De Nederlandse Vereniging van Strafrecht Advocaten (NVSA) vraagt de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) in een brief van 17 oktober om opheldering in de discussie over afluisterapparatuur in verhoorruimten van penitentiaire inrichtingen (PI´s).Bijlage:
In een brief van 28 juni 2012 schrijft Peter Hennephof, Hoofddirecteur Dienst Justitiële Inrichtingen, dat er een inventarisatie is gemaakt in gevangenissen waaruit blijkt dat er in slechts 18 van de 280 spreekkamers verspreid over 29 vestigingen opnameapparatuur is aangebracht.
‘Deze 18 spreekkamers zijn verdeeld over 5 inrichtingen. In 15 van de 18 spreekkamers met apparatuur worden ook vertrouwelijke gesprekken tussen gedetineerden en advocaten gevoerd. De daar aanwezige apparatuur wordt dan altijd uitgeschakeld,’ schrijft Hennephof in zijn brief.
Bovendien benadrukt hij dat er in de betreffende inrichtingen ook spreekkamers zonder apparatuur aanwezig zijn. Als deze beschikbaar zijn, zullen deze kamers eerst worden aangeboden. ‘In de praktijk zal het nagenoeg altijd mogelijk zijn voor een advocaat en zijn cliënt een kamer toegewezen te krijgen zonder opnameapparatuur. Zeker wanneer de wens hiertoe tijdig kenbaar gemaakt wordt,’ besluit Hennephof zijn brief.
‘Verbazing’
‘Deze brief heeft grote verbazing opgeroepen bij de NVSA,’ reageert voorzitter Bart Nooitgedagt. De discussie die de Nederlandse Orde van Advocaten en de NVSA met DJI voeren over de opnameapparatuur, loopt al sinds 2010. In zijn brief van 17 oktober (zie hieronder in pdf) schrijft Nooitgedagt: ‘In die besprekingen werd door DJI gesteld dat er vanuit dient te worden gegaan dat er geen spreekkamers in penitentiaire inrichtingen beschikbaar zijn die vrij zijn van opnameapparatuur. In de daarop volgende besprekingen is door DJI te kennen gegeven dat het realiseren van spreekkamers zonder opnameapparatuur in alle inrichtingen grote investeringen zou vergen, waarbij bedragen rond de vijf miljoen euro werden genoemd. Het zijn deze, als feiten gepresenteerde uitgangspunten geweest, die mede de grondslag hebben gevormd van verdere besprekingen.’
Terug naar de aanleiding van de discussie. Enkele advocaten klaagden in 2010 en 2011 over afluisterapparatuur in spreekkamers. De Orde en de NVSA stonden erop dat verhoorruimten afluistervrij werden gemaakt. Dat was onmogelijk, volgens DJI vanwege de hoge kosten hiervan. Wel garandeerde DJI dat het personeel van de inrichtingen de advocaat zou wijzen op de apparatuur en ervoor zou zorgen dat deze uit zou staan. Al die tijd was het niet duidelijk om hoeveel verhoorruimten met afluisterapparatuur het ging.
Op de vraag waarom de inventarisatie niet al in 2010 is gemaakt, reageert Jochgem van Opstal, persvoorlichter van DJI: ‘Omdat wij ons op het standpunt stelden dat de aanwezigheid van opnameapparatuur in spreekkamers geen inbreuk maakt op de vertrouwelijkheid van gesprekken tussen advocaten en gedetineerden. De apparatuur staat niet aan.´
Principieel meningsverschil
Hiermee ontstond er een principieel meningsverschil tussen DJI en de advocatuur. ‘Besprekingen tussen advocaat en cliënt dienen te kunnen plaatsvinden in een ruimte waar geen mogelijkheid bestaat tot afluisteren, opname of registratie. Iedere schijn van het tegendeel dient vermeden te worden,’ schreef de NVSA in een brief van 19 april 2012 aan de Minister van Veiligheid en Justitie.
In dezelfde brief kondigde de NVSA aan een kort geding aan te zullen spannen tegen de staat als het ministerie van Veiligheid en Justitie er niet alles aan zou doen het recht op vrij verkeer tussen advocaat en gedetineerde cliënt te garanderen.
Toch inventariseren
In een later stadium heeft DJI er alsnog voor gekozen een inventarisatie te maken. ‘DJI is terughoudend in het verstrekken van informatie over de veiligheid van het gevangeniswezen,’ verklaart Van Opstal de keuze om deze inventarisatie uit te stellen. ‘Tegelijkertijd werd in de discussie duidelijk dat er behoefte aan was. Nadat er in november 2011 Kamervragen over gesteld werden, hebben we besloten de inventarisatie te maken.’
Daaruit bleek dat het aantal verhoorruimten met afluisterapparatuur zeer beperkt was en dat er in de betreffende instellingen ook alternatieve verhoorruimten aanwezig waren.
Discussie op basis van onjuiste informatie
‘Als deze inventarisatie klopt, lijkt de initiële basis voor een kort geding te zijn weggevallen,’ zegt Nooitgedagt. De NVSA wil wel antwoord krijgen op de vraag hoe het zo kan zijn dat er anderhalf jaar een discussie is gevoerd over het afluistervrij maken van spreekkamers, op basis van onjuiste informatie.
DJI meldt in een aanvullende reactie vraagtekens te plaatsen bij het heropenen van de discussie die de afgelopen anderhalf jaar is gevoerd. ‘Temeer daar uit de inventarisatie van DJI is gebleken dat slechts in een zeer beperkt aantal spreekkamers apparatuur aanwezig is en alle inrichtingen spreekkamers kennen zonder deze apparatuur.’
Nooitgedagt: ‘De discrepantie tussen hetgeen tijdens de besprekingen werd voorgehouden en de inhoud van deze brief (van 28 juni 2012 van DJI, red) heeft bij de NVSA tot scepsis geleid ten aanzien van de feiten.’
Vragen over huidige situatie
Bij de NVSA heeft de inhoud van de brief van DJI bovendien vragen opgeroepen over de huidige situatie in gevangenissen. ‘We willen weten in welke inrichtingen en welke spreekkamers afluisterapparatuur aanwezig is en op welke manier dat kenbaar wordt gemaakt aan advocaten en gedetineerden,’ zegt Nooitgedagt. ‘We zijn van oordeel dat deze kamers niet meer gebruikt mogen worden voor gesprekken tussen advocaten en gedetineerde cliënten, tenzij zij hier uitdrukkelijk mee hebben ingestemd.’
Jan Leliveld, AR-lid van de Orde, laat weten positief gestemd te zijn over het feit dat de afluisterapparatuur in zeer beperkte mate aanwezig blijkt te zijn in verhoorruimten van PI’s. De Orde en de NVSA gaan op korte termijn met DJI in overleg om afspraken te maken over de voorwaarden voor het gebruik van de 15 spreekkamers met afluistermateriaal.
Tekst: Sabine Droogleever Fortuyn