Minister Opstelten van Veiligheid en Justitie wil de identiteit van bedreigde en anonieme getuigen beter afschermen, door ze alleen nog maar een nummer te geven. Enkel de politie zou dan nog maar hun naam weten. De andere partijen in het strafproces zouden hun identiteit niet kennen.
Opstelten maakte dat vandaag bekend tijdens een overleg in de Tweede Kamer over de georganiseerde criminaliteit. Hij reageerde op het VVD-Kamerlid Hennis-Plasschaert. Volgens haar durven slachtoffers van afpersingen door motorclubs vaak geen aangifte te doen, uit angst voor represailles. Opstelten zei dat het OM met een verruimde handleiding komt voor anonieme en bedreigde getuigen. Onderdeel daarvan is dat aangiften enkel op nummer in een strafdossier terecht komen.
Volgens PvdA-Kamerlid Recourt is het formeel dan nog altijd mogelijk dat het OM en de politie gedurende een strafzaak toch details van de identiteit van een getuige moeten prijsgeven. Opstelten meende dat dat slechts een ‘muizengaatje’ is in de wet. In de praktijk zou het OM kunnen volstaan met het geven van een nummer. Hennis-Plasschaert verklaarde dat de macht van criminele motorclubs veel groter is dan nu wordt aangenomen. Ook advocaten zouden deel uitmaken van hun netwerken.
Kroongetuigen
Verschillende fracties willen dat Opstelten de regeling voor kroongetuigen oprekt. Nu mag het OM hen maximaal de helft van een straf kwijtschelden. ‘Waarom geen 75 of 100 procent?’, vroeg het CDA-Kamerlid Cöruz. Opstelten reageerde dat de kroongetuigenregeling een ‘gevoelige zaak’ is, maar hij houdt toch al ‘verkennende gesprekken’ over een verruiming. Het nieuwe kabinet moet er een beslissing over nemen.
Door Maarten Bakker