Kostendekkende griffierechten zouden de klappen wel eens op onvoorziene plekken kunnen uitdelen. Als ik dit schrijf weten we nog niet de details maar wel dat de bewindslieden wijdbeens en vastberaden het roer omknellen en blik en steven vast gericht houden op dat baken van 240 miljoen opbrengst en 100 miljoen kostenuitval door procedureontmoediging. Van die 340 miljoen gaat 100 miljoen terug in een compensatiefonds. Daaruit krijgen de minimuminkomens en een vrij brede inkomenslaag daarboven (gedeeltelijk) een restitutie op het kostendekkend griffierecht. Ik noem dat kruissubsidie 1. Kruissubsidie 2 wordt ingebouwd in de categorische griffierechten: als men bijvoorbeeld kostendekkende griffierechten in familiezaken te prijzig vindt worden stelt men die vast onder hun kostendekkend niveau; opslagen op andere griffierechten (die het dus ‘beter kunnen lijen’) moeten dat goed maken.

Dit brengt mij tot drie observaties.

Ten eerste: van de opbrengst van 240 miljoen wordt dus maar liefst 100 miljoen niet voor kostendekking gebruikt, maar wel onder dat mom uit der procespartijen zakken geklopt.
Over de duim aannemende dat de gecompenseerde procespartijen per saldo 40 miljoen uit eigen beurs blijven betalen, dan betalen de niet-gecompenseerde partijen dus 100 miljoen voor kostendekking en evenveel aan het compensatiefonds. Deze groep gaat dus boven de eigen kostendekkende ‘inkoop’ van gerechtsdiensten een substantiële kruissubsidie aan hun minder vermogende collega-procespartijen betalen.
Ten tweede: als je procedeert ‘hors compensatiecategorie’, en dus in een categorie ‘die het kan lijen’ en die (bijvoorbeeld) de familierechtprocedures moet kruisbedruipen betaal je boven je eigen reële kosten dus twee kruissubsidies: je bijdrage aan het compensatiefonds en de subsidie aan een daarzonder te dure procedurecategorie.
Ten derde: de procesontmoediging die men van de verhoging van de griffierechten beoogt te laten uitgaan moet leiden tot een productie-uitval van zo’n 15 procent, goed voor een kostenuitval van 100 miljoen. Wordt dat wel gehaald bij een ‘demping’ van die ontmoediging bij de compensatiegerechtigden? Wordt, in het licht van het bovenstaande, de ontmoediging bij compensatie van sommigen en gestapelde opslagen bij anderen wel eerlijk verdeeld?

De Orde heeft zich principieel uitgesproken tegen het principe van kostendekkendheid: de overheid moet de elementaire rechtstatelijke voorziening van overheidsrechtspraak in stand houden, ongeacht of er geld bij moet. De discussie over een passend griffierecht per procedurecategorie is daarentegen niet principieel en moet zakelijk worden gevoerd, per geval aan de hand van het criterium dat de toegang tot het recht niet onredelijk wordt bemoeilijkt. Onderdeel van die discussie moet ook zijn of die 100 miljoen compensatie en die andere kruissubsidies nu wel echt moeten worden geïnd bij partijen die alleen maar toevallig – en nolens volens – óók procederen en (vaak op een haar na) niet voor compensatie kwalificeren. Waarom zij de klos moeten zijn en niet wij belastingbetalers tezamen, moeten onze roergangers van Veiligheid en Recht nog wel duidelijk maken!

Jan Loorbach

Advertentie