Hof van Discipline, 17 september 2004, nr. 3981, 9968

(mrs. Peeperkorn, Meeter, Schokkenbroek, Hooykaas en Dijkstra)

Raad van Discipline ‘s-Gravenhage, 1 december 2003

(mrs. Verhoeven, Hiebendaal, Maat, Nijhuis en Wiersma)

 

Het informeren door advocaten naar de uitspraak bij de griffie van het gerecht is niet in strijd met Gedragsregel 15.

– Advocatenwet artikel 46 (2.1 Wat in het algemeen niet betaamt; 5.4 Welwillendheid in het algemeen)

– Gedragsregels 1, 15 en 17

 

Feiten

Mr. Y, klager treedt op als advocaat van A, hierna: de werkgever, in een arbeidsgeschil met B, hierna: de werknemer, wiens belangen door mr. X worden behartigd. Mr. Y heeft namens de werkgever op 2 september 2002 een ontbindingsprocedure geëntameerd. De mondelinge behandeling vond plaats op 29 oktober 2002, waarna getuigenverhoren zijn gehouden op 18 november 2002. Aan het slot van de getuigenverhoren heeft de Kantonrechter medegedeeld binnen twee weken een beschikking te geven. In het proces-verbaal van het getuigenverhoor is daaromtrent vermeld:

‘De Kantonrechter deelt mede dat de beschikking binnen twee weken zal worden gegeven’.

Na het afsluiten van de getuigenverhoren zijn tussen mr. X en mr. Y schikkingsonderhandelingen op gang gekomen. Mr. Y en mr. X hebben daartoe over en weer voorstellen gedaan. Mr. X heeft onder meer op 2 december 2002 in de ochtend bij de griffie van het Kantongerecht geïnformeerd naar de uitspraak. Hem werd medegedeeld dat die uitspraak er nog niet was. In een later op die ochtend gevoerd telefoongesprek met mr. Y heeft mr. X hiervan mededeling aan mr. Y gedaan. Op 2 december 2002 omstreeks 16.00 uur heeft mr. Y per telefoon aan mr. X een laatste bod namens de werkgever overgebracht, waarbij – voorzover te dezen relevant – een vergoeding werd aangeboden van € 125.000 all in. Tijdens dit telefoongesprek vernam mr. X van zijn secretaresse dat de Kantonrechter een beschikking had gegeven. Mr. X heeft vervolgens bij de griffie van het Kantongerecht geïnformeerd naar de uitspraak en vernam dat de Kantonrechter ontbinding had uitgesproken met toekenning van een vergoeding van € 38.000. Per fax van 2 december 2002, verzonden om 16.24 uur, heeft mr. X namens de werknemer het laatste bod van mr. Y geaccepteerd. Kort hierna heeft mr. Y de acceptatie per fax aan mr. X bevestigd en tevens heeft hij de Kantonrechter per fax over de bereikte overeenstemming geïnformeerd. Laatstvermelde fax is door een technische oorzaak in de ochtend van 3 december 2002 verzonden. Op 3 december 2002 is de beschikking van de Kantonrechter per post door mr. Y en mr. X ontvangen.

 

Klacht

De klacht houdt de volgende verwijten in:

1 mr. X heeft met voorkennis het laatste schikkingsaanbod geaccepteerd, waardoor evident sprake is van het overtreden van Gedragsregels 1 en 17;

2 mr. X heeft gehandeld in strijd met Gedragsregel 15 door eenzijdig de griffie te benaderen om in strijd met de geldende procedures en in strijd met de toezegging van de Kantonrechter, te weten dat de uitspraak op dinsdag 3 december 2002 aan partijen ter beschikking zou zijn, eerder de inhoud van de beschikking te vernemen.

 

Beoordeling van de klacht

De raad stelt voorop dat Gedragsregel 15 ziet op de situatie waarin de advocaat zich tot de rechter wendt aan wiens oordeel de zaak onderworpen is. Doel en strekking van deze bepaling zijn dat het oordeel van de rechter niet door één partij eenzijdig beïnvloed kan worden zonder dat de andere partij daarbij betrokken is. In het bijzonder geldt dit nadat de rechter heeft bepaald uitspraak te doen. Deze regel heeft dan ook niet betrekking op de situatie waarin een advocaat zich met de griffie van het gerecht in verbinding stelt om enkel te informeren naar de uitspraak. In de onderhavige zaak stond het mr. X derhalve vrij om (herhaaldelijk) bij de griffie te informeren naar de uitspraak, zulks temeer omdat blijkens het proces-verbaal van het getuigenverhoor de rechter heeft medegedeeld zijn beschikking binnen twee weken te zullen geven. Er was derhalve geen bepaalde dag waarop uitspraak zou worden gedaan.

Als door mr. Y erkend staat vast dat mr. X in het eerste telefoongesprek dat op 2 december 2002 werd gevoerd aan mr. Y heeft medegedeeld dat hij geïnformeerd had naar de uitspraak en dat die er op dat moment nog niet was. Mr. Y was derhalve op de hoogte van het feit dat mr. X met de griffie in contact stond over de uitspraak. Verder is gebleken dat mr. X, alvorens hij het laatste bod van mr. Y beantwoordde, in telefonisch contact met de griffie de uitspraak heeft vernomen. Op het moment dat mr. X op de hoogte was van de inhoud van de uitspraak, was het laatste bod van mr. Y nog geldig en kon mr. X dat namens zijn cliënt aanvaarden. De raad merkt op dat, hoewel mr. Y wist dat mr. X over de uitspraak met de griffie gebeld had, mr. Y in het laatste bod blijkbaar geen voorbehoud heeft gemaakt, zoals mr. X dat in zijn voorstellen aan mr. Y wel had gedaan. Gelet op voormelde omstandigheden valt niet in te zien dat het mr. X op grond van de voor hem geldende Gedragsregels niet vrij stond om het laatste schikkingsaanbod namens zijn cliënt te aanvaarden. Het verwijt dat mr. X met voorkennis het schikkingsaanbod heeft geaccepteerd is derhalve ongegrond.

 

Volgt

Verklaart de klacht in alle onderdelen ongegrond.

 

Hof van Discipline

Bekrachtigt de beslissing van de raad.

Download artikel als PDF

Advertentie