Sinds jaar en dag komen arbeidsrechtadvocaten in ontslagregelingen overeen dat de werkgever de kosten van rechtsbijstand van de werknemer betaalt. Als de advocaat de nota dan rechtstreeks aan de werkgever stuurde, kon die de BTW mooi aftrekken. Goed geregeld, dacht men. Totdat het Hof van Discipline in december een uitspraak deed die roet in het eten lijkt te gooien. Enige opschudding is het gevolg.
De zaak bij de tuchtrechter betrof de advocaat van werknemer Z., die haar declaratie stuurde aan de werkgever met vermelding van dossier ‘Z./Haarmode Y’. Zij schreef: ‘Met betrekking tot de declaratie is destijds met u en uw advocaat afgesproken om ‘de uren’ bij u in rekening te brengen (…), zodat u de declaratie in uw boekhouding zou kunnen verwerken en 19% van het gehele bedrag middels BTW aftrek met de belastingdienst kon verrekenen.’
Volgens het Hof van Discipline is er niets mis met de afspraak dat de werkgever de kosten van rechtsbijstand van de werknemer betaalt, maar gaat het erom hoe aan die overeenkomst uitvoering wordt gegeven. Als de declaratie op naam wordt gesteld van de werkgever en aan hem wordt geadresseerd, wordt de indruk gewekt dat het gaat om een opdracht-relatie tussen de werkgever en de advocaat van de werknemer.
Dit fingeren heeft onder meer tot gevolg dat de werkgever de BTW kan verrekenen alsof de diensten aan hem verleend zijn, en dat is in strijd met de feiten. Aan zo’n constructie, zegt het Hof, mag een advocaat niet meewerken. Als de declaratie gericht is aan de cliënt en de werkgever het bedrag aan de werknemer vergoedt, is er niets aan de hand.
Het verweer van de werknemersadvocaat dat uit de zaaknaam viel af te leiden dat zij voor de werknemer optrad (die stond immers vooraan) baatte haar niet. Ook aan haar stelling dat de fiscus BTW-aftrek in dit soort gevallen gewoon accepteert, ging het Hof voorbij. De advocaat kreeg een waarschuwing.
Nadat de deken in Noord-Nederland advocaten per brief op de uitspraak had gewezen, meldde RTV Noord al snel: ‘Advocaten overtreden regels op grote schaal’, en moest de deken op de radio uitleggen dat naar zijn idee van fraude geen sprake was.
Onder arbeidsrechtadvocaten is nu discussie ontstaan welke gevolgen deze uitspraak heeft voor de praktijk. Op internetfora stellen zij zich de vraag hoe de BTW-aftrek behouden kan blijven.
Trudeke Sillevis Smitt