De Raad voor de rechtspraak bestrijdt dat het huidige bekostigingsysteem voor de rechtspraak leidt tot een te hoge productiedruk voor rechters.

In het bekostigingsysteem krijgen gerechten betaald op basis van de hoeveelheid afgehandelde zaken. In het manifest van de raadsheren van Leeuwarden, dat december vorig jaar verscheen, wordt het stelsel bekritiseerd. Rechters zouden vooral op de productiecijfers worden beoordeeld en niet op de kwaliteit en inhoud van de rechtspraak.

Onafhankelijkheid
In een brief aan alle gerechtelijke werknemers schrijft de Raad dat ‘niet het bekostigingsysteem zelf de productiedruk opdrijft, maar dat de wijze waarop het systeem binnen de gerechten wordt toegepast hieraan debet is.’ De Raad kondigt aan met de gerechtsbesturen te gaan overleggen over de manier waarop financiële middelen worden ingezet.
Het orgaan zegt dat alle financieringsvormen hun beperkingen en voordelen hebben. De Raad ‘koestert’ echter de financiële onafhankelijkheid waarvoor de huidige bekostiging zorgt. ‘De rechtspraak kan zijn budget naar eigen inzicht besteden.’

Professionele standaarden
De Raad voor de rechtspraak wil professionele standaarden gaan ontwikkelen waarmee bepaald kan worden of de productiedruk voor de rechtspraak te hoog is. ‘Met behulp van professionele standaarden kunnen rechters en raadsheren duidelijke grenzen trekken tussen wanneer zittingen nog wel en wanneer zittingen niet meer met behoud van voldoende kwaliteit kunnen worden afgerond.’
Voor de ontwikkeling van de standaarden wil de Raad een kijkje nemen in andere maatschappelijke sectoren die al werken met professionele standaarden. Deze standaarden moeten een ‘essentieel instrument’ worden om de productie- en werkdruk van rechters te verminderen.

Maarten Bakker

Advertentie