De oproep van vijf bestuursvoorzitters om de opleiding van juristen te verbreden, is enthousiast ontvangen. ‘De decanen van de juridische faculteiten van de VU, UvA en Tilburg hebben zich uitdrukkelijk achter ons voorstel geschaard en professor Maurits Barendrecht ondersteunt het van harte,’ zo laat Martijn Snoep (De Brauw) weten. ‘Verder gaan we in gesprek met het OM, Raad voor de Rechtspraak en het Nederlands Genootschap voor Bedrijfsjuristen. Er lijkt daar op zijn minst belangstelling.’ Samen met collega-bestuursvoorzitters Arnold Croiset van Uchelen (Allen & Overy), Johan Rijlaarsdam (Houthoff Buruma), Michaëla Ulrici (NautaDutilh) en Bas Boris Visser (Clifford Chance) schreef Snoep in NRC Handelsblad dat ‘de eis dat alleen bachelors in de rechten tot de advocatenopleiding mogen worden toegelaten, geschrapt moet worden. Een master rechten, zonder bachelor vooraf, zou voldoende moeten zijn.’
Zij baseerden hun betoog mede op het Advocatenblad-artikel ‘Lessen uit Amerika’ (maart 2014) dat stelt dat advocaten zich moeten omscholen tot T-shaped client loving lawpreneurs. Daarmee wordt bedoeld dat ze diepgaande kennis (de staander in de T) moeten combineren met meer algemene kennis en vaardigheden (de ligger in de T). Advocaten met uitsluitend kennis van het recht kunnen volgens de voorzitters complexe problemen niet langer oplossen. Een basiskennis van sociologie, politicologie, economie, alsmede academische vaardigheden als analytisch denken, argumenteren en interpreteren beschouwen zij dan ook als ‘onontbeerlijk’. De universitaire studie biedt daartoe volgens hen nauwelijks ruimte. ‘Dat is geen vrijwillige keuze van de universiteiten. De wetgever dwingt hen daartoe door eisen te stellen aan het curriculum.’ Zij roepen de Tweede Kamer dan ook op om de wet te wijzigen ‘om de brede opleiding voor de “T-shaped lawyers” mogelijk te maken’.