achter Advocaten is een bundeling van tien interviews met advocaten over de wijze waarop zij hun beroep uitoefenen. Zowel de meer geijkte vragen, zoals ‘Wanneer weiger je een cliënt?’ als minder voor de hand liggende vragen, zoals ‘Is er in Nederland sprake van equality of arms?’ komen aan bod. De auteurs, hoogleraar rechtssociologie Ashley Terlouw en grafisch vormgever Sjaak van der Vooren, hebben bewust gekozen voor een tiental niet of althans minder bekende advocaten van diverse pluimage. Doorgewinterde corporate lawyers als Reinout Rinzema (destijds Stibbe, inmiddels Ventoux) en Joost Blauw (Blauw Tekstra Uding) staan naast idealisten als Jelle Klaas (Fischer), die zichzelf ‘revolutionair links’ noemt, en Rombout Hijma (Hijma en Van Nierop), wiens kantoor voor 90 procent vreemdelingenzaken doet. De auteurs hebben ook duidelijk hun best gedaan om advocaten met een allochtone achtergrond aan het woord te laten, zoals Famile Fatma Arslan (Turks en praktiserend moslim) en Usman Santi (Moluks). In dit bonte paneel vertegenwoordigt Gerrit Hoogvliet de landsadvocatuur (Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn).
    Een terugkerend onderwerp is de dress code op kantoor: zorg dat je ‘een zwart colbert aan hebt, een beetje een power dress en niet bij wijze van spreken een bloemetjesjurk,’ aldus Sarah Köller (p. 134), zelf gefotografeerd in vrolijk gekleurde jurk. Ook de kwestie van winst en verlies wordt aan verschillende advocaten gesteld. Strafrechtadvocaat Bart Stapert geeft het meest intrigerende antwoord: ‘Dat is het unieke aan doodstrafzaken, dat je zo’n concreet moment van verliezen hebt. Het aangrijpendste zit niet in de executie, maar in de psychologie daarvoor. Er zijn in elke zaak dingen die je anders had kunnen doen, je maakt strategische keuzes waarvan je achteraf denkt, misschien was het niet goed’ (p. 150).
    Opvallend is de in verschillende interviews terugkerende opmerking dat partijen die op basis van een toevoeging procederen vaker over kleinigheden zeuren. De onderliggende boodschap van de auteurs lijkt te zijn: het wordt tijd dat hier wat aan wordt gedaan.

Niet cynisch worden
Een rode draad in het boekje wordt gevormd door de vorm, waarin iedere advocaat een vraag heeft geformuleerd die door een andere advocaat wordt beantwoord. Het doet enigszins geforceerd aan, maar het werkt wel. Zo vraagt Bénédicte Ficq: ‘Hoe ga je als advocaat om met het gevoel van onmacht als je niet bereikt wat je wilt bereiken en hoe voorkom je dat je cynisch wordt?’ De auteurs geven het antwoord van Hijma: je moet voorkomen dat je cynisch wordt omdat je dan aan scherpte verliest en niet meer bereid bent om hard te lopen voor bepaalde zaken. Het is volgens hem ook helemaal niet nodig om cynisch te worden: ‘Je moet gewoon regelmatig met vakantie gaan’ (p. 86). Het gevoel van onmacht lijkt hij niet te kennen, of het moet zijn dat de IND een beslissing vaak baseert op een zogenoemd individueel ambtsbericht van het ministerie van Buitelandse Zaken dat is gebaseerd op geheime onderliggende stukken. Buitenlandse Zaken hoeft dergelijke stukken niet bekend te maken, zo luidde het eindoordeel in een door Hijma gevoerde, slepende procedure. Van een equality of arms is dan natuurlijk geen sprake.

Anders dan de ondertitel ‘Beroepsgenoten aan het woord’ suggereert, is de doelgroep van het boekje niet zozeer de advocatuur – dan had bijvoorbeeld niet hoeven te worden uitgelegd wat een toevoeging is. Het boekje is vooral goed te gebruiken om aan niet-juristen te tonen dat er in de advocatuur meer te koop is dan wat de media van usual suspects Moszkowicz, Spong en anderen laten zien.

René Klomp, juridisch adviseur, ex-advocaat

Ashley Terlouw & Sjaak van der Vooren
achter Advocaten
Celadon uitgevers, Bilthoven 2011
157 pagina’s
ISBN 10: 9089480161
ISBN 13: 9789089480163
Paperback, 22,50 euro

Download artikel als PDF

Advertentie