Er komen meer mogelijkheden om eenvoudige grensoverschrijdende procedures te voeren. Nu kunnen burgers en bedrijven zo’n laagdrempelig proces voeren bij vorderingen tot tweeduizend euro, maar de Europese Commissie wil die grens oprekken naar tienduizend euro.
De ‘Regeling voor de kleine, grensoverschrijdende geschillen’ werd in 2007 ingevoerd om de positie te beschermen van consumenten die online winkelen bij buitenlandse webshops. Om tijdrovende, ingewikkelde en kostbare procedures te omzeilen, creëerde Brussel een simpele procedure voor ontevreden consumenten binnen de Europese Unie. Consumenten moeten met deze procedure veertig procent goedkoper uit zijn. Een gemiddeld proces duurt nog maar vijf maanden in plaats van tweeënhalf jaar.
De procedure verloopt, deels digitaal, via standaardformulieren. Partijen zijn niet verplicht om een advocaat in te schakelen. De zaak wordt in principe behandeld door de rechter in het land van de consument, maar deze kan ook kiezen voor het land van de verweerder.
Nederland steunt de verhoging van het plafond naar tienduizend euro, omdat daardoor niet alleen consumenten maar ook kleine ondernemers beter beschermd worden. Tweede Kamerlid Jan de Wit (SP) plaatst wel een kanttekening bij de verruiming. ‘De huidige regeling is nog onvoldoende bekend,’ meent hij. ‘De Europese Commissie doet er verstandig aan de bekendheid te vergroten.’ In 2012 constateerde het Europese Consumentenplatform ECC al dat de rechters en consumenten nog maar mondjesmaat op de hoogte zijn van de regeling.
Om de drempel tot de rechtspraak nog meer te verlagen wil de Commissie bovendien een plafond voor griffierechten invoeren. Daar is Nederland tegen. De voorstellen kunnen pas ingaan als de Europese Raad en het Europees Parlement akkoord gaan.
Peter Louwerse