Onbevoegdverklaring d.d. 28 juni 2012/64980
(Mrs. Van der Groen, Hoogeveen-de Klerk en Jonker)
De cliënt heeft bijstand van de advocaat verzocht in een strafzaak. Daarbij is afgesproken dat de advocaat de cliënt persoonlijk zou bijstaan. De zoon van de cliënt heeft de advocaat contant H 25.000 betaald, tegen kwitantie. Hiervan is later H 5.000 teruggegeven. Er is echter geen opdrachtbevestiging afgegeven. De cliënt heeft namen van slachtoffers in de zaak genoemd. De advocaat heeft nagelaten te melden dat hij deze personen kende, dan wel dat zij (ex-)cliënten van de advocaat waren. De cliënt heeft dit van derden moeten vernemen. Tegen de afspraak in heeft de advocaat de cliënt slechts eenmaal bezocht. Voor het overige traden kantoorgenoten op. De werkzaamheden als geheel zijn beperkt gebleven. Toen bleek dat de advocaat vrijwel niets voor de cliënt wilde doen, heeft de cliënt de relatie verbroken en een andere advocaat in de arm genomen. Daarop ontving de cliënt nog een declaratie van H 18.857,94.
De cliënt wenst thans H 20.000 terug te ontvangen, en vergoeding van de schade vanwege vertraging van het onderzoek door stilzwijgen op advies van de advocaat ten bedrage van H 10.000.
De advocaat heeft ondanks verzoeken daartoe geen gebruikgemaakt van de mogelijkheid zijn standpunt aan de commissie duidelijk te maken.
De commissie oordeelt dat ingevolge art. 2 van het Reglement de geschillenregeling slechts van toepassing is indien door de partijen daarnaar bij schriftelijke overeenkomst is verwezen. In het onderhavige geval heeft de commissie niet kunnen vaststellen dat een zodanige overeenkomst is gesloten; en is evenmin een akte van compromis overgelegd. De commissie acht zich daarom niet bevoegd het geschil inhoudelijk te behandelen.
Noot
Onbevredigend voor de cliënt, maar gelukkig is er ook nog een tuchtrechter.