Een voorstel van VVD en PvdA om de kinderalimentatie te vereenvoudigen, kreeg een kritisch onthaal van advocaten en rechters op dat gebied.

 

Op 29 september 2011 presenteerden Tweede Kamerleden Ard van der Steur (VVD) en Jeroen Recourt (PvdA) hun plan tot vereenvoudiging van (de berekening van) kinderalimentatie. Op verzoek van de initiatiefnemers hebben de Raad voor de rechtspraak (Rvdr) en de vereniging Familierecht Advocaten en Scheidingsmediators (vFAS) over het plan geadviseerd. Van der Steur en Recourt werken hun plan nu uit tot een initiatiefwetsvoorstel. Beide adviserende organisaties vinden het positief dat het plan op veel punten aansluit bij de huidige berekeningsmethode. Zo blijven de begrippen draagkracht en behoefte gehandhaafd, evenals de manier om de kosten van kinderen vast te stellen. Wel menen de adviseurs dat de initiatiefnemers er ten onrechte van uitgaan dat het relevante inkomen steeds makkelijk vast te stellen is. Ze missen bovendien een visie op situaties waarin samengestelde gezinnen, samenloop van onderhoudsrechten en -plichten of stiefouders een rol spelen.

Vrees en twijfel
Variabele bedragen zouden door forfaitaire moeten worden vervangen. De initiatiefnemers beogen de vaststelling van kinderalimentatie te vereenvoudigen door variabele bedragen door forfaitaire te vervangen. De vFAS heeft geen principiële bezwaren hiertegen, maar de Rvdr merkt op dat het afzien van maatwerk het risico vergroot van niet te executeren beslissingen. Beide adviserende organisaties vrezen bovendien dat dit risico nog wordt vergroot door het opheffen van de zogeheten ‘vrije ruimte’. Over de introductie van een minimumalimentatiebedrag verschillen beide organisaties daarentegen van mening. vFAS is positief omdat dit de gezamenlijke verantwoordelijkheid van ouders benadrukt, de Rvdr vreest een daling van het inkomen van ouders beneden het bestaansminimum. Dat het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen (LBIO) bij geschil tussen de ouders de kinderalimentatie vast zou moeten stellen, wordt door vFAS én Rvdr afgekeurd. Het LBIO zou als publiekrechtelijk bestuursorgaan in strijd met de trias politica haar eigen beslissingen ten uitvoer kunnen leggen. Bovendien beschikt het bureau niet over de kwaliteiten en ervaring in geschillenbeslechting van de rechterlijke macht, aldus de vFAS. De initiatiefnemers hebben hun wens tot vereenvoudiging gebaseerd op onderzoek van TNO en LBIO. Omdat de vFAS methodologische kritiek op beide onderzoeken heeft en weinig van de problemen herkent die de initiatiefnemers noemen, is de vereniging niet overtuigd van de noodzaak tot vereenvoudiging. Beide adviseurs betwijfelen bovendien of vereenvoudiging leidt tot een betere betalingsmoraal, de relatie tussen beide is niet onderzocht. Andere mogelijke oorzaken van het nietbetalen, zoals de financiële crisis, worden niet opgelost met een andere berekeningswijze.

 

Christiane Verfuurden, advocaat te Eindhoven

 

Download artikel als PDF

Advertentie