‘Mijn verhaal wil deuren ontsluiten naar de geheime contreien van een advocaat, zijn persoonlijke raadkamer.’ Aldus Murk Muller, Nederlandse advocaat te Berlijn en Rotterdam, in het boekje over het hobbelige traject dat hij aflegde naar ‘met plezier advocaat zijn’.
Op zijn twaalfde zag hij in de kleedkamer van de roeivereniging de advocaten-acht binnenkomen – en besloot geen advocaat te worden. Maar ja, waarom eigenlijk niet? Wat was er nou erg aan het feit ‘dat drie van de acht advocaten Jan bleken te heten’, vraagt de lezer zich met Muller af. ‘Was het de manier van praten? Was het de onderlinge sfeer?’ Het antwoord blijft uit.
Rechten bleek geen gekke studie te zijn, maar advocaat worden? Geen denken aan. De vluchtroute liep via Houston, Londen, de dienstplicht en het leren van Russisch, maar uiteindelijk raakte Muller toch beëdigd, in 1987. De twee partners die hem voor het eerst beoordeelden zagen het beter dan Muller zelf: ‘Waarom heb jij zoveel plezier in je werk?’
Zoals veel advocaten ordent ook Muller zijn leven langs zaken, gewonnen zaken. Sommigen schrijven een autobiografie omdat ze zich uniek achten en anderen daarentegen omdat ze op herkenning rekenen, aldus Andre Gide. Muller twijfelt zo te zien tussen deze twee houdingen, maar hij slaat in ieder geval de mislukkingen en teleurstellingen niet over. Hij denkt aan heel de mensch, en aan waar het vak die mens toe kan brengen: ‘achterdocht, altijd maar rechtvaardigen, verdedigen, bij de pinken zijn, gelijk krijgen’. Veel indruk maakte een Duitse advocaat die hem meedeelde dat het beroep niet goed was voor de mens achter de advocaat, voor zijn ziel: ‘Unser Beruf ist seelenfeindlich’.
• Murk Muller publiceerde het verzorgde boekje (80 p.) in eigen beheer, met tekeningen van Coen Hamelink. Bestellen: www.mmrecht.com/plezier.
(LH)