‘Alles van waarde is weerloos’, had zijn cliënt hem bij wijze van kerstboodschap geschreven. Hij overdacht de dichtregels van de keizer der dichters in de trein op weg naar het Zuiden waar zijn cliënt nog geen maand na de nieuwjaarskaart in het Huis van Bewaring van Roermond was gehuisvest. Het was de laatste dag van het Zottenfeest en de machinist had zich dienovereenkomstig uitgedost.