Een ruzie om niets na het stappen, een korte-afstandsschot vanuit een auto – mr. X ging op zijn twintigste de bak in voor poging tot doodslag. Alleen was hij toen nog geen mr. X. Hij studeerde rechten in de gevangenis, werkte daarna als rijschoolhouder. En nu, tien jaar na de fatale avond, wilde mr. X advocaat worden.

Een ruzie om niets na het stappen, een korte-afstandsschot vanuit een auto – mr. X ging op zijn twintigste de bak in voor poging tot doodslag. Alleen was hij toen nog geen mr. X. Hij studeerde rechten in de gevangenis, werkte daarna als rijschoolhouder. En nu, tien jaar na de fatale avond, wilde mr. X advocaat worden.

De Haagse raad van toezicht verzette zich, waarop mr. X zijn beklag deed bij het Hof van Discipline. Dat Hof ging nog wel een aardig eindje met mr. X mee. De inschrijving kon alleen worden tegengehouden als er gegronde vrees was dat mr. X zich niet aan de regelgeving zou houden of zich anderszins niet zou gedragen als een behoorlijk advocaat betaamt.

En het was best mogelijk geweest dat mr. X die vrees ondanks zijn veroordeling had kunnen wegnemen, als hij overtuigend had uitgelegd hoe het indertijd was gegaan, en dat zijn omstandigheden sindsdien grondig waren veranderd. Maar daaraan ontbrak het. Want waar mr. X het ene moment verklaarde veel spijt te hebben van het incident en volledig verantwoordelijk te zijn voor het leed van het slachtoffer, zei hij op het andere moment weer dat hij niet geschoten had. Daardoor bleef de toedracht in nevelen gehuld, en kon ook het verhaal van mr. X over zijn resocialisatie het Hof niet overtuigen.

Trudeke Sillevis Smitt

Advertentie