E-learning, het alternatief voor de professionals met weinig tijd, rukt mede door de lage prijzen op. Maar wat betekenen bijbehorende termen als flipped classroom en blended learning eigenlijk? Plus: hoe weet u welke methode bij u past?
E-learning is de laatste jaren bezig aan een enorme opmars binnen de juridische wereld. Het aantal aanbieders en de kwaliteit van de verschillende programma’s groeien. Wie voorheen in een vergaderzaaltje ergens op locatie moest zijn om zijn PO-punten te halen, kan dat nu veelal doen vanuit een luie stoel met de laptop op schoot, vanuit de trein naar kantoor of elk ander moment dat het uitkomt.
De term ‘e-learning’ is nog niet zo oud. Hij ontstond rond de millenniumwisseling toen internet een enorme opmars maakte onder de bevolking via gratis inbelproviders als Zonnet, Freeler en Het Net. In die slipstream kwam ook het online leren op en de verwachtingen waren hooggespannen.
Het uiteenspatten van de internet bubble temperde de verwachtingen van e-learning. De groei van het online leren bleek niet zo spectaculair als gedacht. Leren werd niet altijd sneller, efficiënter en interactiever.
Inmiddels lijkt de onderwijsvorm volwassen te zijn geworden, ook in de advocatuur. Advocaten weten steeds beter wanneer en hoe ICT toegevoegde waarde kan hebben voor het vormgeven van leren. En de benodigde techniek is relatief goedkoop geworden. De aanbiedingen van e-cursussen vullen nu regelmatig de mailboxen op kantoor. Qua kosten is online nascholing interessant. Zo zijn er al webinars te volgen vanaf 69 euro (ex btw). Nascholingsvideo’s beginnen vanaf 45 euro (ex btw) per PO-punt. Bij veel aanbieders kun je ook een e-nascholingsabonnement afsluiten voor een x-aantal PO-punten waardoor de kosten per punt nog lager liggen.
Op de keper beschouwd zijn er vier hoofdvormen te onderscheiden: video on demand, live webinar, blended learning en serious gaming. Die laatste vorm is binnen de nascholing voor advocaten nauwelijks te vinden. De andere drie worden regelmatig aangeboden door bijvoorbeeld commerciële uitgeverijen of universiteiten.
‘Welke vorm het best bij je past, is heel erg afhankelijk van je leerstijl,’ zegt Anne Geertsema van Dialogue. Het bedrijf biedt veel verschillende online vaardigheidstrainingen aan. Daarbij is gekozen voor blended learning, een combinatie van on- en offline leren. ‘De theorie van de cursus kun je elk gewenst moment online doen. Tijdens een sessie op locatie ga je vervolgens samen met je medecursisten in de praktijk aan de slag,’ legt Geertsema de werkwijze uit. Die methode staat wel bekend als flipped classroom.
Ook JurisDidact biedt blended learning aan, zij het in een iets andere vorm. ‘Bij ons kom je terecht in een digitale leeromgeving en je krijgt een fysiek boek,’ vertelt Igno Ketelaars van uitgeverij Domus Editoria, het moederbedrijf van JurisDidact. ‘Vervolgens word je aan de hand van casuïstiek en daarbij horende vragen de cursus doorgeloodst. Aan het einde vindt een toets plaats,’ beschrijft Ketelaars de cursus.
Hoorcollege
Wie liever gaat zitten en luisteren, is beter af met video on demand. Deze vorm doet het meest denken aan het aloude hoorcollege, alleen dan opgenomen op video. Jan Huizer is het aanspreekpunt van Online LawCollege, een samenwerkingsverband tussen de Universiteit van Amsterdam en het Eggens Instituut voor Juridisch Postacademisch onderwijs. Het webplatform biedt veel actualiteitencolleges aan van maximaal één uur die worden gegeven door docenten en hoogleraren van de Universiteit van Amsterdam. ‘Langer geconcentreerd kennis vergaren via een scherm is effectief noch gewenst. En ook voor de docent is een uur geconcentreerd en bevlogen lesgeven optimaal,’ vertelt Huizer. Het Online LawCollege onderscheidt zich van andere aanbieders van videotrainingen doordat er publiek bij de colleges aanwezig is. ‘Dat verlevendigt de colleges en het maakt het voor de docent makkelijker om de aandachtsboog vast te houden,’ zegt Huizer.
Videocolleges op academisch niveau zijn populair. Zo hebben professoren van de Universiteit van Amsterdam meegewerkt aan de Universiteit van Nederland. Daarbij geven gerenommeerde professoren korte colleges over hun vakgebied. ‘Je leert in korte tijd heel veel over een vakgebied. Vergelijk het met de populaire TED-presentaties,’ zegt Huizer, verwijzend naar de presentaties tijdens de Technology-, Entertainment- en Design-conferenties.
Het webinar is de derde veelvoorkomende e-learning vorm en kent vele andere namen zoals webcollege en online seminar. Het komt erop neer dat de cursist live een sessie volgt met tal van andere cursisten, maar in plaats van in een congreszaaltje zitten ze achter hun pc met een live videoverbinding. ‘Het voordeel van de webinars is dat je wel live met de docent kunt sparren, maar dan zonder de reistijd,’ zegt Noor van Gils van Law At Web, een samenwerkingsverband tussen Boom Juridische uitgevers en LawAWork.
Strenge eisen
E-learning heeft inmiddels een vaste plek veroverd in het landschap van nascholingscursussen. Ook bij de Orde van Advocaten zijn ze zich daarvan bewust. Zo moeten aanbieders van e-learning aan strenge eisen voldoen voordat ze gecertificeerde trainingen mogen aanbieden. ‘Wij hebben bijvoorbeeld tal van toetsmomenten in onze cursussen ingebouwd,’ vertelt Ketelaars. Op die manier kan JurisDidact controleren of de nascholende advocaat nog steeds met de cursus bezig is. ‘Fraude ligt op de loer, zeker als je naschoolt via video. Zonder controlemomenten zou iemand een video aan kunnen zetten en vervolgens iets anders gaan doen.’
Ook de Orde zelf maakt gebruik van het gemak dat e-learning biedt. Zo is de digitale leeromgeving ingevoerd in de nieuwe beroepsopleiding. De aanbieders zijn daar blij mee. ‘De jonge advocaten krijgen zo het gemak van e-learning mee,’ zegt Ketelaars, hopend op een verdere groei van de e-learningmarkt.
Kritiek is er ook. Zo schrijft advocate Ellen Timmer op haar weblog: ‘Sommigen menen dat e-learning de toekomst heeft. Dat is een vergissing: juist omdat het leven van een jurist in zeer grote mate digitaal is (schrijven, lezen dossierstukken, vaktechniek lezen), wordt het steeds belangrijker om ook in de fysieke wereld met elkaar te sparren, waar de klassieke cursus zeer geschikt voor is. Alle vormen van e-learning die er zijn, halen het niet bij een gewone cursus.’
Vaak gaat het bij kritiek om technische zaken. ‘Goed beeld en geluid zijn bijvoorbeeld cruciaal bij videotrainingen,’ zegt Huizer. Het was voor Online LawCollege reden om met cameramensen en meerdere camera’s te werken. Ook het geluid is professioneel ingeregeld, de beelden zijn in hd-kwaliteit. ‘Het is vermoeiend om je te concentreren op slecht beeld en geluid,’ zegt Huizer.
‘Ik zou ook nooit adviseren om alleen via e-learning na te scholen,’ zegt Ketelaars eerlijk. ‘Je mist bijvoorbeeld het netwerkelement dat door veel advocaten op prijs wordt gesteld.’ Hoogleraar Huub Spoormans van de Open Universiteit beaamt dat. De OU is al sinds de oprichting gespecialiseerd in academisch afstandsonderwijs. ‘Contact is de prijs die je betaalt voor het nieuwe leren,’ zegt hij. ‘Je kunt elkaar tegenwoordig wel horen en zien, maar in sociaal-psychologisch opzicht werkt dat toch anders.’ Het advies is dan ook om e-learning een keer uit te proberen, maar daarnaast ook reguliere cursussen te blijven bezoeken. «
Voor- en nadelen van e-learning
VIDEO ON DEMAND
VOORDEEL altijd en overal te bekijken.
NADEEL geen interactie met docent of andere cursisten.
Video on demand doet nog het meest denken aan het aloude hoorcollege, maar dan als video, al dan niet met bijbehorend lees- en toetsmateriaal. Deze cursusvorm is vooral geschikt voor kennisoverdracht, maar voor vaardigheidstrainingen moeilijker toe te passen. Vragen kunnen niet direct aan de docent worden gesteld.
AANBIEDER PO-online, Law At Web, Online LawCollege.
KOSTEN vanaf 45 euro (ex btw).
INTERACTIEF WEBINAR
VOORDEEL geen reistijd, interactie met anderen mogelijk.
NADEEL tijdgebonden.
Een webinar is een presentatie die via internet wordt uitgezonden. Wanneer dit live gebeurt, kunnen veel cursisten tegelijkertijd deelnemen aan het event. Voordeel ten opzichte van video on demand is dat je hier wel direct vragen kunt stellen aan de docent of medecursisten.
AANBIEDER Law at Web.
KOSTEN vanaf 69 euro (ex btw).
BLENDED LEARNING
VOORDEEL altijd en overal te bekijken op elk gewenst moment.
NADEEL je zult toch een (paar) keer naar de locatie moeten.
Blended learning is een mix van traditioneel en online onderwijs. Er zijn verschillende vormen van blended learning, maar een veelgebruikte methode is die van de ‘flipped classroom’. Daarbij bestudeer je online de theorie en oefen je de stof in de praktijk samen met andere cursisten. In het traditionele onderwijs gaat het vaak andersom: de docent legt de theorie uit en daarna doe je thuis de oefeningen.
AANBIEDER Dialogue, JurisDidact.
KOSTEN vanaf 175 euro.
SERIOUS GAMING
VOORDEEL spelenderwijs leer je meer.
NADEEL online nog weinig gebruikt voor advocatentrainingen.
Waren spellen vroeger vooral hobby en vermaak, tegenwoordig worden ze ook ingezet voor serieuzere doeleinden omdat ze een groot educatief effect hebben. Veel rechtenstudenten kennen de overnamespelletjes wel die tijdens kennismakingsbezoeken aan advocatenkantoren worden gespeeld. Vaak moet er dan veel door ordners gebladerd worden. Terwijl het via de computer veel realistischer kan.
Ondanks het grote educatieve effect worden online serious games in de advocatuur nauwelijks gebruikt. Houthoff Buruma heeft een aantal jaar geleden het overnamespel ‘The Game’ ontwikkeld, maar gebruikt het vooral als wervings- en selectiemethode. Stibbe kwam met de arrestengame, maar ook die is gericht op rechtenstudenten.
Waarschijnlijk zijn de hoge ontwikkelkosten voor serious games de reden dat er tot nu toe weinig mee wordt gedaan op het vlak van nascholing.
Franc de Korte