Staatssecretaris Fred Teeven van Veiligheid en Justitie bestrijdt dat rechters zouden moeten beslissen of veroordeelden met een enkelband naar huis gestuurd kunnen worden. Volgens Teeven is elektronische detentie een zogenaamde executiemodaliteit, en daar gaat de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) van zijn ministerie over.

Teeven reageert op de kritiek van de Raad voor de Rechtspraak op zijn plannen om op grote schaal veroordeelden met een enkelband naar huis te sturen. Volgens de Raad gaat Teeven daarmee op de stoel van de rechters zitten, want die bepalen welke sanctie veroordeelden opgelegd krijgen. Ook D66 vindt dat de beslissing over de strafvorm aan de rechters voorbehouden moet blijven.

Teeven antwoordt de Tweede Kamer dat hij elektronische detentie beschouwt als een executiemodaliteit. ‘Dat betekent dat DJI beslist over toepassing van elektronische detentie en niet de rechter,’ aldus Teeven. De staatssecretaris belooft de Kamer dat de dienst pas zal overgaan tot elektronische detentie na een zorgvuldige screening van de veroordeelden.

Hoofdstraf
Volgens Teeven hebben rechters alleen de bevoegdheid om elektronische detentie op te leggen als de sanctie in de wet verankerd wordt als een hoofdstraf. Hij schrijft de Kamer dat een voorstel daartoe uit 2007 niet door ‘de partners in de strafrechtketen’ werd gesteund. Het voorstel is daarna niet doorgezet.

Teeven wil rechters wel de mogelijkheid geven om in een uitspraak de toepassing van elektronische detentie uit te sluiten. Er zijn vijf gronden waarop ze dat kunnen: de ernst van het delict, het belang van slachtoffers/nabestaanden, de veiligheid van de samenleving, de persoonlijkheid van de dader, en de omstandigheden van het geval.

Maarten Bakker

Advertentie