Hof van Discipline, nr. 3371, 3 mei 2002

(mrs. Zwitser-Schouten, Heidinga, De Leeuw, Goslings en Gründemann).

Raad van Discipline Amsterdam, 19 februari 2001

(mrs. Kist, Van Ardenne, Remme, Knipscheer en Klaver).

 

Een advocaat dient niet alleen ten opzichte van zijn cliënten maar in bepaalde omstandigheden ook ten opzichte van de bij hem bekende betrokkenen c.q. belanghebbenden een zeer zorgvuldig declaratiebeleid te voeren en desgevraagd helderheid te verschaffen.

– Advocatenwet artikel 46 (3. Wat een behoorlijk advocaat betaamt tegenover

de wederpartij; 3.4 Jegens tegenpartij in acht te nemen zorg)

– Gedragsregels 23 lid 1 en 27 lid 5

 

Feiten

Klager behartigt de belangen van twee broers, in een geschil met de derde broer, C. Het geschil betreft de verdeling van een nalatenschap van hun in 1990 overleden moeder. C. is benoemd tot executeur testamentair De voornaamste vermogenbestanddelen van de nalatenschap zijn ondergebracht in een beleggingsmaatschappij, de besloten vennootschap Y. C. is bestuurder van de vennootschap. Mr. X behartigt de belangen van zowel C als van de vennootschap Y. Klager heeft namens de twee broers een procedure tot verdeling van de nalatenschap aanhangig gemaakt tegen C. bij de rechtbank. Bij tussenvonnis d.d. 24 mei 1995 is vastgesteld dat de aandelen in de vennootschap aan de twee broers worden toebedeeld tegen een vergoeding van de waarde aan C. De rechtbank heeft een registeraccountant benoemd tot deskundige voor het bepalen van de waarde van de aandelen. De vennootschap ontplooit sinds 1996 geen activiteiten meer. Het vermogen van de vennootschap bestaat voor een deel uit het saldo van een rentedragende depositorekening. Bij vonnis d.d. 2 juli 1998 heeft de President van de Rechtbank in een door de twee broers tegen C. en de vennootschap Y. aanhangig gemaakt kort geding, C. verboden in zijn hoedanigheid van directeur van de vennootschap zonder voorafgaande kennisneming en goedkeuring van de twee broers enige handeling te verrichten waaruit financiële verplichtingen voor de vennootschap kunnen ontstaan voor meer dan totaal f 35.000, zulks op straffe van een dwangsom. In dit vonnis overweegt de President onder meer:

“Onbetwist staat vast dat de beleggingsmaatschappij (de vennootschap bew.) geen activiteiten meer ontplooit en ook dat sinds het tussenvonnis van de rechtbank nog eens voor een bedrag van f 300.000 aan betalingen is verricht (waaronder betalingen aan de raadsman van gedaagde), waarvan vooralsnog onduidelijk is in hoeverre deze voor werkzaamheden ten behoeve van de beleggingsmaatschappij verricht zijn en waarvan gedeeltelijk door gedaagde is erkend dat zulks niet het geval is”.

Mr. X heeft bij aanvang van zijn werkzaamheden zijn eerste factuur geadresseerd aan C. C. heeft deze factuur betaald. Vervolgens heeft C. aan mr. X gevraagd zijn facturen te adresseren aan de vennootschap. Vanaf dat moment heeft de vennootschap de facturen van mr. X. betaald. De deskundige heeft mr. X verzocht om een specificatie van zijn facturen betreffende de jaren 1993 en 1994. Vervolgens heeft de deskundige – bij gebreke van enige specificatie – een verdeelsleutel toegepast, waarbij hij de kosten voor 50% heeft toegerekend aan de vennootschap en voor 50% aan C. respectievelijk de nalatenschap. Mr. X heeft na 1994 aan de vennootschap drie declaraties verstuurd, die de vennootschap heeft betaald: declaratie 1 ad f 18.244,20 ten name van C; declaratie 2 ad f 40.945,56 ten name van C. en declaratie 3 ad f 83.613,75 ten name van de vennootschap, in totaal f 142.803,51. Mr. X heeft na herhaalde schriftelijke verzoeken van de deskundige tenslotte afschriften van de facturen, vergezeld van de opsomming van de werkzaamheden verzonden. De opsomming maakte geen onderscheid tussen de werkzaamheden verricht ten behoeve van de vennootschap of ten behoeve van C. als erfgenaam of ten behoeve van C. als executeur testamentair. De deskundige heeft een aanvullend deskundigenbericht opgesteld, waarbij hij zich niet uitlaat omtrent de toerekening van de advocaatkosten van mr. X aan de vennootschap of aan C. of de nalatenschap.

 

De inhoud van de klacht

Mr. X heeft ten onrechte declaraties verzonden aan vennootschap Y en aldus bedragen aan de vennootschap berekend die aan een ander of anderen in rekening gebracht hadden moeten worden. Mr. X weigert stelselmatig aan de voor het merendeel gerechtigden tot de aandelen in de vennootschap zijn aan die vennootschap gedeclareerde bedragen te verantwoorden en te specificeren.

 

Overwegingen Raad

Mr. X is bekend met het feit dat zijn cliënt C. optreedt in drie hoedanigheden: Privé-persoon/erfgenaam, executeur testamentair, bestuurder van de vennootschap.

Mr. X is voorts bekend met het oordeel van de rechtbank dat de aandelen van de vennootschap worden toebedeeld aan de cliënten van klager, zulks tegen vergoeding van de waarde aan C met benoeming van een deskundige met het oog op de waardering van de aandelen van die vennootschap. Tenslotte is mr. X bekend met het feit dat de vennootschap al jaren geen activiteiten meer ontplooit en dat het saldo op de depositorekeningen een van de belangrijkste vermogensbestanddelen van de vennootschap is.

In de gegeven omstandigheden dient mr. X niet alleen ten opzichte van zijn cliënten, maar ook ten opzichte van de bij hem bekende betrokkenen, uiteindelijk de gerechtigden tot het vermogen van de vennootschap een zeer zorgvuldig declaratiebeleid te voeren. Indien en voor zover hij al in de gegeven omstandigheden het verzoek van C. dient te honoreren door de factuur de adresseren aan de vennootschap, zal mr. X. in de gegeven omstandigheden geen enkele onduidelijkheid mogen laten bestaan omtrent een uitsplitsing van zijn werkzaamheden, zulks met het oog op de bij hem bekende, dan wel redelijkerwijs te verwachten gevolgen van de betaling van zijn facturen door de vennootschap voor de betrokken gerechtigden. Mr. X heeft tijdens de mondelinge behandeling erkend dat de specificaties van zijn declaraties geen onderscheid maken ten aanzien van de partijen voor wie hij zijn werkzaamheden heeft verricht. Mr. X heeft daarmee niet voldaan aan zijn zorgplicht om helderheid en inzicht te verschaffen. Voorts heeft mr. X erkend dat de vennootschap betalingen heeft verricht voor werkzaamheden die niet ten behoeve van de vennootschap heeft verricht.

Mr. X heeft ook aangegeven niet bereid of in staat te zijn ten aanzien van de door hem verrichte werkzaamheden het onderscheid naar partijen alsnog aan te geven. Door zijn weigerachtigheid of onbereidwilligheid bemoeilijkt mr. X een (gedeeltelijke) oplossing van het geschil. Aldus draagt zijn opstelling bij tot kostenverhogende complicaties in de lopende procedures.

 

Volgt

Gegrondverklaring van de klacht in al haar onderdelen en oplegging van de maatregel van enkele waarschuwing.

 

Overwegingen Hof

Het Hof gaat uit van bovenvermelde klachtomschrijving nu daartegen geen grief is gericht. Eerst tijdens de behandeling in hoger beroep heeft mr. X zich op het standpunt gesteld dat klager geen belang heeft bij de onderhavige klacht en dat klager derhalve niet ontvankelijk dient te worden verklaard. Uit de inleidende klachtbrief van 1 maart 2000 blijkt echter duidelijk dat klager de klacht heeft ingediend namens zijn cliënten, de twee broers, en als zodanig is de klacht ook door de Deken aan de Raad voorgelegd. Tijdens de behandeling bij de Raad heeft klager zulks eveneens expliciet medegedeeld en ter zitting van het Hof heeft klager dat herhaald. Klager is derhalve ontvankelijk in zijn klacht, zij het met dien verstande dat naar het oordeel van het Hof de Raad ten onrechte heeft geoordeeld dat klager die klacht namens zichzelf indiende, terwijl hij de klacht indiende in zijn hoedanigheid van advocaat van zijn cliënten. In laatstgenoemde zin verstaat het Hof mitsdien de hoedanigheid van klager.

Het staat vast dat de drie broers C., de cliënten van klager respectievelijk de cliënt van mr. X als gerechtigden tot de in de nalatenschap vallende aandelen in de vennootschap belang hebben bij de waardering daarvan en dat de waarde van de aandelen worden beïnvloed door hetgeen de vennootschap op factuur heeft betaald.

De declaraties 1 en 2, die zijn gesteld ten name van C. in privé kunnen buiten beschouwing blijven, ook al zijn betalingen op deze declaraties (ten dele) gedaan door de vennootschap. Een advocaat kan – behoudens in bijzondere omstandigheden, waarvan te dezen niet is gebleken – niet worden verweten dat een derde (geheel of gedeeltelijk) zijn aan een cliënt uitgebrachte declaratie voldoet. Een eventuele verrekening is dan een zaak tussen die derde en de cliënt. Mr. X zou in strijd met zijn beroepsgeheim handelen – dus er onjuist aan doen – indien hij ten behoeve van klager en diens cliënten de bij deze declaraties in rekening gebrachte werkzaamheden zou specificeren. Dat is anders met betrekking tot declaratie 3. Met de Raad is het Hof van oordeel dat in de gegeven omstandigheden mr. X niet alleen ten opzichte van zijn cliënten, maar ook ten opzichte van de bij hem bekende betrokkenen uiteindelijk gerechtigden tot het vermogen van de vennootschap een zeer zorgvuldig declaratiebeleid diende te voeren. Mr. X diende in de gegeven omstandigheden er zorg voor te dragen dat de factuur gesteld was ten name van de cliënten voor wie de werkzaamheden waren verricht en de factuur zodanig in te richten dat daarin inzicht werd verschaft op welke wijze het honorarium moest worden uitgesplitst over de onderscheiden werkzaamheden. Subsidiair heeft mr. X aangevoerd dat bij gedeeltelijke gegrondverklaring van de klacht er geen aanleiding is tot het opleggen van een maatregel, omdat hij bij brief van 27 februari 2002 de bewuste nota heeft uitgesplitst wat betreft uren en verschotten en nader heeft gespecificeerd naar werkzaamheden die hij ten behoeve van de vennootschap heeft verricht. Nu mr. X eerst twee dagen voor de zitting in hoger beroep en derhalve ruim 1,5 jaar na indiening van de klacht alsnog tot specificatie en uitsplitsing van de betreffende declaraties is overgegaan, verwerpt het Hof dit verweer.

 

Volgt

Met verbetering van gronden bekrachtiging van de beslissing van de Raad, voor zover betrekking hebbend op declaratie 3.

Download artikel als PDF

Advertentie