‘Het zal uiteindelijk een hoofdpijndossier worden’, voorspelde advocaat Carlo Oomes volgens De Telegraaf eind 2012. Zijn toenmalig kantoorgenoot Marcel Senders was toen net aangehouden, omdat hij verdacht werd van faillissementsfraude.
De FIOD doorzocht hun advocatenkantoor, onder toeziend oog van de Bossche deken Henk van Dijk – en de hele (Brabantse) wereld wist ervan.
Op 30 juni deed de Bossche raad van discipline een uitspraak in de hoofdpijnzaak. Het betrof een klacht van de deken tegen Senders, omdat die weigert de deken inzage te geven in het proces–verbaal van de FIOD. Volgens Senders had de deken zich dusdanig vooringenomen en onzorgvuldig opgesteld, dat Senders zich daartoe niet meer verplicht achtte. In de uitspraak staat niet wat de deken dan wel had misdaan. Maar in De Telegraaf was indertijd al te lezen dat het kantoor razend was omdat de deken ten tijde van de doorzoeking met de pers had gepraat en had gezegd dat Senders uit zijn ambt moest worden gezet.
De raad van discipline oordeelt dat Senders – ongeacht zijn mening over de persoon van de deken – het proces-verbaal moet overleggen, omdat het tot de taken van de deken hoort zich op de hoogte te stellen van een tegen een advocaat lopend strafrechtelijk onderzoek. Senders krijgt een schorsing van vier weken tenzij hij binnen twee weken het proces-verbaal levert.
Of Senders van die maatregel wakker ligt, valt te betwijfelen. Als je wordt vervolgd, er wordt op je geschoten en je kantoor gaat in de fik heb je wel wat anders aan je kop. En advocaat is hij al niet eens meer – eind vorig jaar liet hij zich schrappen.
Trudeke Sillevis Smitt