Arbitraal vonnis d.d. 8 oktober 2010, ADV 09 -0335B
(mrs. van der Groen, Broers en Slager)
Kunstfout van advocaat, overschrijding budget en gewoon doordeclareren: vermindering door commissie.
Klacht
De cliënt heeft zich tot de advocaat gewend vanwege een geschil over de uitbreidingsplannen van een belendend perceel waarin een jeugdhostel is gevestigd. Tijdens het eerste overleg is een maximaal budget bepaald van 5.000 euro. De cliënt ging ervan uit dat de advocaat zijn werkzaamheden en prioriteiten hierop zou afstemmen. De advocaat heeft dit budget echter ver overschreden.
Cliënt verwijt de advocaat dat hij onnodig en op onjuiste gronden een procedure is gestart tegen de funderingsplannen van het hostel en een bezwaarschrift dienaangaande te laat heeft ingediend, waardoor dit niet-ontvankelijk werd verklaard. Desondanks heeft de advocaat voornoemde werkzaamheden wel gedeclareerd. Ook heeft de advocaat niet gereageerd op herhaalde verzoeken om de werkzaamheden op te schorten en bleef hij declaraties zenden die naar de mening van cliënt onvoldoende inzicht gaven in de verrichte werkzaamheden.
Op enig moment is een stagiaire werkzaamheden gaan verrichten voor de cliënt, terwijl hiertoe geen opdracht was verstrekt. Ook voor deze niet-overeengekomen werkzaamheden zijn declaraties verzonden. Voorts beklaagt de cliënt zich over de slordige werkwijze van de advocaat, onnodige acties, het gebrek aan communicatie en het uitblijven van het gewenste resultaat, alsmede de wijze waarop de advocaat heeft gereageerd op de door de cliënt geuite klachten.
Er is geen opdrachtbevestiging getekend waarin het afgesproken budget is vastgelegd. Al sinds maart 2009 heeft de cliënt zijn bezwaren geuit tegen de oplopende kosten. Hierop heeft de advocaat voorgesteld om werkzaamheden door een stagiaire te laten verrichten. De cliënt heeft echter laten weten van dit aanbod pas gebruik te zullen maken na uitdrukkelijke toestemming van zijn kant.
Verweer
De advocaat heeft geen verweer gevoerd.
Beoordeling
Ten aanzien van de klachten van de cliënt overweegt de commissie dat door de cliënt is gesteld en door de advocaat niet is weerspro-ken, dat tijdens het eerste gesprek met de advocaat een budget van 5.000 euro overeengekomen is.
Op basis van de stukken en hetgeen ter zitting is besproken, is de commissie gebleken dat de cliënt gaandeweg de inspanningen van de advocaat verschillende keren zijn bezwaren kenbaar heeft gemaakt inzake de kwaliteit van de dienstverlening en de kosten. Dit heeft in maart 2009 geresulteerd in een bespreking van de financiën en het voorstel van de advocaat om een stagiaire een deel van de werkzaamheden te laten verrichten, tegen een lager tarief. Nadien zijn er klaarblijkelijk weer problemen ontstaan inzake de kwaliteit van de dienstverlening en de financiële gevolgen daarvan, hetgeen heeft geresulteerd in een beëindiging van de relatie.
De commissie overweegt voorts dat als niet weersproken vaststaat dat de advocaat een bezwaarschrift tegen de funderingsplannen te laat heeft ingediend, met als gevolg dat de cliënt niet-ontvankelijk werd verklaard en de advocaat ter zake vervolgens wel kosten in reke-ning heeft gebracht. Voorts is ook onweersproken gebleven hetgeen de cliënt gesteld heeft inzake het gebrek aan communicatie van de advocaat, de onduidelijkheid omtrent de door hem verrichte werkzaamheden en nut en noodzaak daarvan, alsmede met betrekking tot hetgeen door de advocaat gedeclareerd is.
Alles overziend komt de commissie thans tot de conclusie dat de advocaat naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid, gelet op de door hem verrichte inspanningen, niet meer kan verlangen dan reeds door de cliënt is voldaan. Hetgeen betekent dat de cliënt het nog openstaande bedrag ad 2.873,50 euro niet verschuldigd is aan de advocaat.
Beslissing
De cliënt is aan de advocaat niets meer verschuldigd en de advocaat dient een bedrag van 2.837, 50 euro te crediteren.