In de gangen van de oude rechtbank hing die eeuwige schemering waarin de gebefte habitués zich extra op hun gemak voelen omdat dat gebrek aan daglicht de onregelmatige bezoeker nu juist zo bedremmeld en beschroomd maakt. De meesten, tenminste.
Bedremmeld zat het konijn, met een karrebiesje met prei op schoot, in een hoekje te wachten. En beschroomd. Het was een uur te vroeg gekomen en de zitting zou een uur te laat beginnen. Een loser, dat konijn.
Ongehaast kwam op hoge benen de hazewind aan flaneren, de telbare ribbetjes verwarmd door een geruit dekje (echt Burberry). Een kostbare hazewind. En zo blasé als ze rank was. Haar zitting zou zo beginnen. Echte elite, die hazewind.
Met de speelse overbrugging van klassenverschillen die good breeding ook aan hazewinden meegeeft, knoopte zij, zo minzaam dat het eigenlijk heel neerbuigend was, met het schuchtere konijn een gesprekje aan. Het konijn vertelde dat het in kort geding zou worden opgeëist door een vereenzaamde weduwe voor wie het de enige aanspraak had gevormd totdat een resolute zorgverlener het had meegenomen. ‘Omdat u er niet meer voor kan zorgen en ik nog wel een adresje weet’.
Met een onverwacht assertief inzicht snufte het konijn: ‘Voor mensen die niks hebben is een konijn heel wat. Ik heb me trouwens als partij gesteld. Ik ben een gevoegd konijn’. En het vervolgde: ‘En u? Als ik zo anorex was als u zou ik trouwens ook wel zo’n Schots jasje willen’.
‘Ik’, zei de rashond van 30.000 euro, ‘ik zit in een Gooise boedelscheiding. Mevrouw eist mij op. Ze heeft nog nooit naar me omgekeken maar meneer gunt haar het zilveren theeservies niet. Dus dat is logisch’.
Wat volgde zal niet verrassen. Het konijn haalde de gemengde berichten en moest het bewijs zijn van procedures zonder redelijk belang van maar raak procederende Pro-deanen en hen slaafs en geldbelust bedienende advocaten. En als de hazewind RTL Boulevard niet gehaald heeft, dan had dat toch gemakkelijk wél het geval kunnen zijn. En zo bleef de echte frivoliteitsvraag onbeantwoord.
De la Fontaine is al lang dood en Koolhaas ook al even. De fabelachtige moraal is hoe dan ook dat de maat van een processueel belang niet te lichtvaardig en zeker niet alleen met een financiële duimstok mag worden genomen. De kleinste claims zijn niet altijd van de geringste betekenis.