Hof van Discipline, 11 mei 2012, zaaknr. 6143, LJN: YA4574.
Wat een behoorlijk advocaat betaamt. Gedragsregel 7.

Een advocaat mag niet optreden tegen een voormalig cliënt, tenzij voldaan is aan de vereisten van Gedragsregel 7 lid 5. Mr. X is als advocaat gaan optreden voor de ex-partner van klaagster, terwijl klaagster drie jaar eerder ter zake van de beëindiging van de samenlevingsovereenkomst met haar ex, werd bijgestaan door mr. Y, een (toenmalige) kantoorgenoot van mr. X. Mr. X heeft toen bij afwezigheid van mr. Y ook enige werkzaamheden in de zaak van klaagster verricht.
Het hof neemt tot uitgangspunt dat het een advocaat in beginsel – behoudens het bepaalde in regel 7 lid 5 en lid 6 – niet vrij staat tegen een voormalig cliënt van hem of een kantoorgenoot op te treden (Gedragsregel 7 lid 4). Dat mr. X geen inhoudelijke kennis van het oude dossier zou hebben verkregen, leidt er niet toe dat hem een beroep toekomt op de uitzondering geformuleerd in Gedragsregel 7 lid 5 onder 2. Daarbij speelt een rol dat mr. X – al was het eenmalig, en alleen bij wijze van afwezigheidswaarneming – persoonlijk ook contact heeft gehad met klaagster als cliënte van een toenmalig kantoorgenoot. Ook om de schijn van de schending van de vertrouwelijkheid van het contact tussen advocaat en cliënt te vermijden, had mr. X ervan moeten afzien voor de ex van klaagster tegen haar op te treden. Klaagster kon immers veronderstellen dat mr. Y met mr. X op kantoor over haar zaak had gesproken. Een en ander klemt in het bijzonder omdat het een familiezaak tussen gewezen partners betreft. Het hof legt aan mr. X op de maatregel van een enkele waarschuwing.

Download artikel als PDF

Advertentie