Weer staan fiscale voordelen in het nog aantrekkelijke vestigingsland Nederland onder druk. Advocaten die hun brood verdienen aan multinationals hoeven zich volgens experts niet per se zorgen te maken. Wel zouden ze meer aan marketing moeten doen.
Als het aan de Europese Commissie ligt dan is het eind 2014 gedaan met het ontwijken van belastingen door multinationals. Eind november presenteerde Europees Commissaris Algirdas Šemeta een plan dat fiscale constructies verbiedt waarmee grote bedrijven belasting ontlopen. Nederland profiteert flink mee van zulke fiscale constructies. Circa twaalfduizend brievenbusmaatschappijen sluizen in ons land jaarlijks 150 miljard euro weg. Uit het rapport van onderzoeksinstituut SEO Uit de schaduw van het bankwezen blijkt dat de twaalfduizend zogeheten bfi’s (bijzondere financiële instellingen) in 2010 een gezamenlijk balanstotaal kenden van 2.890 miljard euro. Het balanstotaal van de banken was in dat jaar met 2.251 miljard euro een stuk lager.
Nu is het niet aan de Europese Commissie om belastingvoordelen te verbieden, maar aan de afzonderlijke lidstaten en die hebben allemaal een veto in belastingzaken. Aangezien ook fiscaal aantrekkelijke landen een veto hebben, is de kans klein dat Šemeta’s plan realiteit wordt. Nederland heeft dan aangegeven dat het geen veto uitbrengt, maar er zijn genoeg andere tegenstanders als Groot-Brittannië (Kaaimaneilanden) en Luxemburg. Toch toont het commissievoorstel wel weer hoezeer fiscale constructies onder druk staan (zie ook ‘Geen belastingparadijs, maar doorsluisland’ op de volgende pagina).
De fiscale voordelen van Nederland lijken ooit te gaan eindigen. Moeten advocaten die hun brood verdienen aan de multinationals zich zorgen maken? Behoren fusies als die van de Amerikaans-Franse reclamereuzen Publicis en Omnicom – uitmondend in een Nederlandse postcode voor de nieuwe holding – bij afschaffing van fiscale voordelen tot het verleden? Niet per se, stelt Leo Groothuis, partner M&A bij NautaDutilh en betrokken bij de deze zomer gesloten Publicom-deal.
Natuurlijk, overname-advocaat Groot-huis ziet dat de Nederlandse positie gevaar loopt. De negatieve publiciteit over de brievenbusfirma’s brengt volgens hem een hele activiteit in diskrediet. ‘Het beeld dat Nederland een belastingparadijs is waar nodig moet worden ingegrepen, kan afschrikwekkend werken voor bedrijven.’ Maar, zegt hij, fiscale voordelen hoeven voor bedrijven niet doorslaggevend te zijn.
Groothuis verklaart de keuze van bedrijven voor Nederland uit meer factoren dan de fiscale alleen: ‘Bedrijven willen een neutrale vestigingsplaats, die professioneel is. Dus een betrouwbaar, stabiel land waar the rule of law wordt gerespecteerd opdat partijen weten waar ze aan toe zijn. Wat de advocatuur betreft; Nederlandse advocaten kunnen die ingewikkelde transacties ook toepassen. Daar hebben we veel ervaring mee. Het executierisico is hier kleiner. Het helpt ook zeker dat Nederland van oudsher internationaal gericht is. Handel zit in onze cultuur. En ook onze talenkennis en geografische ligging spelen mee. En vergeet Schiphol niet, dat heeft perfecte verbindingen naar vrijwel alle andere landen.’
Groothuis’ opsomming komt overeen met de bevindingen van accountant Ernst & Young. Jaarlijks maakt deze een Barometer van het Nederlandse vestigingsklimaat. De positieve kanten van Nederland zijn daarin al jaren hetzelfde. Het betreft onder andere ‘de kwaliteit van het leefklimaat, de telecommunicatie-, transport- en logistieke infrastructuur, de duidelijke en stabiele politieke, wetgevende en administratieve omgeving en de ondernemerscultuur.’
Dat handel in de Nederlandse cultuur zit, beaamt Eric Vermeulen van Luminous Tax Matters, internationale belastingadviseurs. ‘Nederland is een goede koopman bij het afsluiten van bilaterale belastingverdragen. Die maken het voor bedrijven aantrekkelijk om zich hier te vestigen en hier te investeren. Het ministerie van Financiën zet daar vol op in. Ik denk dat onze dienstverlening daarbij zeker ook een rol speelt, al ken ik geen enkel bedrijf dat puur vanwege onze goede juridische of fiscale advocaten naar Nederland komt.’ Het stabiele politieke klimaat is volgens Vermeulen wel een factor van belang voor multinationals. ‘Ze willen best belasting betalen, maar zoeken vooral de zekerheid dat tarieven en wetgeving niet elk jaar wijzigen.’ Vermeulen noemt de relatief lage vennootschapsbelasting, de afwezigheid van bronbelasting op rente en royalty’s en de deelnemingsvrijstelling als belangrijke fiscale elementen in de keuze voor ons land.
Trend
Internationaal werkend advocaat Joep Ottervanger van Loyens & Loeff brengt Nederland als vestigingsland regelmatig onder de aandacht van internationale klanten. Zijn kantoor, gespecialiseerd in de combinatie van belastingadvies en juridische dienstverlening, werkt veel voor buitenlandse klanten. Volgens hem kan de discussie over fiscale voordelen ook leiden tot meer werk voor bijvoorbeeld advocaten. ‘Ik zie een trend ontstaan ten gunste van stabiele, fiscaal efficiënte jurisdicties met een goed ontwikkeld rechtssysteem. Zoals geïllustreerd door de recente discussies over de structuren van onder andere Google en Starbucks wordt substance, het verrichten van reële werkzaamheden in de jurisdictie van vestiging, steeds belangrijker. Om aan die substance-eis te kunnen voldoen, krijg je een concentratie van transacties en structuren in een paar landen. Ik verwacht dat multinationals binnen hun vennootschappelijke structuur een beperkt aantal jurisdicties opnemen die als schakelpunten gaan fungeren voor hun internationale deals en structuren. Nederland heeft daarvoor goede uitgangspunten. Bij een meer definitieve keuze voor een jurisdictie zullen naast fiscale behandeling ook de zachtere factoren een rol spelen, zoals talenkennis, huizenprijzen, cultuur en logistiek. Overigens komt dikwijls van het een, een brievenbus voor een holding, ook het ander.’
Ottervanger ziet in Luxemburg een toename ontstaan van activiteiten in de reële economie, die voortkomen uit bedrijven die in eerste instantie een brievenbus hadden in het groothertogdom. Ook Nauta’s Leo Groothuis gelooft in een spin-off: ‘Het effect van de keuze voor Nederland lijkt in eerste instantie misschien niet zo groot en het klopt dat vaak maar een klein deel van de werknemers ook echt hier zit, maar bij beursvennootschappen moeten de aandeelhoudersvergaderingen verplicht in Nederland plaatsvinden. Bij fiscale vestiging in Nederland komen daar ook nog bestuursvergaderingen bij. En de jaarrekening wordt in Nederland gecontroleerd. Er ontstaat een hele dienstverlenende industrie omheen, ook al werken er maar twintig man in vaste dienst in ons land.’ Groothuis ziet zeker mogelijkheden voor groei, al zullen het nooit duizenden bedrijven per jaar worden. ‘Goed voorbeeld doet ook in deze markt volgen.’
En de kansen voor advocaten? Groothuis: ‘Bij een fusie van twee buitenlandse bedrijven zijn wij een geïntegreerd onderdeel in een groot juridisch radarwerk, en we moeten ervoor zorgen dat dat soepel blijft lopen.’ Volgens kenners zouden advocaten bovendien bereid moeten zijn om wat meer de boer op te gaan met een marketingverhaal.
De advocatuur zit (nog) niet in het begin van het acquisitietraject om bedrijven naar Nederland te halen, stelt woordvoerder Moniek Pronk van Nederland promotor Agentschap NL. ‘De betrokkenheid van die sector start over het algemeen pas als het besluit om in Nederland te vestigen al is genomen.’ Advocaten en breder, de financieel-zakelijke dienstverlening, gaan volgens haar wel standaard mee op economische missies onder leiding van de Amsterdamse burgemeester Eberhard van der Laan, maar een vertegenwoordiging van advocaten in het kielzog van de nieuwe Koning, is er nog niet. Koning Willem-Alexander heeft handel hoog in zijn vaandel staan en nu is het vooral de ‘maakindustrie’ die deelneemt aan handelsmissies.
Advocaat Groothuis ziet ook een rol weggelegd voor de Nederlandse Orde van Advocaten, maar dan vooral als het gaat om de opleiding van advocaten (zie ook: ‘Wat doet een overname-advocaat?’). Groothuis: ‘De Orde moet echt op kwaliteit gaan sturen in de opleiding. Geen zesjescultuur, maar er actief aan bijdragen dat Nederland via perfecte opleidingen negens en tienen scoort in de internationale juridische dienst-verlening.’«
Geen belastingparadijs, maar doorsluisland
Oppositiepartijen in de Tweede Kamer hekelden afgelopen zomer het belasting-paradijs dat Nederland zou zijn. Een schadelijke discussie, stelde staatssecretaris van Financiën Frans Weekers (VVD), in een brief aan de Kamer op 30 augustus. ‘Het is evident dat verwijten over de status van Nederland als belastingparadijs de laatste jaren steeds vaker worden geuit in nationale politieke discussies en in de nationale media. Het kabinet betreurt dat omdat discussies over onze fiscale regelgeving en de daaraan inherente onzekerheid over eventuele aanscherping daarvan onnodig onrust veroorzaken. Die onrust maakt Nederland minder aantrekkelijk voor investeringen.’
Op dezelfde dag waarop de brief van Weekers op de mat plofte bij de Kamerleden, gaf het Centraal Planbureau een rapport uit met een positieve en relativerende kijk op de vermeende status als belastingparadijs: ‘Nederland heeft een groot aantal bilaterale belastingverdragen afgesloten, die tot een flinke toename van de directe buitenlandse investeringen hebben geleid. Gemiddeld verhoogt een nieuw belastingverdrag die investeringen met twintig procent.’ In een poging de discussie te beslechten, voegde het Planbureau daar nog aan toe: ‘In tegenstelling tot hetgeen soms beweerd wordt, is Nederland geen belastingparadijs, maar een doorsluisland ten gunste van de belastingplanning van multinationale ondernemingen.’
Wat doet een overname-advocaat?
Nederlandse advocaten die meewerken aan deals die in Nederland worden gesloten, verrichten zeer specialistisch werk. Overname-advocaat Leo Groothuis van NautaDutilh, recent betrokken bij de fusie tussen de reclamebureaus Publicis en Omnicom: ‘Je stelt de spelregels voor de corporate governance op, dus hoe gaan bestuurders, aandeelhouders en commissarissen met elkaar om, wat zijn de onderlinge bevoegdheden, welke besluiten mag wie nemen, wie benoemt en ontslaat wie, hoe is opvolging geregeld? Ook moet je zorgen dat de fusie voldoet aan de Nederlandse effectenregels, je helpt met onderhandelen, schrijft afspraken op, werkt ze uit in corporate governance, kijkt naar de gevolgen van de fiscale regels voor de samenwerking. Dit is geen rechtsgebied waar je snel in rolt als beginnend advocaat. Je kunt dit alleen doen als je veel ervaring hebt met de praktijk van de Nederlandse corporate governance-regels.