Ergernis 1

Regels

Regels, regels en nog eens regels. Als advocaten bij kleine kantoren zich ergens aan ergeren dan is het wel de regelzucht die hun praktijk treft. Boven aan het ergernissenlijstje, leert een rondgang, staan de al dan niet door de politiek opgelegde regels van de Nederlandse Orde van Advocaten en de regels van de Raad voor Rechtsbijstand. 

Vooral de verplichting een kantoorhandboek te hebben moet het ontgelden. ‘Elk jaar moet je bij de controle zeggen dat je een kantoorhandboek hebt,’ zegt Jan Vlug, strafrechtadvocaat in Deventer. ‘Iedereen zegt dat hij er een heeft, en misschien is dat wel zo, maar geen hond die erin kijkt.’ En, ook al moeten de handboeken zijn toegespitst op de eigen praktijk, er zijn advocaten die anoniem toegeven dat eenpitters zo’n handboek van collega’s kopiëren en vullen met eigen gegevens. ‘Ach ja, zo’n kantoorhandboek hebben we geloof ik wel, maar het is lang geleden dat iemand er in keek,’ zegt iemand. Vlug: ‘Het wordt allemaal gepresenteerd alsof het de praktijkvoering verbetert, maar kijk eens hoeveel advocaten er de laatste tijd worden geschrapt juist vanwege een gebrekkige praktijkvoering. We voldoen aan die nonsens, hoor. Maar in de praktijk bieden die regels 0,0 zekerheid voor de cliënt en 0,0 waarborg voor een betere praktijkvoering.’ 

‘Er is een oerwoud aan regels, dat bovendien voortdurend aan verandering onderhevig is,’ zegt ook Arnout de Hamer. Sinds vorig jaar juli heeft hij een eenmanskantoor in Amersfoort (IE, ICT, ondernemingsrecht). Tot die tijd werkte De Hamer op een kantoor met zo’n 25 advocaten. Die regulering lijkt weleens wat door te slaan, vindt hij, en dan doelt hij vooral op het kantoorhandboek. ‘De betutteling gaat ver. Ik word er weleens wat lacherig van. Aan de andere kant: er zijn genoeg kantoren die de boel niet op orde hebben. De Orde heeft als taak de kwaliteit van de advocatuur hoog te houden. Dat kan niet anders dan door regels te stellen.’ De Hamer heeft drie jaar in de Raad van Toezicht gezeten en kent dus ook die andere kant. De noodzaak van de regels staat voor hem dan ook buiten kijf. Dat je van de Orde vooral last hebt zul je De Hamer nooit horen zeggen. Wat betreft de regelgeving van de Orde moeten de goeden onder de kwaden lijden, stelt de Hamer. 

Arlette Putker-Blees, die zes jaar geleden vanuit een groot kantoor een nichekantoor (arbeidsrecht) opzette: ‘Als je kleinschalig werkt, heb je juist minder ergernissen als je het goed aanpakt. Grote kantoren lopen vast in procedures en kosten.’

 

 

Ergernis 2

Ordekosten

In het mei-nummer van het Advocatenblad stond een uitvoerig verslag van de activiteiten en de daarbij behorende kosten van het bureau van de Orde. Het schoot Jan Vlug in het verkeerde keelgat. ‘Je kunt beter bij de @Advocatenorde werken dan (sociaal) advocaat zijn…,’ twitterde hij op 5 mei. En, doelend op het Advocatenblad: ‘Dat drukwerk van de Orde ziet er altijd weer prachtig uit. Evenals de IT-nonsens.’ Hij gaf zijn tweets de hashtags #magwatkosten en #opzeggenkanniet mee. Moet het Advocatenblad verdwijnen, volgens Vlug? Dat niet: ‘Nee hoor, ik lees het met plezier. En ik gooi het ook weer met plezier weg.’ 

Al eerder had Vlug zich opgewonden over drukwerk van de orde. Naar aanleiding van de bundel Fraaie Zaken, twee jaar geleden, schreef hij het bureau van de Orde: ‘De Orde bombardeert ons, meestal via geldverslindende en onnodige ICT-toepassingen, met allerlei eisen die in de praktijk neerkomen op een wassen neus. Kantoorhandboeken en protocollen, audits, opleidingseisen, financiële onzin, peer review en ga zo maar door. Eisen die overigens even gemakkelijk weer worden afgeschaft of ingetrokken.’ Een andere advocaat: ‘De Orde bestookt ons met missives, het is gewoon niet bij te houden.’ De administratieve lasten vallen menigeen zwaar. 

Vlug: ‘Daarnaast word ik van tijd tot tijd vergast op het duurst denkbare drukwerk, websites die ik nooit bezoek, certificaten die ik nooit nodig heb en gebonden bundels over Fraaie Zaken, Nooit Wijken, Diversiteit in de Advocatuur en ga zo maar door. Volstrekt onnodige geldverspilling die niets met de taken van de Orde te maken heeft.’

Als Vlug eens iets van de Orde nodig heeft, zoals een nieuwe Advocatenpas, moet hij daar weken op wachten, zegt hij. ‘Terwijl ik zonder die pas mijn werk gewoon niet kan doen. Ik kom nergens binnen. Daarover bellen heeft geen zin, zo is mijn ervaring.’

 

 

Ergernis 3

Digitalisering

Kleine kantoren hebben last van de digitalisering, bijvoorbeeld met de Centrale Controle Verordeningen, die tegenwoordig digitaal wordt uitgevoerd. ‘Je krijgt een code die je maar één keer kunt gebruiken,’ zegt Marion Drielsma, advocaat in Den Haag (familierecht). ‘Het lukte mij niet om in te loggen, zeer irritant.’ De handhaving is streng. Voordat je het weet heb je een klacht aan je broek. Meer in het algemeen ergeren advocaten van kleine kantoren zich, omdat ze alles zelf moeten doen. Er is geen ICT- en HR-afdeling die dat werk uit handen neemt. ‘Daar moest ik nog het meest aan wennen, toen ik voor mezelf begon,’ zegt Remco Smith, advocaat in Rotterdam (bouwrecht). ‘Op het meest ongelegen moment is er een storing met de computer. Even iemand van ICT bellen of even op een computer van een ander is er niet meer bij. Overigens weegt de lol van een eigen kantoor wat mij betreft ruimschoots tegen dat soort ergernissen op.’

 

 

Ergernis 4

Rechtsbijstand

De bezuinigingen op de gefinancierde rechtsbijstand scoren hoog in de lijst van ergernissen, waarbij de echte pijn natuurlijk vooral bij de rechtzoekenden zit. Maar de werkwijze van de Raad voor Rechtsbijstand irriteert ook. De afgifte van toevoegingen bijvoorbeeld verloopt volgens advocaten vaak langzaam, moeizaam en op een bureaucratische manier. Hetzelfde geldt voor de aanvraag van een hogere vergoeding wegens meer gewerkte uren. Irma Groenendijk, advocaat in Den Haag, loopt tegen de grens aan die de Raad voor Rechtsbijstand heeft gesteld aan het aantal zaken dat een advocaat per jaar kan behandelen. ‘Ik doe uitsluitend strafzaken, op toevoegingsbasis. Vaak neem ik zaken over van anderen. Bij de door de raad gehanteerde maximumomzet per jaar wordt geen rekening gehouden met het feit dat ik een groot deel van mijn omzet nog moet afdragen aan eerdere advocaten van mijn cliënten. Tegen een maximumomzet heb ik geen bezwaar, maar de raad moet wel kijken of je die omzet zelf hebt of niet.’ 

 

 

Ergernis 5

Rechtbanken

Ook de rechtbanken zorgen voor ergernissen. Sommige rechtbanken schijnen nauwelijks met zittingen te willen schuiven; de advocaat moet maar een vervanger sturen. Dat is vooral voor eenmanskantoren lastig. Nog een kleine ergernis: de bibliotheek van het Haagse Paleis van Justitie is sinds enige tijd niet meer toegankelijk voor advocaten. Wie een praktijk op meerdere rechtsgebieden heeft en geen volledige bibliotheek onderhoudt, mist die.

 

Download artikel als PDF

Advertentie