Rechtsbijstandsverzekeraars vinden advocaten duur. In het Advocatenblad riep de directeur van DAS Rechtsbijstand laatst: ‘Aan advocaten zou ik willen vragen: waar zit de rem op het schrijven van uren?’ Mr. X en Y vonden dat een moeilijke vraag, zo blijkt uit hun casus. Ze hadden in opdracht van een rechtsbijstandsverzekeraar een cliënt bijgestaan in een vrij ingewikkelde ontslagzaak. Van tevoren hadden ze met de verzekeraar afgesproken dat ze maximaal vijftigduizend euro in rekening mochten brengen. En laat de rekening nou net zo’n beetje op dat bedrag uitkomen.

De verzekeraar denkt dat ze ‘ernaar toe hebben geschreven’ en legt de declaratie ter begroting voor aan de raad van toezicht (het bestuur van de plaatselijke Orde). De werkzaamheden van de advocaten waren ‘nuttig en noodzakelijk’ geweest, maar ‘niet altijd doelmatig’. Van de ene advocaat wordt 43 procent van de werkzaamheden geschrapt, van de ander 32 procent. Van de rekening wordt twintigduizend euro afgetrokken.

En dan is de verzekeraar nog niet met de heren klaar. Bij de tuchtrechter in ‘s-Hertogenbosch krijgen ze het verwijt dat ze excessief hebben gedeclareerd. Gezien het verloop van de begrotingsprocedure neemt de tuchtrechter dat zonder veel omhaal aan. De advocaten hadden nog gezegd dat ze veel dubbel werk hadden moeten doen omdat aan de cliënt keer op keer hetzelfde moest worden uitgelegd. Maar, vindt de tuchtrechter, dan hadden ze dat maar niet moeten doen, of in elk geval niet twee keer hun specialistentarief van 385 euro per uur in rekening moeten brengen. Een berisping werd het net niet, omdat de advocaten op de zitting inzicht hadden getoond. Maar ze zijn gewaarschuwd. Of ze in appel zijn gegaan kon niet worden nagegaan.

Trudeke Sillevis Smitt

Advertentie