Het wetsvoorstel tot wijziging van de Advocatenwet ligt nu bij de kamer, maar of staatssecretaris Teeven zijn plan in de huidige vorm door het parlement krijgt is maar zeer de vraag. Kamerleden zijn niet zozeer bezorgd over de structuur van het huidige stelsel, maar over de kwaliteit van de advocatuur, blijkt uit de schriftelijke reacties op het wetsvoorstel.Bijlage:
Vooral de VVD hamert op de invoering van kwaliteitsverbeterende maatregelen, zoals een strengere selectie aan de poort, verplicht lidmaatschap van een specialistenvereniging, en het beperken van het aantal rechtsgebieden waarin een toegevoegde advocaat werkzaam mag zijn. Volgens de liberalen is het toenemend aantal eenpitters en kantoren met minder dan vijf advocaten zorgwekkend, omdat zij kwaliteitsbewaking en intervisie lastig kunnen organiseren.
De vraag is of de beoogde uniformering van het toezicht niet binnen het huidige wettelijke kader kan worden geregeld- volgens de SP verdient vooral het huidige gebrek aan capaciteit de aandacht. De extra toezichtslaag zal worden doorberekend aan de cliënt, waarmee de toegang tot het recht in gevaar komt, vrezen de socialisten.
Verder merkt de VVD op dat het Wwft-toezicht nu adequaat wordt uitgeoefend door de Orde, terwijl de gelden daarvoor terechtkomen bij het Bureau Financiëel Toezicht.
Rol deken
Of het wegsnijden van de deken in de klachtprocedure – doordat een klacht direct bij de tuchtrechter ingediend kan worden- wel zo efficient is, wordt door de meeste partijen betwijfeld. Dat ruim de helft van de klachten in der minne worden geschikt na bemiddeling door de deken is hen niet ontgaan. Bovendien wordt de beoogde scheiding tussen toezicht en tucht hier nou juist niet mee bereikt, zodat het er voor de burger niet duidelijker op wordt. ‘Een nodeloos heen en weer schuiven van papier,’ meent de Christenunie. De rol van de deken zou juist moeten worden versterkt, bijvoorbeeld door de deken de bevoegdheid toe te kennen bestuurlijke boetes te laten opleggen,vinden VVD, PvdA en SP .
College van Toezicht
Met de instelling van een College van Toezicht wordt het uitgangspunt dat de advocatuur volledig onafhankelijk van de overheid moet kunnen opereren losgelaten, constateert de SP, en het is de vraag wat deze nieuwe toezichtslaag zal toevoegen aan de bestaande praktijk. Dat inzicht wordt kamerbreed gedeeld. Coalitiepartners VVD en PvdA zijn weliswaar niet tegen zo’n overkoepelend orgaan, maar er zouden ook advocaten in moeten zitten, en het idee dat alleen de minister bevoegd zou zijn de leden van het College te benoemen en ontslaan gaat ze veel te ver. De PvdA ziet weinig in de bevoegdheid van leden van het College om het verschoningsrecht van individuele advocaten te doorbreken.
De PVV merkt daarbij op dat de mogelijkheid om het verschoningsrecht te doorbreken wél in de nota van wijziging, maar niet in het begeleidende persbericht van de minister naar buiten is gebracht. Opmerkelijk genoeg zijn de –overwegend negatieve- adviezen van geconsulteerde partijen over dit punt ook niet naar de kamer gestuurd, constateert de SP.
D66 en GroenLinks hebben grote moeite met het voorstel. Nut en noodzaak zijn niet aangetoond, vinden zij, zeker niet nu de Orde zelf –sinds het advies van Docters van Leeuwen- hard bezig is om het eigen toezicht op een hoger plan te tillen. De democraten zien weinig verschil tussen toezicht door advocaten op advocaten en het toezicht bij overheidsorganisaties als gemeenten of de politie, waar klachten in eerste instantie ook door de eigen beroepsgroep worden afgedaan. GroenLinks meent dat ‘het aantal malverserende advocaten eufemistisch gezegd alles meevalt,’ en wil van de staatssecretaris een cijfermatige onderbouwing van het aantal advocaten dat de afgelopen jaren in de fout is gegaan, en hoe de toezichthouders daarop hebben gereageerd.
Tekst: Tatiana Scheltema