Of het ooit tot een zaak komt voor de Greenpeace-activisten die worden beschuldigd van piraterij is maar zeer de vraag, zegt hun advocaat Sergey Golubok.

De weken na 18 september waren de meest hectische in zijn professionele bestaan, zegt de Russische advocaat Sergey Golubok (28). Op die dag beklommen activisten van Greenpeace een boorplatform van het Russische staatsoliebedrijf Gazprom uit protest tegen olieboringen in het Noordpoolgebied. Een dag later werd het moederschip Arctic Sunrise, dat zich op dat moment in de Russische exclusieve economische zone bevond, met veel machtsvertoon door de Russische kustwacht naar de haven van Moermansk gesleept. De voltallige bemanning werd gearresteerd. ‘Het was totale chaos,’ zegt Golubok. ‘Er was geen arrestatiebevel, dat kwam pas vijf dagen later. Het belangrijkst in die periode was om de eenheid in de groep te bewaren zodat de aanklagers hen niet tegen elkaar konden uitspelen.’ 
Golubok coördineerde de rechtshulp aan de dertig activisten van Greenpeace, aanvankelijk in Moermansk en later in Sint-Petersburg, waar hij woont en een strafrechtpraktijk onderhoudt. Hij is ook advocaat van één van de activisten en binnen het team van dertig advocaten verantwoordelijk voor de argumenten gebaseerd op het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. Het lastige van de zaak tegen de Arctic-30 is dat er eigenlijk geen zaak ís, zegt Golubok. ‘Het schip voer in de exclusieve Russische economische zone, waar schepen gewoon mogen varen. De activisten worden beschuldigd van piraterij, maar piraterij kan alleen worden gepleegd tegen een schip. De activisten beklommen een boorplatform, geen schip. Bij piraterij moet bovendien sprake zijn van geweld en er moet persoonlijk gewin worden beoogd. Daarvan was geen sprake.’ 
De grootste grap is nog dat deze zaak zich nota bene voordoet in het Nederland-Rusland-jaar, gniffelt Golubok. ‘Kennelijk hoort bij een bilateraal jaar ook dat je bilateraal procedeert.’ 
Dat de Russische staat geen sterke zaak heeft maakt het alleen maar ingewikkelder. Het was bizar om te zien hoe de kwestie in korte tijd werd opgeblazen tot enorme, politieke proporties, zowel in Rusland als daarbuiten. ‘Daarom was het ook zo verstandig van Nederland om Rusland te dagen voor het Internationaal Zeerechttribunaal,’ zegt Golubok. ‘Een zaak als deze hoort dáár gevoerd te worden, niet bij de Russische strafrechter.’

Maar zou het laten vallen van de aanklacht geen enorm gezichtsverlies betekenen voor president Poetin, de drijvende kracht achter het onderzoek? Onzin, vindt Golubok. ‘Dat gezichtsverlies is allang geleden. Het gaat nu alleen maar om nog méér gezichtsverlies.’

Hoe het Zeerechttribunaal oordeelt is bij het ter perse gaan van dit Advocatenblad nog niet bekend.

Tatiana Scheltema

Download artikel als PDF

Advertentie