingers getikt in strafzaken. Die maakten toen het grootste deel van de klachten uit. Nu is het Nederlandse strafrecht zowel in theorie als in de praktijk zo op het eerste oog redelijk in overeenstemming met het EVRM.’
Dat Nederland, met de focus op veiligheid, de grenzen van het EVRM zou opzoeken, gaat Myjer ook te ver. ‘Het valt allemaal wel mee. Nog steeds wordt ongeveer 95% van de klachten tegen Nederland niet-ontvankelijk verklaard. En wie beziet hoeveel keer Nederland de laatste jaren van het Europese hof te horen heeft gekregen dat het EVRM geschonden was, zal verrast zijn. Twee jaar achter elkaar – 2008 en 2009 – helemaal geen schending. Dit jaar één Grote Kamerzaak – de zaak-Sanoma Uitgevers – en een aan terrorisme gerelateerde vreemdelingenzaak.’

Dakkapel
Willem Jebbink (Jebbink Soeteman advocaten in Amsterdam) is van mening dat er wel degelijk een nieuwe wind door Nederland waait. ‘Het zijn andere tijden dan bijvoorbeeld 1985, toen het Verenigd Koninkrijk werd veroordeeld wegens te lange inverzekeringstellingen. Nederland paste daar toen zijn wetgeving op aan.’ Jebbink, die als advocaat optrad in de zaak waarin het verlofstelsel werd afgekeurd (zie kader) en betrokken was bij het eerste kort geding tegen de kraakwet in Amsterdam, noemt de anti-kraakwet als ‘aanwijzing dat de parlementaire discussie niet kritisch over het grondrechtelijk kader heeft nagedacht. Bij deze wet zijn missers gemaakt en dat had men kunnen weten’.
Over het afgeschoten verlofstelsel zegt Jebbink ‘dat het zorgelijk is te moeten constateren dat Nederland wetgeving invoert die zo flagrant in strijd is met de rechten van de mens. Over een dakkapel kan in drie instanties worden geprocedeerd, tot aan de Raad van State. Terwijl het bij iets zeer ingrijpends als strafzaken voor veel mensen na één keer ophoudt.’ Opmerkingen dat het stranden van het verlofstelsel het optimaliseren van de rechtspraak geen goed zal doen, lacht hij weg. ‘Onlangs nog oordeelde de Rechtbank Breda dat de politie knipt en plakt in verklaringen. Letterlijk. Kan men volouden dat dat efficient is? Het is juist het tegenovergestelde, politieambtenaren moeten dan uitgebreid verhoord worden. Dat is het paard achter de wagen spannen.’

Dat Nederland in korte tijd zoveel aandacht vanuit Europa heeft gekregen is toeval, zegt Rick Lawson, hoogleraar Rechten van de mens aan de Universiteit Leiden. ‘Er is geen rode draad tussen deze zaken. Het zijn op zich staande zaken die al langer speelden. Ook zijn het geen “tikken op de vingers,” het zijn eerder gewone correcties. Bovendien is Nederland nog steeds bereid naar uitspraken tegen andere landen te kijken, kijk maar naar de Salduz-zaak die zijn oorsprong in Turkije had.’ Wat wel mogelijk is, is dat bewindslieden minder ontzag hebben voor het EVRM, zegt Lawson, en ook dat is geen hoofdzonde. ‘Het is eerder naïef. Men wil iets aanpakken en stuit dan op wettelijke beperkingen. Dan wordt er naar de rechter gewezen en geklaagd dat dit land niet te besturen is. Die frustratie van bestuurders is er altijd wel; misschien zitten we nu even in een hoog-conjunctuur.’

Advocaat als waarborg
Hoogconjunctuur of niet, de harde woorden van sommige politici richting het hof en de rechten waar deze instantie voor staat bevreemden hem, zegt Myjer. ‘Het is jammer dat niet iedere politieke beleidsmaker in Nederland het belang van een verdrag als het EVRM begrijpt. Zestig jaar geleden hebben Europese landen samen afgesproken dat men elkaar mocht houden aan bepaalde minimumrechten en die grondrechten waren niet bedoeld als papieren rechten. Als een politicus nu zegt dat die grondrechten minder welkom zijn, is dat opmerkelijk.’
Advocaat Jebbink is minder vergevingsgezind. ‘Of parlementariërs hebben geen wetenschap van de rechtsstatelijkheid, of ze weten het wel en hebben er lak aan. Kijk naar het verlofstelsel. Daar is zelfs uitgebreid discussie over gevoerd. Maar vervolgens zegt iedereen “ja en amen” en gaat men over tot de orde van de dag. Onze volksvertegenwoordiging toont zich vaak ongeïnteresseerd in grondrechten.’ Volgens hem zou de advocatuur, als ‘waakhond van de rechtsstaat,’ zich meer en kritischer in het debat moeten mengen. Zelf verzette hij zich vanaf het begin af aan tegen het verlofstelsel. ‘Advocaten zijn een waarborg, dat vóél ik ook zo.’
Ondanks de soms ongenuanceerde uitspraken uit Den Haag ziet Lawson geen dreiging voor het hof. ‘We moeten tegengeluiden niet grotere maken dan ze zijn, maar ze in verhouding blijven zien. Bovendien, was is het alternatief?’ vraagt hij lachend. ‘Ja, we kunnen het EVRM opzeggen en ook de EU verlaten. Dan is weer de vraag hoe doorvoerland Nederland geld kan verdienen. Nederland is gebaat bij één Europa en daar horen het EVRM en EHRM bij.’

Allesverslindend monster
Niet iedereen denkt daar zo over. In zijn bijdrage aan de essaybundel Leve de Rechtsstaat roept Thierry Baudet het hof op tot ‘een drastische koerswijzing.’ Volgens Baudet, die aan de Universiteit Leiden werkt aan een proefschrift over nationale soevereiniteit, ‘zou het hof slechts in het geweer moeten komen bij extreme verschrikkingen, van het soort dat doet denken aan ’40-’45.’ En als het hof daarin niet meegaat, ‘dan dient opheffing serieus te worden overwogen’. Want doordat het hof ‘als een allesverslindend monster zonder enige legitimiteit talloze nationale wetten en regelingen buiten werking stelt,’ is het niet langer ‘de Tweede Kamer en daarmee de Nederlandse bevolking, maar het hof dat beslist.’
Dat het stuk felle reacties – zowel instemmend als veroordelend – uitlokte op opiniepagina’s, blogs en Facebook en Twitter, verbaast hem niet, zegt hoogleraar Lawson. Dat het stuk zo slordig geschreven is en dat de redactie van NRC Handelsblad het zonder meer plaatst wel. ‘Het is qua argumentatie een slecht stuk. Natuurlijk is het hof niet zonder fouten en is niet iedere uitspraak even verstandig, maar om het hof te bestempelen als “een ernstige bedreiging voor de democratie” – doe normaal. Baudet ziet spoken die er niet zijn.’
Ook Hirsch Ballin ging tijdens de Nacht van de Rechtsstaat in op Baudets voorstel, dat hij ‘een ontkrachting van de beroepsgarantie’ noemde. Maar als voormalig bestuurder zei hij wel de achterliggende gedachte van de oproep te begrijpen. ‘Men is ongeduldig om bepaalde misstanden aan te pakken en zegt dan weleens dat grondrechten hinderlijk zijn. Maar een gecorrigeerde ambtsdrager kan juist tevreden zijn als hij wordt teruggeroepen vanwege een beroep op grondrechten.’ Om het belang van het hof en het EVRM te benadrukken, zouden uitspraken beter uitgelegd moeten worden. ‘Dan is er geen sprake van een nacht, maar van een nieuwe dageraad, waarin de rechtsstaat niet alleen gerespecteerd maar ook gewild is.’

VN-comité keurt verlofstelsel strafzaken af
In 2007 werd een demonstrant tot een boete van € 200 veroordeeld, omdat hij een politiebevel genegeerd had. De verdediging ontving geen afschrift met motivering noch een opgave van bewijs. De president van het gerechtshof weigerde vervolgens hoger beroep omdat behandeling van deze klacht ‘niet in het belang van een goede rechtsbedeling’ zou zijn. Het VN-mensenrechtencomité besliste dat zo het recht op een eerlijk proces werd beknot (art. 14 lid 5 IVBPR). Ook een verlofbeslissing, waarbij de rechter toegang tot hoger beroep verleent, moet de strafzaak inhoudelijk beslissen.

Beslag foto’s Autoweek
In 2002 deed het OM een inval op de redactie van het blad Autoweek om foto’s in beslag te nemen van een illegale straatrace. Die had een medewerker onder toezegging van anonimiteit aan de deelnemers gemaakt. Ook werd de hoofdredacteur gearresteerd en dreigde men, in het weekend dat Willem-Alexander en Maximá trouwden, alle Sanoma-redacties plat te leggen. Strijd met art. 10 EVRM, aldus het hof, want geen wettelijke basis. Ook moet er rechterlijke toetsing plaatsvinden vóór een dergelijk beslag.

Haags hof verklaart anti-kraakwet in strijd met EVRM
Sinds 1 oktober konden krakers op basis van de nieuwe Wet kraken en leegstand niet langer voorafgaand aan een dreigende ontruiming een rechterlijke beslissing vragen. Anders dan de rechtbanken in Den Haag en Amsterdam oordeelde het Haagse gerechtshof dat de anti-kraakwet daarom in strijd was met het EVRM. ‘De woning van een persoon geniet onder het EVRM speciale bescherming. Aangezien hierover in de nieuwe wet niets is geregeld en justitie daarover geen duidelijk beleid voert, vindt het hof dat ontruiming onder de huidige omstandigheden in strijd zou zijn met het EVRM.’ Zie hierover ook het artikel van Olaf van der Linden elders in dit nummer.

EHRM houdt terugsturen Irakese asielzoekers tegen
Nederland wilde uitgeprocedeerde asielzoekers naar Irak uitzetten; volgens minister Gerd Leers (Immigratie en Asiel) was er de zes maanden daarvoor geen sprake van verbetering of van verslechtering. Daardoor zou niet élke uitzetting strijdig zijn met het EVRM. Het EHRM besloot daarentegen vanwege de onduidelijkheid omtrent de veiligheid dat er in ieder geval tot 24 november 2010 geen Irakese vreemdelingen mochten worden uitgezet.

Nacht van de rechtsstaat
De Nacht van de Rechtsstaat is een initiatief van FORUM, Instituut voor Multiculturele Vraagstukken, en het cultuurcentrum Felix Meritis in Amsterdam. Tijdens de eerste nacht op 19 november jl. spraken onder anderen Paul Cliteur, Frank Ankersmit, Hans Goslinga, Willem Schinkel en Gerben Kor over vragen als ‘Wat betekent de rechtsstaat Nederland? ‘Hoe moeten media zich opstellen ten aanzien van een democratische rechtsstaat?’

Mark Maathuis, redacteur

Advertentie