Minder pensioen opbouwen en later pensioen ontvangen. Dat zijn de belangrijkste gevolgen van fiscale aanpassingen die op 1 januari 2014 ingaan. Advocatenkantoren met een pensioenregeling moeten die tijdig wijzigen. ‘Anders dreigen fiscale sancties.’ Plus: rekenvoorbeelden van specialist in verzekeringen, pensioen en financiële planning Mutsaerts. Vergelijk uzelf.

 

Casus

Advocaat (30): stoppen op 65ste of 67ste?

 

Advocatenkantoor X heeft een pensioenregeling voor alle advocaten in loondienst en ondersteunend personeel. Het betreft een middelloonregeling voor 24 werknemers. Kenmerk van de middelloonregeling is dat er een gegarandeerde uitkering wordt verzekerd voor het ouderdomspensioen. De werknemers kunnen nu al bepalen hoe hoog de uitkering vanaf hun pensioendatum zal zijn. De hoogte is afhankelijk van de diensttijd en het jaarsalaris.

De werkgever heeft aan zijn werknemers een fiscaal maximale pensioentoezegging gedaan. In 2013 is de maximale opbouw voor het ouderdomspensioen 2,25 procent per dienstjaar. Hierbij is een pensioenleeftijd van 65 jaar van toepassing. Vanaf 2014 wordt dit maximale percentage 2,15 per dienstjaar, in combinatie met een pensioenleeftijd van 67 jaar. Er wordt dus, vergeleken met de huidige pensioenleeftijd, twee jaar langer pensioen opgebouwd.

Advocaat X is 30 jaar wanneer ze bij kantoor X in dienst treedt. Zij heeft een jaarsalaris van veertigduizend euro (inclusief vakantiegeld). Haar pensioengrondslag bedraagt 27.000 euro. Er dient namelijk rekening te worden gehouden met het feit dat ze vanaf pensionering van de overheid AOW krijgt (ongeveer achtduizend euro per jaar). Deze advocaat heeft nog 35 jaar te gaan tot de huidige pensioenleeftijd van 65 jaar. Vanaf 2014 wordt de pensioenopbouw per jaar verlaagd en wordt de pensioenleeftijd verhoogd – ze moet dan nog 37 jaar doorwerken. Advocaat X kan ervoor kiezen om tot haar 65ste door te werken. Dat mag. De wetgever heeft bepaald dat de pensioenleeftijd van 65 jaar nog steeds mag worden gehanteerd na de wetswijzigingen. Het gevolg is wel dat het maximale opbouwpercentage verder dient te worden verlaagd. In dit geval zal er maximaal 1,84 procent per dienstjaar mogen worden opgebouwd. Is het verstandig om door te werken?

 

1.Situatie 2013 (pensioenleeftijd 65 jaar)

Het te bereiken ouderdomspensioen bedraagt in de huidige situatie:

27.000 euro x 35 jaar x 2,25 procent = 21.262,50 euro (bruto levenslang per jaar vanaf 65ste). 

 

2.Situatie 2014 (pensioenleeftijd 65 jaar)

Het te bereiken ouderdomspensioen bedraagt in de nieuwe situatie met het verlaagde percentage: 27.000 euro x 35 jaar x 1,84 procent = 17.388 euro (bruto levenslang per jaar vanaf 65ste).

 

3.Situatie 2014 (pensioenleeftijd 67 jaar)

Het te bereiken ouderdomspensioen bedraagt in de nieuwe situatie: 27.000 euro x 37 jaar x 2,15 procent = 21.478,50 euro (bruto levenslang per jaar vanaf 67ste).

 

Conclusie: advocaat X gaat er in de nieuwe situatie (situatie 3) iets op vooruit. Het loont dus om twee jaar langer door te werken. Wil een advocaat toch met 65-jarige leeftijd met pensioen (situatie 2) dan hebben de fiscale aanpassingen effect op het totale jaarinkomen. Let op: in het rekenvoorbeeld is uitgegaan van hetzelfde jaarsalaris over 35 of 37 jaar. Stijgt het inkomen, reken er dan op dat genoemde percentages aanzienlijk lager uitvallen.

 

 

Een zwitserlevenbestaan, waarop iedereen na een lange carrière in de balie hoopt, zal er met de aangekondigde wetswijzingen minder florissant uitzien. De Wet Verhoging AOW- en pensioenrichtleeftijd (Wet VAP, 2012) bevat maatregelen die de pensioenopbouw ‘toekomstbestendiger’ moeten maken. Dat is een eufemisme voor: soberder. En dat eufemisme is óók van toepassing op advocaten. Daarmee staat de belangrijkste secundaire arbeidsvoorwaarde fors onder druk.

De advocatuur kent geen verplicht pensioenfonds en laat daardoor een grote diversiteit aan pensioenregelingen zien, stelt pensioenadviseur Kim Thönissen van Mutsaerts, gevestigd in Tilburg en gespecialiseerd in verzekeringen, pensioenen en financiële planning. Elk kantoor kan een individuele voorziening aan zijn advocaat-medewerkers (de advocaten in loondienst en ander ondersteunend personeel) aanbieden. Toch kent de advocatuur grofweg niet meer dan twee typen collectieve pensioenregelingen. 

Bij de eerste, de zogeheten uitkeringsovereenkomst (de middelloon- en de eindloonregeling), is van tevoren bekend hoeveel pensioen er wordt opgebouwd – elk jaar een stukje pensioen op basis van een percentage van het salaris. Bij de tweede, de beschikbare-premieregeling, wordt jaarlijks premie betaald. Deze premie wordt meestal belegd. Hoeveel er in de pensioenpot zit, hangt af van de resultaten van die beleggingen. Op de pensioendatum kan er van het geld uit de pensioenpot een pensioenuitkering worden aangekocht. De hoogte van de daadwerkelijke uitkering is afhankelijk van de rentestand op dat moment en de tarieven van de verzekeraars, die onder meer zijn gebaseerd op de levensverwachting. 

‘Het is een trend dat bedrijven steeds minder vaak kiezen voor middelloon- en eindloonregelingen, en steeds vaker voor het beschikbare-premiestelsel, waarmee je je eigen pensioenpot opbouwt,’ zegt Frits Bart, directeur Beleid & Relatie bij Aegon. ‘Uit onze cijfers blijkt dat advocatenkantoren in die trend vooroplopen.’ Terwijl 65,8 van alle Aegon-klanten kiest voor een beschikbare-premieregeling, kiest 92,7 procent van alle advocaten bij Aegon voor deze regeling. Bij Mutsaerts ligt dit percentage lager en heeft een groot deel nog steeds een middelloonregeling.

 

Pijnlijk

Wat gaat er nu veranderen? Bekend is dat de pensioendatum waaraan iedereen gewend is – 65 jaar – inmiddels een relict is uit het verleden. Op je 65ste verjaardag je eerste AOW krijgen, zit er niet meer in nu de AOW-gerechtigde leeftijd in fases (tot 2023) wordt verhoogd naar 67. Pijnlijker nog is de verhoging van de pensioenleeftijd van het werkgeverspensioen. Die gaat in op 1 januari 2014 en komt dan direct uit op 67. Bijna iedereen met dit pensioen zal dan langer moeten doorwerken.

De wijzigingen van het pensioenstelsel blijven niet beperkt tot het verhogen van de pensioengerechtigde leeftijd. Deze wijziging stond koud in het Staatsblad of in het regeerakkoord van Rutte II werd alweer een verdere versobering aangekondigd. Dat heeft inmiddels geleid tot het voorstel Wet verlaging maximumopbouw- en premiepercentages pensioenen en maximering pensioengevend inkomen.

Concreet betekent dit dat per 1 januari 2014 de maximale opbouwpercentages worden verlaagd met 1 procentpunt. Voor advocaten die bij hun pensioenverzekeraar een eindloonregeling hebben lopen, gaat het opbouwpercentage omlaag naar 1,9. Gaat het om een middelloonregeling, dan komt dat percentage uit op 2,15. Er kan dus per jaar minder pensioen worden opgebouwd. Dat wordt, naar verwachting, in 2015 nóg minder: de maximale opbouwpercentages wil het kabinet verlagen naar 1,55 procent (eindloonregelingen) en 1,75 procent (middelloonregelingen). 

Weliswaar keurde de Eerste Kamer de verlagingen voor 2015 af, stelt Frits Bart, maar naar verwachting zal het kabinet met een nieuwe besparing komen. Hetzelfde geldt voor het plan van het kabinet om in 2015 het pensioengevend salaris te beperken tot honderdduizend euro. Boven dat bedrag mag een advocaat fiscaal geen pensioen meer opbouwen. Bij Aegon zou dan 2 procent van het aantal advocatenkantoren worden geraakt, laat Bart weten. ‘Grote kans dat de aftopping in een nieuw wetsvoorstel van het kabinet terugkomt.’

 

Ondernemer

De wetswijzigingen hebben ook gevolgen voor het pensioen van directeur-grootaandeelhouders of zij die voor de inkomstenbelasting ondernemer zijn. Volgens pensioenadviseur Thönissen moeten ook zij pensioen en/of lijfrente aanpassen aan de nieuwe fiscale kaders. Thönissen: ‘Belangrijk is om de voor- en nadelen van een pensioen in eigen beheer naast elkaar te leggen en de verschillende scenario’s door te laten rekenen.’ Je kunt namelijk niet zomaar stoppen met pensioenopbouw in eigen beheer. 

Wat in 2014 gaat gebeuren staat vast. De plannen voor 2015 zijn slechts wetsvoorstellen maar de trend tot een soberder pensioen is wel gezet. De vraag is nu wat dit betekent voor de pensioenovereenkomsten die kantoren voor hun advocaten hebben gesloten. Voldoet de pensioenregeling van advocaten nog wel aan de wet? 

Pensioenregelingen die op dit moment een te hoog percentage toepassen, moeten dit in elk geval vóór het einde van het jaar aanpassen, stelt pensioenadviseur Thönissen: ‘Wanneer de pensioenregeling niet tijdig is aangepast aan de nieuwe wettelijke maxima, is er sprake van een belaste aanspraak. De hele pensioenregeling wordt dan als bovenmatig beschouwd en de hele aanspraak is belast. De werknemer moet per direct belasting betalen over de hele aanspraak en daarnaast is een revisierente verschuldigd van twintig procent. Het is daarom van groot belang de benodigde wijzigingen op tijd door te voeren.’

Kim Thönissen schat in dat bij het merendeel van alle pensioenregelingen de pensioenen ‘bovenmatig’ zijn en dus moeten worden aangepast om te voldoen aan de nieuwe pensioenregels. Wel ligt het percentage in de advocatuur volgens haar lager dan gemiddeld. Aegon bijvoorbeeld laat weten dat het opbouwpercentage moet worden verlaagd bij 48 procent van de klanten. Van de advocatenkantoren bij Aegon is dat 36 procent. Goed nieuws?

Het is maar hoe je ernaar kijkt. Volgens Thönissen lijken de cijfers slechts positief omdat er relatief weinig pensioenregelingen hoeven te worden aangepast. ‘Maar in werkelijkheid betekent dit dat de pensioenregelingen voor advocaat-medewerkers vaak sober zijn, met over het algemeen een lager opbouwpercentage dan het landelijk gemiddelde.’ 

Wel waarschuwt Thönissen dat bij een verdere verlaging van de opbouwpercentages in 2015 aanzienlijk meer kantoren de pensioenregelingen zullen moeten aanpassen. Geef dus goede informatie over pensioenopbouw, tipt Thönissen: ‘Medewerkers moeten weten waar ze aan toe zijn opdat ze zelf extra maatregelen kunnen nemen voor hun financiële toekomst.’ 

Bij Aegon proberen ze met een nieuwe pensioenregeling zo dicht mogelijk bij de oude te blijven. ‘Opdat de premiebetalingen en de pensioenopbouw zo weinig mogelijk afwijken van de huidige situatie. Dan merken advocaten en hun kantoren zo weinig mogelijk van de nieuwe regeling’, zegt Frits Bart van Aegon. ‘Maar kantoren kunnen zelf besluiten het opbouwpercentage méér te verlagen dan wettelijk verplicht is.’

Opdat advocaten zelf een indruk kunnen krijgen van de gevolgen van gewijzigde pensioenregels stelde het Advocatenblad samen met pensioenspecialist Mutsaerts (www.mut saerts.nl) de twee hier genoemde casussen op. Let wel op: om pensioenregelingen aan te passen, zijn de handtekeningen vereist van werkgever én werknemer; de pensioenregeling mag niet eenzijdig worden gewijzigd. Zeker nu advocaat-medewerkers te maken krijgen met een verslechtering van de arbeidsvoorwaarden (want lager pensioen), is hun instemming vereist. Dat heeft ook repercussies voor de arbeidsovereenkomsten. Als hierin bijvoorbeeld een ontslagleeftijd van 65 jaar staat, kan in een addendum worden aangegeven dat de ontslagleeftijd samenhangt met de AOW-gerechtigde leeftijd. Vergelijk uzelf.

 

 

‘Stel een pensioen-regeling niet langer uit’

Frans van Liempt is manager van het pensioenbureau van Allianz. Hij zet vijf pensioentips voor advocaten op een rij.

 

1 REGEL TIJDIG UW PENSIOEN

‘Dat doen lang niet alle advocaten. Als jurist weten ze vaak van de hoed en de rand, maar hun eigen pensioen regelen is zeker geen gemeengoed. Ik bouw toch vermogen op door te sparen, zeggen ze. Een pensioenregeling is echter beter: het rendement is hoger, er zijn fiscale voordelen en met een regeling word je gedwongen aan je pensioen te werken.’

 

2 SLUIT EEN PENSIOENREGELING VOOR DE MEDEWERKERS AF

‘Met medewerkers kun je afspreken: nu betalen jullie nog driekwart van je eigen pensioenopbouw zelf, maar later – als het kantoor beter draait – wordt dat lager en dan betaalt de werkgever meer. Dat model kun je gedurende de jaren aanpassen. Trek je nieuwe advocaten aan dan zitten die direct in een pensioenregeling. Eigenlijk zou iedere werkgever die verplichting moeten voelen.’

 

3 VERDIEP U IN DE BELEGGINGS-FILOSOFIE VAN UW UITVOERDER

‘Tot voor kort ontving de pensioenadviseur commissie. Tegenwoordig betaal je zelf de adviseur en krijgt de kwaliteit van het advies meer aandacht. Dan kun je dus eisen dat uitgebreidere productvergelijkingen worden gemaakt. Denk daarbij aan de kosten van de life cycle, de samenstelling van de life cycle beleggingen en de transparantie die je als klant kunt eisen. Gelukkig willen advocaten, áls ze een pensioenregeling afsluiten, het naadje van de kous weten en de pensioentechniek uitpluizen.’

 

4 OVERWEEG EEN BESCHIKBARE PREMIEREGELING

‘Dat is dé manier om je eigen liquiditeiten te beheren – voor medewerkers én partners. Je bent economisch eigenaar van de onderliggende beleggingen en je kunt die beleggingen zelf bepalen, afhankelijk van het risicoprofiel dat je wenst. Verder bepaal je zelf je maandelijkse inleg. Hoeveel die is? Het ABP geeft de volgende vuistregel: als je veertig jaar lang maandelijks 100 euro inlegt, krijg je na je pensionering 500 euro per maand. Een vijfde is dus de ingelegde premie, vier vijfde is het rendement. Na veertig jaar gaat de inleg vijf keer over de kop.’

 

5 UITSTELLEN VAN EEN PENSIOEN IS GEEN OPTIE MEER

‘Er gebeurt zoveel op pensioen- en AOW-gebied dat verschuilen geen zin heeft. En er zijn op pensioengebied zoveel mogelijkheden, en die kun je benutten zonder al te veel lasten. Konden advocaten maar beter rekenen, dan zagen ze meer de noodzaak van een ouderdomspensioen.’

 

 

Casus

Partner (38) stoppen op 65ste of 67ste?

 

Advocaat Z wordt op z’n 38ste partner van advocatenkantoor X. Als directeur-grootaandeelhouder (dga) bouwt hij ouderdomspensioen op binnen zijn eigen persoonlijke holding. Dit wordt pensioen in eigen beheer genoemd. De pensioentoezegging is vastgelegd in een pensioenbrief. Hierin staat onder meer hoe hoog het op te bouwen ouderdomspensioen is.

Ook voor dga-pensioenen gaan de nieuwe wettelijke regels gelden vanaf 2014. Dit betekent dat de pensioenbrief dient te worden gecontroleerd. Er zal moeten worden bepaald of de regeling vanaf volgend jaar bovenmatig is, of binnen de nieuwe fiscale kaders past.

Veel dga’s hebben in de pensioenbrief een eindloonregeling vastgelegd. Dit betekent dat er een ouderdomspensioen wordt opgebouwd dat is afgeleid van het laatst geldende salaris vóór pensionering. In 2013 is de maximale opbouw voor het ouderdomspensioen 2 procent per dienstjaar. Hierbij is een pensioenleeftijd van 65 jaar van toepassing. Vanaf 2014 wordt dit maximale percentage 1,90 per dienstjaar, in combinatie met pensioenleeftijd 67 jaar. Er wordt dus twee jaar langer pensioen opgebouwd ten opzichte van de huidige pensioenleeftijd.

In de pensioenbrief van advocaat Z is een maximale eindloonregeling vastgelegd. Hij kan, nadat hij partner is geworden, 27 jaar pensioen opbouwen en zijn jaarsalaris zal aangroeien naar 150.000 euro. Advocaat Z kan ervoor kiezen de pensioenleeftijd van 65 jaar te handhaven, dan dient het opbouwpercentage te worden verlaagd naar 1,63 per jaar. Wat is wijsheid?

 

1.Situatie 2013 (pensioenleeftijd 65 jaar)

Het te bereiken ouderdomspensioen bedraagt: 150.000 euro x 27 jaar x 2 procent = 81.000 euro (bruto per jaar vanaf 65ste).

 

2.Situatie 2014 (pensioenleeftijd 65 jaar)

Het te bereiken ouderdomspensioen bedraagt dan: 150.000 euro x 27 jaar x 1,63 procent = 66.015 euro (bruto per jaar vanaf de 67ste verjaardag).

 

3.Situatie 2014 (pensioenleeftijd 67)

Vanaf 2014 wordt de pensioenopbouw per jaar verlaagd en wordt de pensioenleeftijd verhoogd naar 67 jaar. Op basis van voorgaande uitgangspunten zou het te bereiken ouderdomspensioen dan bedragen: 150.000 euro x 29 jaar x 1,90 procent = 82.650 euro (bruto per jaar vanaf de 67ste verjaardag).

 

Conclusie: advocaat Z gaat er fors op achteruit als hij op zijn 65ste stopt. Gaat hij door tot zijn 67ste dan gaat hij er iets op vooruit. Het loont dus om twee jaar langer door te werken. Let op: afhankelijk van uw specifieke situatie kan het verstandig zijn om een aanpassing te doen aan uw pensioenvoorziening. Een pensioenspecialist kan verschillende scenario’s doorrekenen. 

 

Download artikel als PDF

Advertentie