Zonder twijfel is ‘locatie’ voor een advocatenkantoor belangrijk. De vraag is: hoe belangrijk en wat is de ideale locatie? Op die vragen is geen eenduidig antwoord, hoewel makelaars en strategieadviseurs dat weleens willen suggereren. Veel hangt af van de aard van de praktijk van het kantoor. Heb je een specifiek aanbod – je bent bijvoorbeeld de specialist bij uitstek op het gebied van agrarisch recht – dan is de situatie heel anders dan als je een generalistische praktijk hebt met veel eenmalige cliënten.
Kort gezegd komt het erop neer dat als je praktijk betrekkelijk algemeen is (er zijn in de regio andere kantoren die min of meer hetzelfde kunnen), het belang toeneemt om op een locatie te zitten die aantrekkelijk is voor je gewenste cliëntenkring. Dat is niet altijd zo dicht mogelijk bij die cliënten: sommige ondernemers vinden het prima om periodiek naar hun advocaat te gaan die in een mooi kantoor in het centrum zit, zolang er maar adequate parkeerfaciliteiten zijn. Of ze vinden het wel prettig naar een kantoor te gaan dat midden in de natuur ligt. Soms geven ze daaraan zelfs de voorkeur boven een blokkendoos naast hen op een bedrijventerrein.
Bij een strafrechtelijke praktijk, of een praktijk die zich vooral op het personen- en familierecht richt, is het eigenlijk altijd noodzakelijk om een centrale locatie te vinden die ook met openbaar vervoer goed te bereiken is.
Ben je een echte specialist, dan is locatie minder belangrijk. Cliënten weten wat ze willen en komen specifiek af op je kennis. Natuurlijk moet je niet op een locatie zitten die moeilijk te bereiken is. Heb je bijvoorbeeld een praktijk die zich richt op banken, dan is het zaak om niet in Zeeland te zitten maar waar je je dan in Amsterdam vestigt, is dan weer minder belangrijk.
Een paar jaar geleden was er opeens een uittocht van grote kantoren vanuit Amsterdam, Den Haag en Rotterdam naar de Zuidas. Als je de persberichten mocht geloven, dan was dat eigenlijk noodzakelijk om adequaat op te kunnen treden voor hun cliënten. En je zag in de provincie veel middelgrote kantoren naar bedrijventerreinen verhuizen met min of meer vergelijkbare toelichtingen. Op zich is er met die locaties niet veel mis maar tegelijk zie je dat kantoren die die stap niet hebben gemaakt het helemaal niet slechter doen. En dat hun vestiging in het centrum zeker op de arbeidsmarkt een pre is.
Wat een interessante ontwikkeling is, is dat er een toenemend aantal kantoren in de huidige markt steeds meer werkt met een centraal kantoor en diverse nevenvestigingen, ook in andere arrondissementen. Bijvoorbeeld een echtscheiding-mediationkantoor dat aldus rijkere individuele cliënten op diverse plekken in de Randstad op korte afstand bijstand biedt.
Kortom: locatie is voor advocaten relevant, maar doorgaans niet cruciaal. En als de advocaat altijd aanbiedt om desgewenst bij de cliënt af te spreken, dan is het belang van de locatie nog minder groot.