Op 15 oktober 2012 was ik te gast op een launching event van de Raad voor de Rechtspraak. Daar werden de nieuwe presidenten van (voorlopig) tien rechtbanken, vier hoven en het CBB en de CRvB gepresenteerd.
Dat gebeurde onder meer in – helaas maar noodzakelijk – ultrakorte interviews waarin de nieuwe gezichtsbepalers van de rechtspraak zich natuurlijk maar beperkt konden profileren; niettemin ervoer ik het als een parade van enthousiaste en ambitieuze en zeker ook communicatief vaardige professionals die met elkaar gemeen hebben dat ze zeer overwegend in de rechtspraak zijn ingestroomd tussen 1985 en de vroege jaren ’90. Niet piep, maar met veel toekomst voor zich.

De middag werd bijeengepraat door Chazia Mourali. Zij begon met een lange versie van het verhaal van het oordeel van koning Salomo. Dat ervoer zij als een sterk en vooral wijs staaltje van rechterlijke brille: je veinst dat je vonnis luidt dat het omstreden kind in tweeën zal worden gehakt en lokt daarmee uit dat de echte moeder opstaat. Dan volgt het echte vonnis. Geniaal.
Een mooi verhaal met een terechte winnaar; eind goed is tenslotte al goed en rechtvaardigt met terugwerkende kracht het middel. De aanwezige rechters reageerden dus met herkenning en instemming, maar vooral vertederd, leek mij.

Maar ik bedacht dat de rechters van die middag – en alle andere rechters van vandaag de dag – met deze schijnbaar leerrijke geschiedenis maar matig hun voordeel kunnen doen: welbeschouwd bediende Salomo zich alleen maar van een doorzichtige psychologische truc (tevens het dubieuze instrument van een schijnvonnis) die iemand die gewiekst genoeg is om andervrouws kind op te eisen toch meestal wel onmiddellijk zal doorzien. (Het ging hier bovendien om dames van lichte zeden, niet het naïefste species); het laat zien dat Salomo access to justice for all al hoog in het vaandel had. Salomo nam dus het onverantwoorde risico outsmarted te worden. Mazzel dat hij er mee weg kwam. Heldendom is onbestrafte roekeloosheid en een reputatie van wijsheid soms blijkbaar ook.

Wat mij betreft moet de eerste moraal uit het verhaal van koning Salomo dan ook  zijn dat wij Montesquieu er dankbaar voor mogen zijn dat rechtspraak en royalty uit elkaar zijn gehaald. Ieder zijn vak!
De tweede moraal is dat de methode Salomo net zo definitief achter ons ligt als de heksenwaag van Oudewater: geen onbetrouwbare amateurpsychologie meer maar rationeel, geobjectiveerd en professioneel rechterschap, gesteund door alle wetenschap van vandaag. Dat een rechter zich vandaag de dag in een Salomo-casus van DNA-techniek kan bedienen en niet meer is aangewezen op riskante, doorzichtige en ethisch twijfelachtige listigheid, dat is vooruitgang. En die eigentijdse professionaliteit is bij onze rechtspraak overwegend in goede handen. In die opvatting voelde ik mij bevestigd toen ik huiswaarts keerde.

 

Download artikel als PDF

Advertentie