mrs. Feddes, Baks, Bemelmans Brandsma en Van Halder

 

Fraude in beroepsopleiding

 

Frauderen bij examens in het kader van de beroepsopleiding door de opgaven tweemaal door een ander te laten maken en als eigen werk in te leveren en eenmaal daartoe een poging te doen.

– Advocatenwet, art. 46 (2.1 wat in het algemeen niet betaamt)

 

Feiten

Mr. X, een stagiaire, heeft twee toetsen in het kader van de beroepsopleiding door een andere advocaat laten maken en dat bij

een derde toets willen doen. Toen dat uitkwam verontschuldigde hij zich, beriep hij zich op faalangst en verzocht de toetsen (zelf) over te mogen maken. De deken, hiervan op de hoogte gesteld, diende een ambtshalve klacht in over de fraude en over onjuiste informatie die mr. X hem verstrekte met betrekking tot de persoon die hem bij de fraude ter zijde had gestaan.

 

Overwegingen van de raad

De raad is met de deken van oordeel dat mr. X met de door hem gepleegde examenfraude heeft blijk gegeven van een groot gebrek aan integriteit. Anders dan Mr. X zelf in zijn brief aan de Orde heeft aangegeven is hier geen sprake van een onbezonnen daad maar van een welbewuste voorbereiding, een doordacht scenario van fraude en herhaling daarvan, ook nadat ondanks de gevolgde weg een onvoldoende was behaald.

Het verweer dat de examenfraude niet is gepleegd in de hoedanigheid van advocaat c.q. in het kader van de beroepsuitoefening wordt door de raad verworpen nu aan de examens voor de beroepsopleiding alleen maar door advocaten kan worden deelgenomen. Dat deze advocaten nog slechts voorwaardelijk zijn ingeschreven maakt dit niet anders.

Daar komt bij dat mr. X ook onwaarheid heeft gesproken ten aanzien van de persoon van zijn begeleider en in die leugen is blijven volharden.

Beide handelwijzen zijn in hoge mate in strijd met hetgeen een behoorlijk advocaat betaamt en rechtvaardigen de vrees dat mr. X in de toekomst ook het vertrouwen van cliënten in de advocatuur en/of de eigen beroepsuitoefening zal schaden, zoals hij nu het vertrouwen van de examencommissie en de deken heeft geschaad. De aangevoerde faalangst kan niet tot rechtvaardiging van de handelwijze van mr. X dienen. Gezien de ernst van de feiten is het alleszins begrijpelijk dat bij de deken en de Raad van Toezicht de vrees bestaat dat mr. X niet alleen in examenverband maar ook daarbuiten onvoldoende beseft wat een behoorlijk advocaat betaamt. De raad is dan ook van oordeel dat de klacht in beide onderdelen gegrond is en dat de maatregel van schrapping van het tableau op zijn plaats is. Daaraan doet niet af dat mr. X in zijn brief het boetekleed heeft aangetrokken en ter gelegenheid van de mondelinge behandeling zijn advocaat heeft laten aandringen op een mildere dan deze ultieme sanctie.

 

Volgt

Schrapping.

 

Overwegingen van het hof

Het hof is van oordeel dat niet is komen vast te staan dat mr. Y de desbetreffende opgaven van mr. X heeft gemaakt. Deze heeft schriftelijk verklaard dat hij de tentamens niet heeft gemaakt. Hier staat weliswaar tegenover dat Z van de NOVA blijkens het opgemaakte proces-verbaal mr. Y heeft herkend, doch zonder nader onderzoek is het hof niet in staat de juiste gang van zaken vast te stellen. Een dergelijk onderzoek acht het hof niet opportuun, omdat voor de ernst van de handelwijze van mr. X niet relevant is welke persoon anders dan mr. X zijn opgaven heeft gemaakt. Het tweede onderdeel van de klacht mist derhalve feitelijke grondslag en is dus ongegrond.

Met de raad acht het hof het frauderen in hoge mate onbetamelijk en onaanvaardbaar voor iemand die als advocaat de beroepsopleiding volgt.

Mr. X heeft aangevoerd dat hij in ernstige mate last heeft van faalangst en dat dit hem tot zijn gedragingen heeft gebracht. Hij had zich echter behoren te realiseren dat de gekozen uitweg voor hem onbegaanbaar was, gelet ook op het voor de advocatuur geldende vereiste van integriteit en betrouwbaarheid. Alles overwegende komt het hof tot de conclusie dat, gelet op de aard en de ernst van het verwijt dat verweerder kan worden gemaakt, niet kan worden volstaan met een andere maatregel dan de door de raad opgelegde maatregel van schrapping van het tableau.

Download artikel als PDF

Advertentie