Raad van Discipline ‘s-Gravenhage, 14 april 2003

(mrs. Verhoeven, Gilhuis, Van Hilten-Kostense, Meijer en Verhulst)

Plaatsvervangend voorzitter Raad van Discipline ‘s-Gravenhage,

14 oktober 2002

(mr. J.S.W. Holtrop)

 

Een advocaat heeft een ruime mate van vrijheid om de belangen van zijn cliënt te behartigen op een wijze als hem in overleg met die cliënt goeddunkt. De advocaat heeft daarbij de leiding en dient vanuit zijn eigen verantwoordelijkheid te bepalen met welke aanpak de belangen van zijn cliënt het best zijn gediend.

– Advocatenwet artikel 46 (1.2 De vereiste communicatie met de cliënt)

– Gedragsregels 8 en 9 lid 1

 

Feiten

Mr. X gaat de belangen behartigen van klager in twee procedures die op dat moment al in een vergevorderd stadium verkeren. In de ene procedure neemt hij een akte, nadat hij deze in concept aan klager heeft toegestuurd en dat vervolgens met hem heeft besproken. Mr. X legt de akte niet in tweede concept aan klager voor. In de andere procedure stelt mr. X ten behoeve van een comparitie van partijen een concept-pleitnota op, die hij met klager doorneemt. Daarna verwerkt hij klagers opmerkingen, voorzover relevant, in de definitieve pleitnota. Deze komt pas laat in de avond, voorafgaand aan de comparitie, gereed en klager heeft aldus niet de gelegenheid om die herziene versie vóór de zitting nog eens in te zien.

 

Klacht

Naast andere klachtonderdelen zijn de grieven van klager, kort samengevat, dat mr. X de akte niet op voorhand met hem heeft besproken en dat mr. X niet bereid is geweest een tweede concept, met verbeteringen, van de pleitnota aan klager ter goedkeuring voor te leggen.

Overwegingen plaatsvervangend voorzitter

Naar mr. X (uiteindelijk) onweersproken heeft gesteld heeft hij klager op voorhand de concept-akte ter bestudering aangeboden en deze met hem doorgesproken voordat de akte in het geding werd gebracht. Uit de stukken blijkt verder dat mr. X op voorhand een concept-pleitnota aan klager heeft gefaxt. Naar mr. X onweersproken heeft gesteld heeft hij het concept vervolgens met klager besproken en diens opmerkingen, voorzover relevant, in de pleitnota verwerkt. Een advocaat heeft een ruime mate van vrijheid om de belangen van zijn cliënt te behartigen op een wijze als hem in overleg met die cliënt goeddunkt. De advocaat heeft daarbij de leiding en dient vanuit zijn eigen verantwoordelijkheid te bepalen met welke aanpak de belangen van zijn cliënt het best zijn gediend. Uit de stukken is geenszins gebleken dat mr. X onvoldoende met klager heeft overlegd over zijn werkwijze en over de inhoud van de processtukken. Ook overigens is geenszins gebleken dat mr. X heeft gehandeld in strijd met hetgeen een behoorlijk advocaat betaamt. De klacht is (in alle onderdelen) kennelijk ongegrond.

 

Overwegingen van de raad

In de verzetprocedure formuleert de raad het verweer van mr. X als volgt.

Mr. X is van mening dat het commentaar van klager op de conceptakte, voorzover terzake dienend, voldoende in de akte is opgenomen. Hij heeft klager niet toegezegd dat hij een herziene concept-akte ter lezing toegezonden zou krijgen, voordat de akte naar de rechtbank zou worden toegezonden. Hij heeft de terzake relevante opmerkingen van klager op de juiste wijze in de uiteindelijke pleitnota verwerkt. Klager heeft inderdaad niet de gelegenheid gekregen de verbeterde pleitnota nog eens in te zien, nu het herziene stuk pas laat in de avond voorafgaand aan de comparitie gereed was en klager het eens was met de uitgangspunten en de strategie zoals in de pleitnota aangegeven. De raad bespreekt dit verweer niet expliciet, maar volstaat met de overweging dat de raad zich kan verenigen met het oordeel van de voorzitter.

 

Volgt

Ongegrondverklaring van het verzet.

Download artikel als PDF

Advertentie