De beroepsaansprakelijkheidsverzekering is niet het favoriete onderwerp van de meeste advocaten. Dat die liever met hun vak bezig zijn, is begrijpelijk, maar onterecht. Een verkeerd juridisch advies kan immers grote financiële consequenties hebben.
Iedere advocaat is voor 500.000 euro per claim verzekerd en in totaal voor twee keer dit bedrag, volgens de regels van de Orde. Daarmee zijn veel advocaten afdoende gedekt. Maar door de enorme diversiteit aan praktijken geldt dat zeker niet voor iedere advocaat. Af en toe de tijd nemen om de polis te ‘ijken’ aan de huidige praktijk is de plicht van iedere advocaat, zegt Mandy van der Zalm, directeur bij Aon Risk Solutions. ‘Het gaat niet alleen om je kantoor, het gaat in de eerste plaats om de cliënt. Die moet zich veilig weten. Wie zich niet goed heeft verzekerd, bewijst zijn cliënt, zichzelf én de hele beroepsgroep een slechte dienst.’
Hoe bepaal je de juiste dekking? Een kwestie van maatwerk, zegt Freek Njio, mede-eigenaar van Mutsaerts. ‘Het hangt veel factoren af. Om er een te noemen: het soort cliënten dat je bedient. De omzet? Nee, die zegt veel minder. Het gaat om het risico dat een cliënt loopt.’ Van der Zalm: ‘We gebruiken onze ervaring, benchmarkinformatie en kijken naar omzet, rechtsgebied en of een advocaat ook buitenlandse partijen adviseert.’
Vooral termijnoverschrijdingen
Een rekenmodel dat gegarandeerde zekerheid biedt, bestaat niet. Het blijft mensenwerk. De beslissing ligt uiteindelijk bij de advocaat, al komt de dekking ‘in overleg’ tot stand, zegt cliëntadviseur Matthijs de Meyere van assurantiekantoor Niehoff Werning en Kooij. ‘De advocaat kan over het algemeen een goede inschatting maken. Het komt vrijwel nooit voor dat de dekking achteraf niet voldoende blijkt.’
Commerciële motieven zijn ook steeds vaker een factor van belang bij de bepaling van de dekking, zegt Van der Zalm. ‘Zakelijke cliënten vragen advocaten steeds vaker naar de hoogte van de kantoordekking en wegen deze mee in hun keuze voor een kantoor in een bepaalde zaak. Logisch bij grote zaken, want dan zijn de financiële belangen enorm. Kantoren kijken ook in dit opzicht goed naar hun concurrenten. Er zijn verzekeringen die een onbeperkt aantal claims dekken. Dit each & every claim-kenmerk hoeft niet meer te kosten, is onze ervaring, als je maar scherp met de verzekeringsmaatschappij onderhandelt. Ook voor excedent verzekeringen bestaan goede deals in de markt.’
Voor welke fouten spreken advocaten hun verzekering aan? ‘Nog steeds in overgrote meerderheid voor een termijnoverschrijding’, zegt Njio. ‘Het komt ook vaak voor dat een cliënt gewoon niet tevreden is met de uitkomst en de advocaat onbehoorlijke procesvoering verwijt, maar dat is moeilijker te bewijzen. En dan moet de schade daar ook nog aan te wijten zijn.’ De meeste claims falen daarom, maar de advocaat heeft zich wel moeten verdedigen. Meestal blijft het beroep op de verzekering daarom beperkt tot de kosten voor verweer.
Het regent fusies en splitsingen
De hoogte van de dekking is één zaak. Maar wat nu als je verzekerd dacht te zijn, maar het niet blijkt te zijn? – het zogenoemde inloop- en uitlooprisico waarbij het inlooprisico verwijst naar claims die worden ingesteld naar aanleiding van geleden schade die is ontstaan vóór de verzekering inging; het uitloop-risico betreft claims die worden ingesteld na de looptijd van de verzekering. Niet bij alle polissen zijn deze risico’s standaard voldoende gedekt. Het onderwerp heeft de aandacht van de Orde, die van plan is dit cruciale punt nog eens te accentueren met een wijziging van art. 4 van de Verordening op de administratie en de financiële integriteit. Inhoudelijk verandert er niets.
Dat is de afgelopen jaren al gebeurd. Onder druk van de Orde heeft een aantal verzekeraars de dekking voor het in- en uitlooplooprisico verruimd. Als de advocaat tijdens het maken van zijn fout verzekerd was, zit hij altijd goed. De Meyere: ‘Mocht je op die verzekering geen beroep kunnen doen, dan kun je altijd terugvallen op je huidige verzekering. Een secundaire dekking, noemen we dat. Een vangnet.’
In principe is het probleem van het in- en uitlooprisico dus behoorlijk ondervangen en zal een advocaat niet zo snel meer tussen wal en schip raken. De Meyere: ‘Maar er zijn altijd uitzonderingen. Let er dus goed op.’ Temeer omdat de dynamiek de advocatuur extra kwetsbaar maakt, zegt Njio. ‘Het regent kantoorwisselingen, fusies en splitsingen. Ons levert dat veel zaken op maar er kunnen zo wel gaten vallen.’
Onderschat wordt nog wel eens het uitlooprisico bij beëindiging van de praktijk. Hoeveel jaren uitloopdekking kies je? Het kan gebeuren dat een advocaat stopt en drie jaar later alsnog een claim krijgt, terwijl hij zijn uitlooprisico maar voor twee jaar verzekerd had. Van der Zalm: ‘Het is verstandig om te kiezen voor een verzekering met een onbeperkte uitloopregeling. Een fout kan pas jaren na het advies aan het licht komen.’
Tot slot is ook dekking voor aansprakelijkheid vanuit een ander land niet onbelangrijk, zeker voor advocaten die buitenlandse partijen bedienen. Al adviseren ze naar Nederlands recht, het is niet uitgesloten dat ze in een ander land worden gedaagd, bijvoorbeeld in de in dit opzicht gevreesde landen Canada en Amerika. Njio: ‘Zelfs al heb je contractueel vastgelegd dat je alleen voor een Nederlandse rechter gedaagd kunt worden, als de Amerikaanse rechter zich ontvankelijk verklaart voor de claim zul je je moeten verdedigen.’
Arnoud Veilbrief