SP-Kamerlid Jan de Wit heeft de minister van Veiligheid en Justitie gevraagd of hij maatregelen wil nemen om de problemen bij de inning van het griffierecht in civiele zaken op te lossen. Aanleiding is een artikel in het Advocatenblad van april, waarin die problemen aan de orde komen.
Advocaten ontvangen soms ten onrechte losse nota’s terwijl ze een rekening-courant bij het desbetreffende gerecht hebben, of ze ontvangen de nota’s die ze wel zouden moeten krijgen (te) laat. En het is niet altijd duidelijk voor welk soort zaken vanuit welk gerecht griffierecht wordt geheven. De Nederlandse Orde van Advocaten krijgt hierover met enige regelmaat klachten van advocaten.
De druk op tijdige betaling is hoog, omdat te late betaling kan leiden tot vertraging in de procedure of zelfs niet-ontvankelijkheid. Deken Jan Loorbach en portefeuillehouder in de Algemene Raad van de Orde Hans Vogels schreven hierover op 25 maart een brief aan de Raad voor de rechtspraak. Daarin vragen zij om coulance als de vertraging in de betaling mede het gevolg is van omstandigheden waar de advocatuur niets aan kan doen.
De Wit (zie foto) vraagt de minister onder meer of hij het ermee eens is dat zoveel mogelijk moet worden voorkomen dat rechtszaken stranden omdat het griffierecht niet tijdig is betaald. Ook wil hij weten of de minister onderzoek wil doen en de problemen wil aanpakken. Verder informeert het SP-Kamerlid naar de stand van zaken van zijn motie die in het najaar door de Tweede Kamer werd aangenomen. In die motie wordt gepleit voor uniformering van het systeem van griffierechtheffing. De Wit vraagt nu of de problematiek rond de ‘inning aan de poort’ daarbij kan worden betrokken.
Trudeke Sillevis Smitt