‘Meneer de voorzitter, nogmaals, als ik nou die paar feiten op een rij zet…’ ‘Meneer Joosse, als u zichzelf “nogmaals” hoort zeggen, beseft u dan dat u iets gaat meedelen wat de rechtbank al heeft gehoord, zodat u er kennelijk vanuit bent gegaan dat het gezegde de rechtbank is ontgaan? Welnu, dat is niet het geval.’