Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie Fred Teeven (VVD) wil voorlopig geen evaluatie van de ZSM-aanpak van het Openbaar Ministerie waarbij de officier van justitie een verdachte zelfstandig kan bestraffen. Pas in 2016 wil hij kijken of deze vorm van strafafdoening wel goed functioneert. Hij laat dat de Tweede Kamer weten naar aanleiding van vragen van de SP.
De SP is bang dat een verdachte in de ZSM-aanpak onvoldoende rechtsbijstand van een advocaat krijgt. Ook het College voor de Rechten van de Mens heeft om die reden kritiek op de ZSM-aanpak. Teeven reageert in een Kamerbrief dat de ZSM-aanpak nog volop in ontwikkeling is. In een evaluatie mag de focus niet liggen op ‘aanloopproblemen’ en ‘kinderziekten’.
Hij wil daarom wachten totdat het Openbaar Ministerie meer ervaring heeft opgedaan met de strafafdoeningen door een officier van justitie. Eerst moet er een ‘volledige werkstroom’ ontstaan. AR-lid Bert Fibbe van de Nederlandse Orde van Advocaten vindt dat er eerder een evaluatie moet plaatsvinden, in elk geval op onderdelen. Hij gaat ervan uit dat het ministerie een drietal pilots over de bijstand van advocaten in de ZSM-aanpak volgend jaar toch evalueert. Daarnaast moet wat Fibbe betreft ook voor 2016 gekeken worden naar de besparingen die ZSM met zich meebrengt.
Tot slot wijst Fibbe erop dat Nederland in 2016 moet voldoen aan de Europese richtlijn Access to a lawyer die onder meer bepaalt dat verdachten ook tijdens verhoren recht hebben op een advocaat. Dat brengt een geheel nieuwe situatie met zich mee, waarop geanticipeerd moet worden. ‘Het zou zonde zijn om in 2016 een systeem te gaan evalueren dat niet meer houdbaar is,’ zegt Fibbe. ‘Dat is hetzelfde als je oude auto naar de apk-keuring brengen, terwijl je weet dat er een nieuwe moet komen.’
Maarten Bakker