De gevangenis van het Rode Khmer-tribunaal heft veel weg van een schoolgebouw. De vijf bejaarde gedetineerden hebben het er relatief goed. De bewaking is laks. De kwiekste van de gevangenen is Kaing Guek Eav, alias Duch. Met zijn 69 jaar is hij dan ook de jongste. Hem wordt geen strobreed in de weg gelegd als hij zijn was buiten ophangt. Af en toe maken we een praatje. Duch is dan een en al glimlach. Hij lijkt het er uitstekend naar de zin te hebben. Maar onlangs werd hij in hoogste instantie tot levenslang veroordeeld voor zijn rol tijdens de Rode Khmer.
In de jaren zeventig stond hij aan het hoofd van de gevangenis in Tuol Sleng, ook wel bekend als S-21. Het was niet zomaar een gevangenis, maar het eindstation voor partijleden die uit de gratie waren gevallen. Wie daar de poort passeerde, werd gemarteld en uiteindelijk geëxecuteerd. Het precieze aantal doden is onbekend. De schatting lopen op tot 20.000.
Duch is een rare snuiter. Vanwege de toegewijde en minutieuze wijze waarop hij zijn werk uitvoerde en door zijn ogenschijnlijke gebrek aan empathie, wordt hem door sommigen het syndroom van Asperger toegedicht. Tijdens zijn proces was hij het braafste jongetje van de klas. Hij antwoordde keurig op alle vragen en leek volledige openheid van zaken te willen geven. Toch is hij ook voor de rechters een mysterie gebleven. Het achterste van de tong heeft hij nooit willen laten zien.
Tot ieders verbazing vroeg hij de rechtbank op de laatste dag van de zitting ineens om vrijspraak, omdat hij als ondergeschikte toch ook niet meer zou hebben gedaan dan bevelen uitvoeren. Hij zou daarbij uitsluitend uit angst hebben gehandeld.
Binnenkort mag hij weer voor de rechter verschijnen; dit keer niet als verdachte, maar als kroongetuige in het proces tegen Nuon Chea. Duch heeft onze cliënt namelijk aangewezen als zijn superieur, degene aan wij hij destijds verantwoording zou hebben moeten afleggen. Nuon Chea zou begin 1979, vlak voordat de Vietnamezen Phnom Penh binnenvielen, Duch opdracht hebben gegeven alle overgebleven gevangenen te doden.
Nuon Chea ontkent dit resoluut. En ik ben benieuwd of Duch, oog in oog met zijn vermeende superieur, voet bij stuk zal houden. Het is heel goed mogelijk dat Duch Nuon Chea uit de mouw heeft geschud om zijn angst-alibi iets van geloofwaardigheid te geven. In die zin is Nuon Chea, als hoofdverdachte in dit monsterproces, voor Duch een dankbaar slachtoffer.
Michel Pestman