WET STELSELVERNIEUWING RECHTSBIJSTAND
STATUS Eenieder kan tot 14 december 2014 via internetconsultatie.nl reageren op het conceptwetsvoorstel tot wijziging van de Wet op de rechtsbijstand en enige andere wetten in verband met vernieuwingen in het stelsel van gesubsidieerde rechtsbijstand (Wet stelselvernieuwing rechtsbijstand).
INHOUD Dit eerder aangekondigde wetsvoorstel bevat nieuwe maatregelen om de kosten van rechtsbijstand beter te ‘beheersen’. In de voorgestelde eerstelijnsvoorziening (het huidige Juridisch Loket) bepaalt een poortwachter of toevoeging van een advocaat nodig is. Hij kan ook beslissen dat een geschil buiten de rechter om opgelost kan worden. Staatssecretaris Teeven wil die selectie aan de poort overlaten aan juridische professionals die geen advocaat zijn. Deze ‘medewerker van de eerstelijnsvoorziening’ zal ook worden belast met het verlenen van rechtsbijstand op het spreekuur. Verder introduceert het wetsvoorstel voor rechtzoekenden in echtscheidingszaken een verplichting tot terugbetaling van de toevoeging als het gezinsinkomen uiteindelijk hoog genoeg is. Een andere kostenbesparende maatregel is het beperken van de ambtshalve toevoeging in strafzaken.
    Behalve in de memorie van toelichting heeft de staatssecretaris zijn plannen toegelicht in een aantal brieven aan Tweede respectievelijk Eerste Kamer van 4 november 2014 (31 753, nr. 89).
    De regering wil met de operatie Stelselvernieuwing Rechtsbijstand per 2018 een structurele bezuiniging van € 85,1 miljoen realiseren. Dat bedrag is opgebouwd uit de besparingen als gevolg van dit wetsvoorstel, Algemene Maatregelen van Bestuur, een eventueel nader wetsvoorstel en van maatregelen waarvoor geen wetgeving nodig is.
    Een van die Algemene Maatregelen van Bestuur is het ‘Besluit houdende wijziging van het Besluit eigen bijdrage rechtsbijstand en het Besluit vergoedingen rechtsbijstand 2000 in verband met de invoering van enige maatregelen in het kader van de stelselvernieuwing gesubsidieerde rechtsbijstand’ (kortweg BSR I – zie Intussen op het Binnenhof in Advocatenblad 2014-6, p. 7) dat per 1 januari 2015 van kracht zou moeten worden. Het is nog onderwerp van discussie in het parlement en bevat de volgende maatregelen:
1.     herijking enkele strafrechtelijke forfaitaire vergoedingen;
2.     verlaging vergoedingen in bewerkelijke strafzaken;
3.     tijdelijke uitschakeling van verschillende jaarlijkse indexeringen;
4.     generieke verlaging basisvergoeding rechtsbijstandsverleners, eerste tranche.
De Eerste Kamer hield op 24 november een deskundigenbijeenkomst over de bezuinigingen op de rechtshulp en de toegang tot de rechter, waar onder meer de landelijk deken sprak (EK 34000, E).
IN WERKING Wetsvoorstel: beoogd 1 januari 2016.

BRONBESCHERMING IN STRAFZAKEN
STATUS Wetsvoorstel 34 032 (Wijziging van het Wetboek van Strafvordering tot vastlegging van het recht op bronbescherming bij vrije nieuwsgaring (bronbescherming in strafzaken)) is op 17 september ingediend bij de Tweede Kamer.
INHOUD Het recht van journalisten (en andere publicisten) om hun bron te beschermen wordt wettelijk vastgelegd. Zij hoeven als getuige in een strafzaak geen vragen te beantwoorden over de identiteit van hun bron, behalve als daardoor aan een zwaarder wegend maatschappelijk belang onevenredig grote schade zou worden toegebracht. De rechter bepaalt uiteindelijk of het beroep op bronbescherming terecht was. Voor de toepassing van strafvorderlijke dwangmiddelen tegen journalisten is voortaan een voorafgaande machtiging van de rechter-commissaris vereist.
    De wetswijziging is mede het gevolg van een aantal arresten van het EHRM (nrs. 64752/01, 38224/03 en 39315/06).
IN WERKING Beoogd 1 juli 2015.

NIEUWE GERECHTSDEURWAARDERSWET
STATUS Wetsvoorstel 34 047 (wijziging van de Gerechtsdeurwaarderswet in verband met de evaluatie van het functioneren van de Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders, alsmede de regeling van enkele andere onderwerpen in die wet) is op 1 oktober ingediend bij de Tweede Kamer.
INHOUD Nieuwe regels over wie als gerechtsdeurwaarder mag optreden en een sterker toezicht. Doel: meer kwaliteit in de uitoefening van het ambt. De onafhankelijkheid ten opzichte van klanten wordt bevorderd en de praktijk van het op freelancebasis werken door toegevoegd gerechtsdeurwaarders wordt onmogelijk gemaakt. Verder komt er een openbaar register voor gerechtsdeurwaarders, zodat iedereen kan nagaan of ambtshandelingen bevoegd zijn verricht. Ook de nevenbetrekkingen van gerechtsdeurwaarders staan daarin. Het Bureau Financieel Toezicht oefent straks integraal, dus niet meer slechts financieel, toezicht uit. Bij een ernstig vermoeden van klachtwaardig handelen kunnen, naast de minister van Veiligheid en Justitie, in de toekomst ook het bestuur van de KBvG en het Bureau Financieel Toezicht de tuchtrechter vragen de betrokken gerechtsdeurwaarder direct te schorsen.
IN WERKING Beoogd 1 juli 2015.

Marian Verburgh

 

Download artikel als PDF

Advertentie