Advocaten voor advocaten Buitenlandse erkenning in de vorm van prijzen geeft mensenrechtenstrijders in eigen land de steun in de rug. Maar fondsen zijn steeds moeilijker te vinden.
Op 15 april diende in Harare de zaak van een Zimbabwaanse parlementariër die door de politie was mishandeld. Maar zijn advocaat Alec Muchadehama moest verstek laten gaan: hij was in Amsterdam om de Lawyers for Lawyers Award in ontvangst te nemen. ‘De zaak werd dus verdaagd. Dat genereerde een hoop publiciteit voor het feit dat ik die prijs kreeg, zelfs nog voor ik hem daadwerkelijk had ontvangen! Zes van de zeven weekbladen in Zimbabwe besteedden er aandacht aan,’ zei Muchadehama, eind september te gast bij het Jaarcongres van de Orde in Den Bosch, glunderend. Ook de receptie die de Nederlandse ambassade een paar weken later voor Muchadehama en andere mensenrechtenverdedigers organiseerde, en waar de huldiging nog eens dunnetjes werd overgedaan, werd in vrijwel alle media verslagen.
De internationale erkenning straalt ook af op andere Zimbabwaanse mensenrechtenadvocaten, merkte Muchadehama bij terugkeer in Zimbabwe. ‘De politie en de veiligheidsdienst realiseren zich nu dat alle Zimbabwaanse mensenrechtenadvocaten door het buitenland in de gaten wordt gehouden.’
En, zeker niet onbelangrijk: de commerciële cliënten die eerder wegbleven uit angst om met zijn politieke stellingname geassocieerd te worden, keren schoorvoetend terug naar zijn praktijk. Muchadehama: ‘Nadat ik de prijs had gekregen zeiden ze: “We begrijpen nu dat het goed is wat je doet, dus we brengen onze zaken weer naar mensenrechtenverdedigers, want daar is niks mis mee.”’
Maar die feedback is nauwelijks meetbaar en daardoor wordt het belang van dit soort prijzen door geldschieters nog te vaak onderschat, zegt Hans Thoolen, directeur van de Martin Ennals Award, de internationale prijs voor verdedigers van mensenrechten. ‘Het kost ons steeds meer moeite om fondsen te werven. Het geld voor mensenrechten zit nog altijd bij ontwikkelingssamenwerking, en die procedures zijn toegesneden op grootschalige projecten. Dat is begrijpelijk als het gaat om infrastructuur of onderwijs. Daar is versnippering onwenselijk. Maar mensenrechtenverdedigers zijn per definitie altijd kleine organisaties, die het moeten hebben van een olievlek-effect. Dat wordt nog altijd veel te weinig gezien.’
Tatiana Scheltema