Het vredesakkoord dat Congo met buurlanden en rebellen tekende, moet rust brengen. Maar daarmee zijn de trauma’s van twintig jaar oorlog niet voorbij. Irène Esambo wil dat er een Congolees-internationaal tribunaal komt om af te rekenen met het verleden.
De Congolese advocate Esambo is tijdelijk in Nederland op uitnodiging van het Shelter City-project van de gemeente Den Haag, Justitia et Pax en het ministerie van Buitenlandse Zaken. In Congo werd zij herhaaldelijk bedreigd, omdat zij optreedt voor de weduwe en kinderen van Floribert Chebeya Bahizire. Deze mensenrechtenactivist verdween drie jaar geleden spoorloos, na een afspraak met John Numbi, de hoogste baas van de Congolese politie. Later werd hij dood in zijn auto teruggevonden. ‘Het is een extreem politiek-gevoelige zaak,’ zegt Esambo. ‘Ze willen niet dat Numbi voor de rechter verschijnt. Mij is regelmatig gevraagd om met deze zaak te stoppen. ‘Chebeya is toch al dood, zeiden ze.”
Nieuw bewijsmateriaal in de zaak werd verzameld door de Belgische journalist Thierry Michel, die in Congo zal komen getuigen als de zaak in april wordt hervat. Tijdens haar verblijf in Den Haag wil Esambo contact leggen met Nederlandse veiligheidsexperts, om advies in te winnen over hoe Michel het best kan worden beschermd.
Ook haar eigen veiligheidspositie is een aanhoudende bron van zorg. Naast haar werk als advocaat beijvert Esambo zich voor de verbetering van de positie van vrouwen die bij het leger en de politie werken en van oorlogsinvaliden, wat haar niet altijd in dank wordt afgenomen. Esambo: ‘Deze sectoren moeten dringend worden hervormd, maar de weerstand is groot. Men vindt dat gewone burgers zich daar niet mee moeten bemoeien.’
Daarmee signaleert Esambo een veel groter probleem: de complete straffeloosheid in de Congo. ‘De problemen rond mensenrechten en vrouwenrechten als gevolg van de jarenlange conflicten zijn enorm. Denk aan seksueel geweld, mensen met geamputeerde ledematen. De mensen die daar verantwoordelijk voor zijn, moeten worden gestraft. Sommige zaken worden voor het Internationale Strafhof gebracht, maar lang niet allemaal. Die zaken worden dus ook in Congo niet gevoerd. Daarom moet er een gemengd tribunaal komen, dat naast het Internationale Strafhof in Congo opereert.’
Tatiana Scheltema