Het zijn barre tijden. Ik kijk met verbijstering naar de gekwetste ego’s van de met spelfouten getatoeëerde voetballers van het Nederlands elftal. Nog meer verbaas ik mij over de SP en de PVV. Om uitermate dubieuze redenen misbruiken zij de parlementaire reglementen vanwege electorale overwegingen: het zogenaamd ‘filibusteren.’
Om onwelgevallige wetgeving te traineren vragen de PVV- en SP-Kamerleden ‘Oehoe,’ ‘Weetniet’ en ‘Is daar iemand’ debatten aan van zeven, respectievelijk tien uur. Fleur Agema, de geluidloze PVV-sirene, stelt maar liefst honderd niet doorwrochte vragen aan minister Edith Schippers (Volksgezondheid). Het onderwerp in kwestie, de verhoging van het eigen risico in de zorg, raakt de belangen van de staat niet in essentie. Andere dossiers wel. Indien politieke partijen bij evidente onderwerpen het wetgevingsproces op deze wijze frustreren, zou het staatsnoodrecht wel eens van toepassing kunnen zijn.
In het Romeinse recht werd reeds verwezen naar staatsnoodrecht met adagia als necessitas non habet legem en salus rei publicae suprema lex est. Traditioneel wordt de uitvoerende macht in staat gesteld bepaalde (grond)wettelijke vrijheden van rechtssubjecten op te schorten met uitsluiting van de rechterlijke macht. Vooral in tijden van oorlog of situaties van gelijke aard (art. 15 EVRM). Duynstee heeft in 1946 overtuigend het belang van staatsnoodrecht aangetoond dat in die tijd gericht was op de besluiten van de Nederlandse regering in Londen, zonder reguliere parlementaire controle. Belangrijk is zijn duiding dat staatsnoodrecht volatiel is. Mogelijk breed inzetbaar, afhankelijk van de gelding, uitgestrektheid, kracht, subject, toetsingsbevoegdheid van de rechter en, neemt met dit laatste aan, de criteria daarvan.
Artikel 15 EVRM geeft aan dat naast ‘in tijd van oorlog’ staatsnoodrecht is toegestaan ‘in geval van enig andere algemene noodtoestand die het bestaan van het land bedreigt’. Dit kan heden ten dage gelezen worden als een financieel-economisch risico. Het mogelijk faillissement van een land mag niet geriskeerd worden door fluimerijen van volksvertegenwoordigers. Er is sprake van een uitzonderingstoestand. Geen misverstand: natuurlijk geldt dat indien PVV en SP regeringsmacht krijgen, zij zich uit alle verdragen mogen terugtrekken. Maar tot dat moment geldt dat bij onbehoorlijke vertragingstactieken op dossiers die wellicht onoverkomelijk grote financiële repercussies kunnen hebben op Nederland, dat het kabinet de maatregelen daadkrachtig doorvoert. Desnoods met een beroep op staatsnoodrecht.
Harry Veenendaal