Patiëntenkoepel GGZ spant een rechtszaak aan tegen de afspraken in het regeerakkoord om de eigen bijdrage te laten terugkeren.
Wanneer overkoepelende belangenbehartigers zo`n stap nemen, zijn er twee procedurele wegen te bewandelen. Privaat- of publiekrechtelijk.
‘Het is allereerst niet mogelijk om met succes een rechtszaak tegen het regeerakkoord als zodanig aan te spannen,’ antwoordt Hoogleraar bestuursrecht Tom Barkhuysen over de procedure.
Discriminatie
‘Dit wordt in de actuele kwestie van patiëntenbelangenbehartiger GGZ versus Rutte II niet goed uitgelegd in de media. Het regeerakkoord bevat alleen nog maar plannen die nog verder moeten worden uitgewerkt. GGZ-patiëntenkoepel spant dan ook een rechtszaak aan tegen de Nederlandse Staat met betrekking tot concrete uitvoeringsmaatregelen.’
‘De vraag is: op welke grond kan een belangenbehartiger de Nederlandse Staat voor de rechter dagen? In dit geval gaat het zeer waarschijnlijk om een zogenaamde privaatrechtelijke procedure tegen onrechtmatig handelen van de overheid wanneer besluiten en/ of handelingen schade tot gevolg hebben via een onrechtmatige daadsactie ex art. 6:162 BW. Procedureel via het verbod van “discriminatie” door enig openbaar gezag (art. 1 van het Twaalfde Protocol bij het EVRM).’
‘GGZ zegt: “Als Rutte II de wet op de eigen bijdrage in werking laat treden, discrimineert het kabinet mensen met psychische problemen.”’
Bestuursrecht
Maar je kan ook bestuursrechtelijk procederen tegen besluiten van bestuursorganen, zoals het college van B&W of een minister. Je kan dan bijvoorbeeld stellen dat de minister een besluit onzorgvuldig heeft vastgesteld of het onvoldoende heeft gemotiveerd. Een besluit kan daardoor onrechtmatig zijn. De Nederlandse Staat is volgens het publiekrecht krachtens art. 2:1 lid 1 BW een rechtspersoon en kan dan ook als rechtspersoon zelfstandig voor de rechter worden gedaagd. Als het goed in de statuten staat opgenomen, kan een belangenbehartiger, vereniging of stichting (art. 3:305a BW) als eiser ontvankelijk zijn.
‘De eiser kan dan proberen de onrechtmatigheid van een overheidsbesluit proberen aan te tonen door bijvoorbeeld een beroep te doen op voor het onderwerp relevante verdragsrechtelijke bepalingen,’ aldus Barkhuysen, die in het dagelijks leven advocaat is bij Stibbe. ‘Procederen op privaatrechtelijke grond tegen de Nederlandse Staat komt overigens vaker voor. Zo heeft mijn kantoor recent nog geprocedeerd namens studentenbonden tegen de zogeheten “langstudeerboete.”’
Tekst: Annemarie van der Weert