Met de herinvoering van de griffierechten wil de Spaanse regering de achterstanden op Spaanse rechtbanken aanpakken. Advocaten en rechters verzetten zich ertegen. Terwijl deze maatregel volgens Martijn Bressers, advocaat in Barcelona, een sprong voorwaarts zou betekenen.
Tekst: Martijn Bressers[1]
Wie in Spanje een rechtszaak begint, dient zich vooraf goed te realiseren waar hij aan begint. De achterstanden op Spaanse rechtbanken zijn anno 2012 exorbitant te noemen. De economische crisis waarin het land verkeert, leidt tot enorme aantallen faillissementen en hypotheekexecuties, waardoor de civiele sectoren van de rechtbanken volledig verstopt zijn geraakt. En het is diezelfde economische crisis die de begroting van justitie zwaar onder druk zet en het aantrekken van extra rechtbankpersoneel onmogelijk maakt.
Invoering griffierecht
De oplossing van het probleem moet volgens minister van Justitie Ruiz-Gallardón gezocht worden in de (her)invoering van het griffierecht in civiele zaken, en wel voor iedereen. Spanje kende eerder griffierechten, maar zij werden in 1986 door de socialistische regering van Felipe González afgeschaft. De rechtse regering van Aznar voerde de belasting in 2003 weer in, maar alleen voor ondernemingen met een omzet van meer dan acht miljoen euro.
De Spaanse regering hoopt met de herinvoering twee vliegen in één klap te slaan: de laagdrempelige toegang tot de rechter wordt enigszins beperkt, waardoor het aantal nieuwe zaken en de werkdruk voor rechters zullen afnemen; en met de inkomsten die het griffierecht genereert kunnen op termijn meer rechters worden ingezet en hun arbeidsvoorwaarden worden verbeterd. Het griffierecht moet de Spaanse schatkist 306 miljoen euro per jaar opleveren, zo’n tien procent van de totale justitiebegroting. Dat percentage behoort nog altijd tot het laagste in de Europe Unie.
Bezwaren
Dat de nieuwe maatregel op bezwaren zou stuiten bij burgers en advocaten viel te verwachten, maar er komt kritiek uit onverwachte hoek. Ook de Spaanse rechters hebben zich tegen het griffierecht uitgesproken. Het recht op de vrije toegang tot de rechter zou in het geding zijn en procederen zou voortaan zijn voorbehouden aan de rijken. De socialistische oppositiepartij PSOE heeft zelfs aangekondigd de zaak aan het Constitutionele Hof te zullen voorleggen. De regering heeft laten weten de zaak met vertrouwen tegemoet te zien nu dat hof begin dit jaar al bepaalde dat griffierechten die rekening houden met de draagkracht van de burger, niet in strijd zijn met de Spaanse grondwet. Of de nieuwe regeling aan dat criterium voldoet, valt overigens nog te bezien.
Het lijkt erop dat het massale protest de regering toch aan het twijfelen heeft gebracht. De regeling zou op 22 november ingaan, de dag na de publicatie in het Spaanse staatsblad, maar de minister heeft de invoering ‘met enkele weken’ uitgesteld. De officiële lezing luidt dat de belastingformulieren waarmee het griffierecht moet worden betaald nog niet gereed zijn, maar volgens de oppositie is de regering onder de indruk van de massale kritiek en wil zij nog wat bedenktijd.
Nergens in de Europese Unie is de gang naar de rechter zo goedkoop en nergens wordt zo veel geprocedeerd als in Spanje. Volgens het Spaanse ministerie van Justitie werden alleen al in 2011 negen miljoen nieuwe zaken aangebracht. Nu het land getroffen wordt door de zwaarste economische crisis uit haar geschiedenis, is de behoefte aan een effectieve aanpak van het Spaanse rechtbankenprobleem groter dan ooit. Deze aanpak zou bij uitstek moeten worden gewaardeerd door de Spaanse rechters, die kennelijk niet inzien dat de toegang tot de rechter in gevaar komt door overbelaste rechtbanken, niet door invoering van een (bescheiden) belasting op het procederen.
[1] Advocaat in Barcelona.