Raad van Discipline Amsterdam, 23 oktober 2001
(mrs. Kist, Van Ardenne, Remme, Breederveld en Rigters)
Van een behoorlijk advocaat mag worden verwacht dat hij kopieën van zijn correspondentie aan de notaris ook aan (de advocaat van) de wederpartij stuurt.
– Advocatenwet artikel 46 (3.3.3 Berichten aan derden; 3.4 Jegens tegenpartij in acht te nemen zorg)
– Gedragsregel 15
Feiten
Klager sub 2, advocaat van klager sub 1, heeft klager sub 1 bijgestaan in een geschil over de levering van onroerend goed aan klager sub 1. Mr. X trad in dezen op voor de verkoper van het onroerend goed. Er bestond met betrekking tot de levering van het onroerend goed een geschilpunt tussen partijen. Niettemin hebben partijen besloten het transport van het onroerend goed toch te laten plaatsvinden onder voorbehoud van alle rechten die zij jegens elkaar menen te hebben. Enkele dagen voorafgaand aan het transport heeft de notaris de conceptakte aan partijen toegezonden. Mr. X heeft zijn commentaar op deze akte per fax aan de notaris doorgegeven. Mr. X heeft van die fax geen afschrift aan klager sub 2 of aan klager sub 1 toegestuurd. Mr. X heeft zijn cliënt naar het transport vergezeld en heeft klager sub 2 van zijn aanwezigheid niet tevoren op de hoogte gesteld. Na divers telefonisch overleg tussen klager sub 2 en mr. X is klager sub 2 alsnog bij het transport aanwezig geweest.
Klacht
De klacht houdt, voorzover van belang, in dat mr. X zonder voorafgaande mededeling aan klager sub 2 aanwezig was bij het transport bij de notaris, zomede dat mr. X een brief aan de betreffende notaris heeft gezonden waarin hij heeft aangegeven welke wijzigingen in de conceptakte moesten worden opgenomen, zonder van deze brief een kopie aan klager sub 2 toe te zenden.
Overwegingen raad
De klachtonderdelen hebben beide betrekking op het niet-nakomen van de informatieplicht van mr. X, zowel ten aanzien van zijn aanwezigheid bij het transport als ten aanzien van het toesturen van kopieën van corres pondentie die hij in verband met dit transport aan de notaris heeft verzonden. De raad is ten aanzien van die gedragingen van oordeel dat nu de notaris niet gelijk valt te stellen met een rechtsprekende instantie de gedragingen van mr. X niet getoetst kunnen worden aan Gedragsregel 15 maar dat van een behoorlijk advocaat mag worden verwacht dat hij in een geval als het onderhavige, kopieën van zijn correspondentie aan de notaris ook aan de wederpartij stuurt, in het bijzonder indien dergelijke correspondentie erop is gericht inhoudelijk wijzigingen te bewerkstelligen in de akte die tussen partijen dient te worden gepasseerd. Nu de aanwezigheid van mr. X bij het transport ook als achtergrond had het feit dat mr. X inhoudelijk nog over wijzigingen in de akte wenste te onderhandelen had mr. X klager sub 2 eveneens dienen te informeren over zijn voorgenomen aanwezigheid bij het passeren van de akte. De klachtonderdelen zijn derhalve gegrond. De raad is van oordeel dat de gedragingen, hoewel verwijtbaar, het opleggen van een maatregel niet rechtvaardigen, nu klager sub 2 uiteindelijk alsnog bij het transport aanwezig is geweest.
Volgt
Verklaart de klacht in beide onderdelen gegrond zonder het opleggen van een maatregel.