Eind februari vierde Eurojust haar tienjarig bestaan. Dit agentschap coördineert de vervolging van internationale criminaliteit. Op termijn wil het ook kunnen vervolgen in een Europees land naar keuze. Grote afwezige was de Europese advocatuur.

In juli 2010 werden in Nederland negen boeren aangehouden op verdenking van witwaspraktijken, valsheid in geschrifte en het lidmaatschap van een criminele organisatie. Ze zouden tientallen miljoenen euro’s hebben witgewassen met behulp van een fictieve onderneming. Voorafgaand aan de aanhouding werd gelijktijdig in Polen, Cyprus, België, Denemarken, Frankrijk en Zwitserland door politie- en belastinginspecteurs onderzoek gedaan, waarop de boeren in Nederland aangehouden konden worden. De coördinatie van dit ingewikkelde onderzoek was in handen van Eurojust, het agentschap dat onlangs zijn tienjarige jubileum vierde in Den Haag.
 Het aantal zaken dat sindsdien door Eurojust in behandeling werd genomen groeide gestaag: van 202 in het eerste jaar, tot 1424 zaken in 2010. In bijna een vijfde van de zaken wordt een Europees Arrestatiebevel (EAB) uitgevaardigd. Prioriteit ligt bij drugshandel, mensenhandel en -smokkel, terrorisme, fraude, corruptie, witwaspraktijken, computercriminaliteit en andere ‘criminele activiteiten die de Europese burger schade kunnen berokkenen’. Het mandaat van Eurojust is simpel: ‘het ondersteunen en zo nodig coördineren van nationale autoriteiten in elke fase van strafrechtelijke onderzoeken en vervolging.’ Bij de oprichting was het idee dat Eurojust vooral een coördinerende rol bij opsporingsonderzoeken van Europol zou spelen. Maar volgens een vertegenwoordiger van een lidstaat zijn die rollen in de praktijk inmiddels omgedraaid.

Gelijkwaardige netwerkorganisatie
De informatiemacht van Eurojust is enorm: vertegenwoordigers van Eurojust hebben inzage in vrijwel alle Europese juridische databases en de eigen database groeit gestaag. Maar hoe de organisatie opereert is van buitenaf niet te zien. ‘Je ziet weleens in dossiers dat Eurojust erbij betrokken is geweest,’ zegt Gabriël Meijers van Meijers Canatan in Amsterdam. ‘Ze beschikken over gigantisch veel informatie. Het belooft wat als Eurojust werkelijk bevoegdheden krijgt.’
Die bevoegdheden zijn nu nog beperkt tot het coördineren van opsporingsonderzoeken. Maar de ambitie om de macht van het agentschap uit te breiden klonk door in de bijdragen van vrijwel alle sprekers op het symposium. De bedoeling is dat het agentschap in de komende jaren meer bevoegdheden krijgt, liet Françoise Le Bail, directeur generaal Justitie bij de Europese Commissie weten. De Commissie wil Eurojust bijvoorbeeld inzetten bij de bestrijding van fraude met Europese subsidiegelden – nu geschat op zo’n 600 miljoen euro per jaar. Een voorstel om een European Public Prosecutor’s Office (EPPO) op te zetten wordt volgend jaar ingediend.
 Eurojust kan ook een rol spelen bij de implementatie – en depolitisering – van antiterrorismewetgeving in de EU, aldus Gilles de Kerchove, de EU-coördinator terrorismebestrijding. De Kerchove noemt de PKK als voorbeeld van een organisatie die zich binnen de EU als criminele, maar daarbuiten als terroristische organisatie gedraagt. De EU moet terrorisme vanuit een strafrechtelijk perspectief benaderen, en niet vanuit de optiek van de ‘Global War on Terror’, meent De Kerchove. ‘Waarom worden de plegers van de aanslagen in Madrid nooit door Al Qaeda gebruikt in hun propaganda? Omdat ze een eerlijk proces kregen en werden veroordeeld voor strafrechtelijke feiten.’
 Een vraag die het agentschap al sinds zijn oprichting bezighoudt, is in welk land een zaak uiteindelijk wordt vervolgd. Nu is het nog zo dat het agentschap alleen een vrijblijvend advies kan geven, maar volgens een ingewijde van het eerste uur is het een ‘dierbare wens’ om die beslissing onder te brengen bij Eurojust. Welke consequenties dat voor de verdediging zal hebben is moeilijk te overzien, zij het dat het in de praktijk vaak toch al gebeurt.
De feestelijkheden werden bijgewoond door vertegenwoordigers van Europese opsporingsinstanties en ministers van Justitie, onder wie minister Opstelten. Opvallend afwezig was de advocatuur: niet de Nederlandse Orde, noch de Conseil des Barreaux Européens (CCBE) was uitgenodigd.
Jammer, vindt beleidsmedewerker Peter McNamee van de CCBE. ‘Wij zouden graag meepraten bij dit soort conferenties. Tegenover Eurojust zou een gelijkwaardige netwerkorganisatie van de advocatuur moeten komen. Dat is vooral een kwestie van geld, dat we niet zomaar hebben. We hebben de Europese Commissie vorig jaar gevraagd daarnaar te kijken. Maar we hebben nog niks gehoord.’

 

Tatiana Scheltema

Download artikel als PDF

Advertentie