Zakelijke professionals zoals advocaten kunnen hun digitale veiligheid verbeteren door het zakelijk- en privégebruik van hun laptop, tablet en smartphone te scheiden, zegt Christian Prickaerts van cybersecuritybedrijf Fox-IT.
Hij reageert op het debat binnen de Nederlandse advocatuur over het schenden van de geheimhoudingsplicht door het gebruik van een smartphone. Advocaten zijn bezorgd dat anderen inzage krijgen in hun documenten, agenda en contactpersonen.
Consumenten die gebruik maken van de diensten zoals Google, Twitter en Dropbox moeten zich realiseren dat hun gegevens kunnen worden opgeslagen en gebruikt door deze dienstverleners, zegt Prickaerts. ‘De diensten zijn gratis, en als tegenprestatie hebben die bedrijven toegang tot jouw gebruik van die toepassing. Als je je privégebruik afschermt van je zakelijk gebruik, loop je minder risico.’
Bedrijven nemen betaalde it-diensten af die de veiligheid van de gegevens beter waarborgen. Ze hebben hun beveiliging meestal beter voor elkaar dan consumenten. Prickaerts: ‘Cybercriminelen richten zich vaak op de consument, die vaak niet de middelen en de kennis heeft om zich te beveiligen. Als dat consumentengebruik wordt vermengd met het zakelijk gebruik, loopt het bedrijf dezelfde risico’s als de medewerker. Ook daardoor is de consument een interessant doelwit voor criminelen.’
Een tweede advies: doe zaken met dienstverleners die begrijpen hoe belangrijk cybersecurity is. Ook versleuteling van communicatie en bestanden is een remedie tegen datalekkage. ‘Dat vergt niet alleen kennis bij de advocaat, maar ook bij zijn wederpartij.’ Verder moeten bedrijven informatie die niet meer bewaard hoeft te worden, verwijderen, zegt Prickaerts.
Als niet-jurist doet hij geen uitspraak over de vraag of de advocaat zijn geheimhoudingsplicht schendt door het gebruik van een smartphone. ‘Het is van belang je af te vragen wie er belang bij heeft om je gegevens te onderscheppen, en hoe groot die dreiging is. Dat verschilt per beroepsgroep. Bedenk wat je grootste zorg is, en pas daar de maatregelen voor cybersecurity op aan.’
Peter Louwerse