De eerste bestuursvergadering als voorzitter van de Stichting Jonge Balie Nederland (SJBN) zit erop, zegt Annemarie Roukema (27). Ze loopt door het pand van Boekel De Nerée in Amsterdam. In november 2013 nam ze het voorzittersstokje van Eline Schiebroek over. Aangekomen in een vergaderruimte op de vijfde verdieping, met glazen muren en uitzicht op de Zuidas, vertelt ze wat haar in het voorzitterschap aanspreekt. ‘Ik vind het een enorme uitdaging. Als voorzitter heb je bij uitstek het overzicht over wat wij doen als SJBN en zo kun je met alle aspecten bezig zijn.’
Tien jaar geleden had Annemarie Roukema niet kunnen voorspellen dat ze nu op deze plek zou zitten. Oorspronkelijk wilde ze Geneeskunde studeren maar ze werd uitgeloot. Rechten in Groningen was voor haar ‘een bewuste tweede keuze’. Het dienstverlenende karakter van veel juridische beroepen had haar interesse. Binnen de praktijkgroep Corporate/M&A van Boekel De Nerée begon Roukema in 2010 als advocaat-stagiaire. Inmiddels is ze werkzaam binnen de praktijkgroep Arbeidsrecht.
Roukema was binnen het bestuur van de SJBN portefeuillehouder Opleidingen en zodoende betrokken bij de invoering van de vernieuwde beroepsopleiding voor advocaat-stagiaires in september 2013. Tijdens haar voorzittersjaar wil ze met de stichting dan ook kritisch blijven kijken naar de uitwerking ervan. ‘De opleiding zal de aankomende jaren een belangrijk onderdeel vormen van ons interessegebied. We willen de ervaringen met de nieuwe Beroepsopleiding Advocaten blijven monitoren. We hebben een klankbordgroep opgezet, bestaande uit zes stagiaires van kantoren uit het hele land. Zo horen wij uit de eerste hand hoe de stagiaires het begin van de nieuwe beroepsopleiding hebben ervaren. Deze informatie is erg waardevol voor ons en we hopen dat de stagiaires tot het eind van hun advocaat-stage (tevens de duur van de vernieuwde opleiding) deel blijven uitmaken van de klankbordgroep.’
De SJBN, bij jonge advocaten vooral bekend vanwege het jaarlijkse landelijke Jonge Balie Congres, behartigt de belangen van advocaten die nul tot zeven jaar in het vak zitten. Eenmaal per maand heeft een bestuursvergadering van de stichting plaats. Eens per kwartaal vergadert het bestuur van de stichting met afgevaardigden van de lokale Jonge Balie Verenigingen. Voorafgaand daaraan heeft overleg met de Raad van Toezicht plaats. Daarnaast heeft de stichting een halfjaarlijks overleg met de Algemene Raad van de Nederlandse Orde van Advocaten.
Roukema ervaart het contact met de Orde als ontzettend nuttig. ‘Als het gaat om voorstellen voor wet- en regelgeving waarbij de belangen van jonge advocaten worden geraakt, wordt onze input erg op prijs gesteld.’ Maar de voorzitter ziet het niet als taak van de stichting om in de lopende dossiers van de Orde, zoals het toezichtdossier of de geplande bezuinigingen op gefinancierde rechtsbijstand, een standpunt in te nemen. ‘Het is wel onze taak hierover voldoende informatie te verschaffen opdat de individuele advocaat daar een mening over kan vormen. De Orde zet zich ervoor in iedereen op de hoogte te stellen van wat het wetsvoorstel toezicht is, wat voor gevolgen het kan hebben. Wij bieden daar graag een platform voor en brengen het ook bij de lokale Jonge Balie Verenigingen onder de aandacht.’
Om te weten wat er speelt bij de jonge advocaten voert de SJBN sinds 2012 jaarlijks een enquête uit in samenwerking met arbeidsongeschiktheidsverzekeraar Movir. Uit het onderzoek van 2013 kwam naar voren dat 85 procent van de respondenten tevreden tot zeer tevreden is met zijn of haar beroep als advocaat. ‘We hebben met deze enquête willen focussen op de invloed van de crisis op het kantoor en op werkdruk.’
Een meerderheid van de respondenten, 68 procent, gaf aan tussen de veertig en vijftig uur te werken. Een vijfde gaf een werkweek van meer dan vijftig uur op. Is de werkdruk van jonge advocaten een punt van zorg voor de voorzitter? ‘Uit de enquête blijkt dat de meeste advocaten het gevoel hebben dat de werkdruk bespreekbaar is. Ik denk dat dát het belangrijkst is. Als je er niet over kunt praten, sneeuw je onder.’ Dat er hard gewerkt wordt, is volgens Roukema inherent aan het beroep. ‘Je bent er veel mee bezig en wilt het graag goed doen.’
Een punt van zorg vindt ze de werkdruk dus niet, maar het is volgens haar wel iets om in de gaten te houden. ‘Er zijn minder advocaat-stagiaires aangenomen de afgelopen twee jaar. Dat in combinatie met het aantrekken van de economie zou nog weleens zijn weerslag kunnen hebben op jonge advocaten. Ik denk dat het her en der weleens te heftig kan worden.’ Via de jaarlijkse enquête en aan de hand van de informatie die naar voren komt uit de klankbordgroep van de nieuwe beroepsopleiding, wil de voorzitter de werkdruk peilen. Daarnaast is het volgens Roukema erg belangrijk dat advocaten zelf hun grenzen aangeven aan hun leidinggevenden, hoe moeilijk dat volgens haar soms ook kan zijn.
Uit de enquête kwam ook naar voren dat driekwart van de respondenten het op prijs stelt om in een vroeg stadium ondernemerschapskwaliteiten te ontwikkelen. Volgens Roukema is dat een logisch gevolg van de economische crisis. ‘Binnen kantoren wordt meer een beroep gedaan op advocaten om op zoek te gaan naar nieuwe cliënten, nieuw werk.’ Ze merkt dat zelf ook bij Boekel De Nerée. ‘Ja, met acquisitie. Maar persoonlijk vind ik dat heel leuk. Er worden handvatten geboden om je op dat vlak te ontwikkelen. Behalve juridisch inhoudelijke cursussen, volg ik cursussen marketing-skills. Dan hou je je bezig met: hoe kom ik eigenlijk over? En wat verkoop ik? Wat voor type ben ikzelf en hoe kan ik iets verkopen op de manier die het dichtst bij me staat? Dat je hierin kunt groeien, vind ik weer een positief resultaat van deze tijd.’
Om op de interesse in het ondernemerschap in te spelen, organiseert de SJBN op 6 februari 2014 een inhoudelijke namiddag: Advocaat & Ondernemer. De sessie is bedoeld voor jonge advocaten die op termijn mogelijk een eigen kantoor willen beginnen of willen toetreden tot een maatschap. Advocaten krijgen informatie over het vormgeven van een eigen praktijk, binnen een eigen of bestaand kantoor. Het benaderen van de markt, het organiseren van een praktijk en het op orde houden van de financiële administratie zijn onderwerpen die aan bod komen.
Het vergroten van de zichtbaarheid van de SJBN staat ook op de agenda voor het komende jaar. Dat wil de stichting doen door meer informatie via de website te verstrekken (www.sjbn.nl), bijvoorbeeld over arbeidsvoorwaarden van stagiaires en de nieuwe beroepsopleiding. Roukema is van plan een model arbeidsovereenkomst op de site te plaatsen. ‘Ook omdat de beroepsopleiding nu veel duurder is geworden. Stagiaires kunnen zo alert worden gemaakt op ongeoorloofde studiekostenbedingen in arbeidsovereenkomsten. In principe komen die niet voor. Maar dat iedereen weer even op scherp staat, dat vind ik belangrijk.’
Tot slot, wat wil Annemarie Roukema van haar voorganger Eline Schiebroek meenemen tijdens haar voorzitterschap? ‘Ik vind dat ze het heel goed gedaan heeft. Ze hield het overzicht en bleef de andere bestuursleden motiveren en herinneren aan zijn of haar actiepunten. Ik kon haar altijd opbellen om iets te vragen. Die bereikbaarheid wil ik voortzetten.’
Annemarie Roukema
Geboren: 6 juni 1986, Assen.
Studie: Nederlands Recht, Groningen; Queen’s University, Kingston, Canada; Law Firm School.
2010-heden: Advocaat Arbeidsrecht bij Boekel De Nerée N.V., Amsterdam.
2013-heden: Voorzitter Stichting Jonge Balie Nederland (voorheen Portefeuillehouder Opleidingen).