Er is veel kritiek op zogenaamde ‘mediageile’ advocaten, maar rond optredens in media van officieren, persrechters en persraadsheren is het oorverdovend stil. Het is tijd voor een debat over hun rol.
Auterus: Sidney Smeets en Tim Vis
Steeds vaker treden persrechters, persraadsheren en rechtbankvoorlichters naar buiten om in opmerkelijke, mediagenieke zaken voor het oog van de televisiecamera of radiomicrofoon de meestal kort daarvoor gedane uitspraak van de rechter uit te leggen. Is dat een wenselijke ontwikkeling? Een lezing die een voorlichter aan een beslissing geeft, brengt het gevaar met zich mee dat de rechterlijke uitspraak te veel wordt geïnterpreteerd. En dat kan fout lopen. Wij noemen de Maastrichtse persrechter die op 26 april nog buitenlanders in coffeeshops verwelkomde: ‘De uitspraak betekent dat je in coffeeshops aan buitenlanders mag verkopen.’ Dit terwijl de strafrechter van diezelfde rechtbank op 26 juni coffeeshophouders tot geldboetes en voorwaardelijke taakstraffen veroordeelde omdat verkoop aan buitenlanders juist niet is toegestaan. Reden dus voor grote voorzichtigheid – en voor het Maastrichtse coffeeshopwezen: in hoger beroep!
Ook in een andere zaak ging het recent mis. Zonder overleg met de raadsman of de verdachte besloot het Hof in Den Haag een persbericht op de website rechtspraak.nl te plaatsen onder de opmerkelijke kop Gerechtshof Den Haag oordeelt over inzet ‘pedolokker’. Opmerkelijk omdat de term ‘pedolokker’ in de gehele procedure, die draaide om een verdenking van grooming, nog niet was voorgekomen. Tot dan toe ging het in de zaak consequent over een ‘lokpuber’, een politieagent die zich op internet valselijk als minderjarige had voorgedaan. De nieuwe, kennelijk door een voorlichter bedachte term was voor de verdachte, die overigens buiten vervolging werd gesteld, veel belastender; hij werd in de media direct neergezet als verlokte ‘pedo’.
Het verzinnen van termen en het vergaand uitleggen van rechterlijke uitspraken is een brug te ver. De Hoge Raad stelde begin dit jaar duidelijke regels ten aanzien van de bewegingsruimte op dit gebied:
‘In de eerste plaats is uitgangspunt dat, zoals dat pleegt te worden verwoord, de rechter door zijn vonnis spreekt. De kenbron van een rechterlijke beslissing is het vonnis of de beschikking van de rechter, waarin de rechter zijn beslissing duidelijk onder woorden brengt en van een motivering voorziet. Procespartijen en derden moeten het daarmee doen. Het ligt niet op de weg van een rechter zijn eigen beslissing, als die eenmaal is vastgesteld en bekend gemaakt, van commentaar te voorzien of te verduidelijken, en ook niet om vragen over de betekenis van de beslissing of van onderdelen van de daarvoor gegeven motivering, te beantwoorden.’
De Hoge Raad overweegt in voorgaand arrest verder dat het ook niet op de weg van gerechtsbesturen ligt uitspraken te duiden en dit geldt temeer voor persrechters en raadsheren. Het verwoorden van de tekst van het vonnis of arrest is tot daar aan toe, duiding is een no-go area.
Maar hoe is dat dan voor het Openbaar Ministerie? Op zich verzet geen rechtsregel zich ertegen dat het OM zich in de media uitlaat. Maar daarbij is wel uiterste terughoudendheid vereist. De officier dient per slot van rekening voor de onschuldpresumptie leidend te zijn. Daarbij dient hij zich ook te realiseren dat journalisten maar al te vaak menen dat hetgeen door het OM naar buiten wordt gebracht als feit mag worden aangenomen. Officieren zijn magistraten en dienen in tegenstelling tot advocaten het algemeen belang; daaronder valt ook het belang van de verdachte bij een goede rechtsbedeling.
Het is dan ook tijd voor een debat over de rol van de persrechter en de persraadsheer. De toenemende maatschappelijke druk op rechters om hun uitspraken ‘uit te leggen’ dient zich te vertalen in betere en wellicht toegankelijkere vonnissen, niet in voorlichters en officieren die de uitspraak in jip-en-janneketaal toelichten. De rechtspraak leent zich nu eenmaal niet voor soundbites.
Advocaten bij Spong Advocaten in Amsterdam.
http://www.dichtbij.nl/maastricht/regionaal-nieuws/artikel/2764731/persrechter-maastrichtse-coffeeshops-mogen-aan-buitenlanders-verkopen.aspx.
http://www.volkskrant.nl/vk/nl/2686/Binnenland/article/detail/3465687/2013/06/26/Maastrichtste-coffeeshophouders-veroordeeld.dhtml.
http://www.rechtspraak.nl/Organisatie/Gerechtshoven/Den-Haag/Nieuws/Pages/GerechtshofDenHaagoordeeltoverinzet’pedolokker’.aspx.
Hoge Raad 6 maart 2013, LJN: BZ3450.
Zie bijvoorbeeld Tijn Elferink en Sidney Smeets ‘Journalisten moeten berichten en niet berechten’, The Post Online, 25 februari 2013 (http://politiek.thepostonline.nl/2013/02/25/journalisten-moeten-berichten-en-niet-berechten/).